Is God een idee van de mens, of is de mens een schepping van God?

Als je vandaag durft te beweren dat je in God gelooft, dan krijg je meestal meewarige gezichten te zien. Soms vraagt men naar je opleiding of beroep en meestal is er een verbaasde reactie als het antwoord een hoge score oplevert op de wereldse ladder. Nu, ieder mens heeft vrijheid van spreken en van mening, dus is het niet te verwonderen dat er tegenstellende ideeën zijn. Het mooie van geloven is dat iedereen vrij is om de zoektocht aan te vangen.

Ik hou van open gesprekken over het al dan niet bestaan van een opperwezen. Als men begint met de stelling ‘bewijs maar eens dat God bestaat’,  dan is er meestal geen open gesprek. Stel dat ik zou beginnen met : ‘Bewijs eens dat God niet bestaat.’, waar leidt zo’n discussie toe? Je kan immers niet bewijzen dat iets niet bestaat. Je zou elke millimeter van het universum moeten uitpluizen om dit te weten en daar is het heelal veel te groot voor. Onze zintuigen zijn ook beperkt voor zo’n zoektocht. Duizenden jaren heeft de mens bepaalde delen van het universum niet gezien, waaronder de zwarte materie. We kunnen ons afvragen of er nog meer dingen bestaan die we niet kunnen zien.
Maar ook het bestaan van God kan je niet bewijzen. Ik vind dit logisch, anders zou er geen keuze meer zijn. Dan zou je dingen doen omdat het niet anders kan, niet omdat jij het wil.

Een evenwichtige agnostische vraag zou moeten gaan
over bewijs dat er een ontwerper is
maar ook over bewijs dat die er niet is.
(Mo Gawdat)

Een grote Ontwerper of een enorme toevalligheid? Ik ben geen filosoof, maar ik wil hier toch wat over uitweiden. Er is weinig gemeenschappelijk tussen het idee van toeval, de oerknal en de evolutie, en het geloof in een God als Schepper.
Als je al enkele berichten op mijn blog gelezen hebt, dan weet je al dat ik geloof dat we allemaal deel uitmaken van iets veel groters dan deze aarde alleen. Ik geloof dat mijn pa, mijn broer, mijn grootouders, mijn vriendin en nog vele anderen in een andere dimensie verder leven. Voor sommigen is dit een sprookje, maar voor mij niet. Ik ga je proberen uitleggen waarom ik geloof in een Schepper. Ik zal dingen schrijven waar je mee akkoord zal zijn, maar ook dingen die jij maar niets vindt. Ik schrijf deze blog om je hersencellen te prikkelen en enkele opmerkingen die ik maak zijn gebaseerd op wat ik gelezen heb in het boek ‘De logica van geluk’ van Mo Gawdat.

Wiskundig gezien zou alles kunnen ontstaan zijn door evolutie. Maar wat is de kans dat dit echt zou lukken? Ja, in lang vervlogen tijden heb ik op school kansberekening gehad en ik herinner me nog een van de conclusies om nooit te gokken. Ik wil het even over dobbelen hebben, dat komt dicht in de buurt bij toeval. Als je maar dikwijls genoeg gooit, komen de stenen wel eens goed terecht. Ik heb niet veel geluk gehad met dobbelspelletjes. In het ganzenbord kwam ik steevast in de vergeetput terecht en bij ‘Mens-erger-je-niet- eindigde ik meestal als laatste. Een zes gooien bracht je veel voorsprong. Gemiddeld gooi je elke zes keer een zes en als je geluk hebt gebeurt het snel. Als je met twee dobbelstenen dubbel zes moet gooien is je kans niet één op tien, maar één op 36. Hoe meer dobbelstenen, hoe minder kans ze allemaal tegelijk een zes tonen. Als je met tien stenen gooit, is de kans één op zestig miljoen! Tien dobbelstenen gooien is iets eenvoudig, als je een universum moet tevoorschijn brengen, of zelfs maar één levend organisme, hoeveel keer moet je spreekwoordelijk dan gooien? De kans dat dit lukt is zoals gooien met miljarden dobbelstenen. Zou jij daarop durven wedden?

 Ik heb nooit iets toevallig gedaan,
en geen enkele uitvinding van mij is het resultaat van toeval,
zij kwamen als gevolg van werk.
(Thomas Alva Edison)

De ingewikkeldheid van onze kosmos gaat mijn voorstellingsvermogen te boven. Ik geloof dat er simpelweg niet genoeg geluk is. Ons heelal bestaat nu zo’n 13,7 miljard jaar en de leeftijd van onze aarde is ongeveer 4,5 miljard jaar. Het leven in zijn meest primitieve vorm zou 3,7 miljard jaar geleden begonnen zijn. Dit klinkt als héél lang, maar het is echt kort als je het vergelijkt met hoeveel tijd er nodig zou zijn om iets toevallig te laten ontstaan. Opeenvolgende gebeurtenissen in een complex systeem worden nog moeilijker als het in de juiste volgorde moet gebeuren. Stel dat een prachtig veldbloemetje toevallig is kunnen ontstaan: het heeft daarna een gunstige omgeving nodig om te kunnen groeien zoals regen – maar niet te veel-, vruchtbare grond, genoeg zon – niet te veel en niet te weinig, en nog andere dingen. Evolutionisten gaan ervan uit dat deze losstaande gebeurtenissen willekeurig bleven gebeuren totdat ze per toeval allemaal samenkwamen. Dit verhaal klinkt wel goed, maar vergeet niet hoeveel keer je moet gooien om tegelijk 10 keer zes te gooien.  Er zijn miljoenen soorten levende organismen op onze aarde en er zijn nog vele soorten niet ontdekt. Hoeveel pogingen heb je nodig om dit toevallig tot stand te laten komen? Het universum zou oneindig veel tijd moeten hebben gehad, en dat was er niet.

Als dit universum in zijn miljoenvoudige orde en precisie
het resultaat van een blind toeval zou zijn,
dan is dat net zo geloofwaardig als wanneer een drukkerij explodeert
en alle druklettertjes weer op de grond terecht komen
in de voltooide en foutloze vorm van het woordenboek.
(Albert Einstein)

Wij zijn allemaal gemaakt van proteïnen, en proteïnen zijn gemaakt van aminozuren die verbonden zijn met elkaar. De manier waarop ze verbonden zijn bepaalt of de proteïne werkt zoals een pomp, strijdt tegen bacteriën, of tot een andere ‘machine’ is gevormd. Ons lichaam heeft meer dan 20 000 van die proteïne-machines. Wauw, wat een wonder! Je moet weten dat een proteïne alleen maar kan bestaan als de aminozuren heel nauwkeurig en in precies de juiste volgorde aan elkaar zijn geregen. Kan dit toevallig?

Albert Einstein zei ooit: ‘Als we kijken naar de schepping gedragen we ons als een kind dat een grote bibliotheek binnenkomt die gevuld is met boeken in een vreemde taal. Het kind weet dat de boeken door iemand moeten geschreven zijn. Het weet alleen niet hoe. Het kent ook de talen niet waarin de boeken zijn geschreven. Het kind vermoedt ergens wel een mysterieuze orde in de opstelling van de boeken, maar weet niet wat die is. Zo, stel ik me voor, staat zelfs de intelligentste mens ten opzichte van God.’ (George Sylvester Viereck in ‘Glimpses of the Great’)
Waarom is het voor velen zo moeilijk dat er een Ontwerper achter alles zit?

De IPhone en jij zijn niet toevallig ontstaan.
Er is een grote ontwerper
en er was ook een Steve Jobs.
(Mo Gawdat)

Waarom vindt de moderne mens het stom om te geloven in een Schepper? Soms hebben mensen een verkeerd beeld van God. Hij is geen tovenaar, maar gebruikt wetten. Wie krijgt de schuld van oorlogen? Wie wordt met de vinger gewezen als er mensen in armoede leven of doodgaan van de honger? Wie is de boosdoener van de vervuiling? Moeten we niet naar onszelf kijken en naar de keuzes die we maken? Het leven heeft zijn spelregels. De handleiding staat in heilige boeken. We hebben de vrijheid om te spelen, de vrijheid om te kiezen. Toeval of een God? Dat oplossen is een onderdeel van het spel.

Het geeft mij een vrij gevoel te geloven dat er een Ontwerper is. Die vrijheid maakt me gelukkig. Ik geniet van de schoonheid en complexiteit van het ontwerp. Ik geniet van mijn levensreis en kijk er naar uit om ooit de Grote Schepper, die alles organiseerde, te ontmoeten. Dat zal nog een ander leerrijk gesprek worden dan kansberekening.

Een paar tips:
– Mediteren onder de sterrenhemel.
– De Bijbel lezen.
– Het Boek van Mormon bestuderen.
– Het boek lezen ‘De logica van geluk’ van Mo Gawdat.
– Een kerk bezoeken.
– Een open gesprek voeren over het leven met vrienden.
– Durf het volgende te doen:

Put yourself in a position to begin having experiences with Him …
Ask Him to tell you if He is really there
– if He knows you.
Ask Him how He feels about you.
And then, listen.
(Russell M. Nelson)