Kies voor bezigheden op z’n ‘arends’.

‘Met al jouw bezigheden verveel jij je je wel nooit, zeker?’
Dat is een vraag die ik al dikwijls op mijn pad ben tegengekomen. Heb ik veel ‘bezigheden’? Natuurlijk, daar bestaat geen twijfel over. Als ik alleen maar denk aan de dingen die ik gisteren allemaal deed: uitslapen, mailtjes beantwoorden, verjaardagswensen versturen, een boek lezen, online nieuws lezen, Facebook checken, winkelen, blog schrijven, vrienden bezoeken, een belletje doen, vakantieplannen maken, harpen, bidden, mediteren bij onze vijver en daar van alles zien, schriften bestuderen, kleinkinderen van school halen, een romantisch cabrio-ritje maken met mijn man, en nog een boel alledaagse dingen die iedereen op zijn daglijst staan heeft. Wauw! Dat zijn inderdaad heel veel bezigheden! Dus, ik verveel me nooit? Mis! Ik heb zo van die dagen dat ik mijn draai niet vind. Er is zoveel dat ik kan doen, maar ik verveel me. Nu heb ik ergens gelezen dat dit geen kwaad kan, dat verveling creativiteit in de hand werkt. Oef!

Deze week was een van mijn bezigheden lekker lui, in de schaduw van onze kastanjeboom, het leven in onze tuin gade te slaan. Ik merkte dat mieren niets voor niets aan het woord ‘vlijtig’ gekoppeld zijn. Door al dat gewriemel voelde ik me bijna schuldig in mijn tuinzetel. Een kleine watersalamander slalomde traagjes tussen honderden dikkopjes die kronkelend in de vijver een of andere zwemles kregen. En omdat ik zo stil was mocht ik getuige zijn van een spetterend badritueel van een winterkoninkje, een merel en enkele meesjes. De eerste blauwgetinte waterjuffers dansten vlak voor mijn neus een frivool ballet en de goudvissen hapten ondeugend naar de ‘schaatsende rijders’. Enkele citroenvlinders en een verloren blauwtje zochten onvermoeid naar de lekkerste bloemen. Boven mijn hoofd zweefde een ‘miauwende’ buizerd tussen de wolken die af en toe verstoppertje speelden met de zon.
Ik voelde me heerlijk ontspannen. Onze tuin heeft weinig ‘inkijkgaten’ en dus voel ik me niet gegeneerd om deze ‘luie-zetel-bezigheid’ af en toe eens te kunnen doen. Niemand die een misprijzend kuchje laat of die op mijn vingers tikt om de strijk te doen.

Rest is not idleness,
and to lie sometimes on the grass under trees on a summer’s day,
listening to the murmur of the water,
or watching the clouds float across the sky,
is by no means a waste of time.
(John Lubbock)

We leven in een fantastische tijd! Moderne technieken hebben ervoor gezorgd dat we veel tijd uitsparen. Een machine doet de was en de vaat, het strijkijzer tovert in een mum van tijd alle kreuken weg, en ik moet maar even aan een knop draaien om te kokkerellen. Ik hoef geen uren te lopen om water te hebben en in de winkels ligt het eten al goed ‘voorgekauwd’ op mij te wachten. Ik vraag me ietwat schuldbewust af of mijn voorouders überhaupt wel ‘vrije tijd’ hadden. En wat doe ik met die uitgespaarde tijd? A propos, die technische snufjes leggen ook beslag op mijn tijd. Wat laat ik toe? Ben ik nog baas over mijn vrije tijd?

Consider how we use our time in the choices we make in viewing television, playing video games, surfing the internet, or reading books or magazines. Of course it is good to view wholesome entertainment or to obtain interesting information. But not everything of that sort is worth the portion of our life we give to obtain it. Some things are better, and others are best. Leisure time should be filled with the best activities rather than those that are merely good.
(Dallin H. Oaks)

Plato gaf al de wijze raad om onze vrije tijd goed te gebruiken. En Sogyal Rinpoche zei: ‘Over het algemeen verdoen we ons leven met eindeloze bezigheden die ons afleiden van wie we werkelijk zijn.’
We werken allemaal, sommigen krijgen er geld voor en anderen als het meevalt een gemeende dankjewel. Sommigen werken buitenshuis, anderen thuis. Sommigen zoeken naar werk, anderen zijn ziek of gepensioneerd. Maar allemaal houden we ons bezig met het een en ander.

What we do during our working hours
determines what we have;
what we do in our leisure hours
determines what we are.
(George Eastman)

In onze ‘bezigheden’ openbaren we wie we echt zijn. Ons karakter is niet volledig duidelijk op onze werkplaats alleen. Waar gaan we naar toe als ons werk gedaan is? Welke vrienden zoeken we op? Wat doen we? Dit alles samen, dat zijn wij in onze puurste vorm.
Ik las eens een verhaal over de arend en het zwijn van George H. Brimhall.

Kijk eens naar de arend. Deze vogel werkt net zo hard en efficiënt als elke andere vogel. Hij zorgt voor zichzelf en zijn jongen. Maar als het dagelijks werk gedaan is en de arend heeft tijd om te doen wat hij wil, kijk dan wat hij doet in zijn vrije tijd. Hij vliegt naar de hoogste sferen in de lucht, spreidt zijn vleugels en zweeft in de bovenste lucht, want hij houdt van de pure, zuivere atmosfeer en hogere hoogtes.
Kijk nu naar het zwijn. Dat dier graaft en wroet en zorgt voor zijn jongen net als de adelaar. Maar als het werk gedaan is en er is vrije tijd, wat doet het zwijn dan? Het zoekt de modderigste plek uit en rolt en draait zich in die vuiligheid, want daar houdt hij van.
De mens kan in zijn vrije tijd een adelaar of een zwijn zijn.’

Music, literature, art, dance, drama, athletics –
all can provide entertainment to enrich one’s life and further consecrate it.
At the same time, it hardly needs to be said that much of what passes for entertainment today
is coarse, degrading, violent, mind-numbing, and time wasting.
Ironically, it sometimes takes hard work to find wholesome leisure.
(D. Todd Christofferson)

Eens komt de dag dat ons ‘professionele’ werk stopt. Er vloeit ineens een zee van vrije tijd binnen. Ik denk dat we de invulling daarvan al bepalen in die periode van ons leven waar ‘vrije tijd’ heel wat schaarser is. In het boek ‘Mijn dinsdagen met Morrie’ van Mitch Albom heb ik iets wijs gelezen over het invullen van onze vrije tijd. Het is een mooi stukje waar de vroegere student van de professor geschokt is over hoe zijn vroegere leermeester de kwaliteit van zijn bezigheden behoedt en behoudt, zelfs op  het einde van zijn leven. Als hij langs een krantenkiosk gaat, krijgt hij volgende gedachten:

‘De mensen kochten die blaadjes gretig, ze verslonden het geroddel, en tijdens mijn vorige reisjes naar Engeland had ik dat ook gedaan. Maar om de een of andere reden dacht ik nu aan Morrie als ik iets onnozels of stompzinnigs las. Ik zag hem steeds voor me, daar in dat huis met de Japanse esdoorn en de houten vloeren, tellend hoeveel adem hij nog had, zoveel mogelijk genietend van ieder minuutje met zijn dierbaren, terwijl ik zovele uren besteedde aan dingen die mij persoonlijk niets zeiden: filmsterren, supermodellen, de meest recente uitlating van prinses Di of Madonna of John F. Kennedy Jr.
Ik was op een merkwaardige manier jaloers op de kwaliteit van Morries tijd, hoewel ik tevens het feit betreurde dat de voorraad ervan slonk.
Waarom hielden wij ons bezig met al die malligheid? Thuis was het O.J. Simpson-proces in volle gang en daar waren mensen die hun hele lunchpauze opofferden om ernaar te kijken en dan de rest op de band zetten zodat ze ’s avonds thuis verder konden kijken. Ze kenden O.J. Simpson niet. Ze kenden niemand die bij de zaak betrokken was. En toch gaven ze dagen en weken van hun leven op, verslaafd aan de tragedie van een ander.’

Spare minutes are the Gold-dust of time;
the portions of life most fruitful in good and evil;
the gaps through which temptations enter.

Mijn ‘bezigheden’ kunnen spontaan en gepland zijn. Ja, echt ook gepland, want ik wil zeker niet zijn als Jan,
Jan die bijna iedere dag naar de sportzaal ging,
maandag ging hij bijna,
dinsdag ging hij ook bijna,
en woensdag ook bijna,
en donderdag ook …
Vervang ‘sportzaal’ gerust door ‘muziek spelen, een boek lezen, ouders bezoeken, wandelen, Schriften studeren, met je kinderen spelen, of …
Ik heb ook veel nagedacht over de vraag die Russell M. Ballard stelde: ‘Is our diet of entertainment and recreation balanced with the food offered by Him who said: ‘Come unto me and ye shall partake of the fruit of the tree of life’?’

Those who decide to use leisure
as a means of mental development,
who love good music, good books,
good pictures, good plays,
good company, good conversation
– what are they?
They are the happiest people in the world.
(William Lyon Phelps)

Mijn ‘bezigheden’ zijn activiteiten die opbouwen (mezelf en anderen), die inspireren (mezelf en anderen), die me dichter bij mijn Hemelse Vader brengen. Het is de tijd die ik spendeer aan mijn lichaam en mijn geest, aan creativiteit en rust, aan familie, vrienden, vrijwilligerswerk, studie en aanbidding. Mijn bezigheden brengen harmonie in mijn soms chaotische  leven.
Hoe ouder ik word, hoe meer ik begin te beseffen hoeveel je in een uur niet kan doen, maar ook hoeveel je in een uur niet kan doen.
Net als jullie kleur ik dagelijks mijn ziel met mijn ‘bezigheden’. Ik probeer die kleuren goed te kiezen. Jij ook?

En neem van mij aan, een tijdje in een tuinzetel, op een terrasje of welk zalig nietsdoen ook, – dit is ook een mooie kleur!

What is this life if,
full of care,
we have no time
to stand and stare?
(William Henry Davies)

P.S Vergeet de adelaar niet!