Afscheid nemen.

Zelfs in tuinen van verdriet
blijft de klaproos van herinnering
in de warmste tinten bloeien.
(Kris Gelaude)

‘Afscheid nemen bestaat niet.’, dit zong Marco Borsato en het werd een hit in Nederland en in Vlaanderen. Ik heb dit liedje nog gebruikt tijdens het afscheidsfeest van de zesdeklassers. De kinderen zongen met tranen in hun ogen dat het geen afscheid was. Nu, de toekomst wees uit dat het die avond voor de meesten wel degelijk een afscheid was. Ons dorp heeft namelijk geen middelbare school en de wegen van mijn leerlingen liepen daarom al vroeg in hun leven ver en minder ver uit elkaar.

Afscheid nemen bestaat wél!
Het leven is een voortdurend afscheid nemen. Het begint al vanaf we geboren worden: huilend nemen we afscheid van de warme baarmoeder. We worden alleen in een bedje gelegd en als we een beetje groter geworden zijn, zet men ons of bij de kinderopvang of bij een onthaalmoeder. Aan de poorten van de kleuterschool merk je dat afscheid nemen ook voor veel mama’s niet evident is.

Afscheid is overal. De lucht is er zwaar mee beladen: verhuizen, een dood huisdier, een nieuwe job, een ziekte, een ongeval, een scheiding, de dood.
Of we nu groot of klein zijn, afscheid betekent een verandering in het leven en zowel kinderen als volwassenen moeten deze verandering kunnen plaatsen.
Een afscheid heeft vele lagen en betekenissen, is gewild of ongewild. Daarom borrelen er ook zo veel verschillende gevoelens op: dansende, huilende, twijfelende en verbitterde gevoelens. Soms zitten deze gevoelens zo diep verborgen dat ze pas na enkele dagen, weken, of zelfs jaren de oppervlakte van ons uiten bereiken.

Ik weet uit ervaring dat de pijn van een groot verlies nooit echt weggaat, maar je kan er wel mee leren omgaan. Ik denk dat leren omgaan met afscheid voor ieder mens een van de lessen van het leven is.

Where is the good
in goodbye?
(Meredith Wilson)

Hoe ouder je bent, hoe meer afscheid je al hebt genomen.
Toen ik in de kleuterschool zat stierf mijn beste vriendinnetje. Ik weet er niet meer zo veel van, alleen dat ik mensen hoorde zeggen dat ze nu een engeltje was. Heb ik toen veel geweend? Ik weet het niet. Ik herinner me nog vaag een knauwend gevoel telkens ik het grasveld zag waar we samen gespeeld hadden. Ik zal mijn maatje zeker gemist hebben, maar was nog veel te klein om er diep op in te gaan. Ik wist dat ze ergens verder leefde en had er vrede mee. Er kwamen andere vriendjes in mijn leven. En er kwamen ook huisdieren. Kleine poesjes en kanarievogels waarvan ik om allergische redenen ook vlug afscheid van moest nemen. Ik herinner me een boos gevoel en ik weet ook nog dat er een heel gedoe was rond ‘Paaskuikentjes’. Vroeger kreeg je rond Pasen een kuikentje van de kippenboer. Misschien waren dat geen gezonde kuikens, of waren ze te vlug van de moederhen weggehaald, in ieder geval waren deze kuikens geen lang leven beschoren. Toen mijn lief, donzig, geel bolletje stierf, was ik niet te troosten. Mijn moeder besliste toen om nooit geen huisdieren meer toe te laten. En dat is waarheid geworden.

Waarschijnlijk hebben jullie ook meegemaakt dat je gemengde gevoelens had bij een afscheid. Zo was ik blij en enthousiast toen ik directrice van een school werd, maar voelde ik ook een spanning voor die nieuwe job en een melancholisch gemis van het zelf lesgeven.
Afscheid kan ook opnieuw verdriet oproepen van eerdere rouwperiodes. Toen ik onlangs op de begrafenis van een jonge moeder was, voelde ik weer het diepe verdriet over de dood van een goede vriendin die jaren geleden haar jonge kinderen ook moest achterlaten.

Afscheid nemen,
welk afscheid ook,
kost tijd.

Nina George schreef:
‘Weet je dat er een tussenwereld bestaat tussen het einde en het nieuwe begin? Dat is de verwonde tijd. Het is een moeras waarin zich dromen, zorgen en vergeten doelen verzamelen. Je stappen worden zwaarder in die tijd. Onderschat die overgang niet, tussen afscheid en begin. Neem de tijd. Soms zijn zulke drempels te breed om ze in één stap te nemen. De drempel die je moet nemen tussen een afscheid en een nieuw begin. (De boekenapotheek aan de Seine)

Er is niet één manier om met afscheid om te gaan. Maar je moet wel iets doen. De ene persoon schrijft de ziel uit zijn lijf, de andere loopt ontelbare rondjes in het bos. Er zijn mensen die willen praten, anderen zoeken de eenzaamheid en de stilte op. Elk mens zal bij elk soort afscheid de afleiding of de uitlaatklep moeten vinden die bij hem past. Het leven gaat immers door. Het leven verwacht dat we verder leven. De pijn, de onmacht, of het verdriet zullen nooit volledig verdwijnen, maar zijn wel beter te dragen als je een verwerking zoekt.

Voor mensen in diep verdriet
schiep God
de eerbied van de stilte,
de troost van een omarming,
en de nabijheid van een vriend.
(Kris Gelaude)

Ik heb een heel goede vriendin. Men noemt dat een boezemvriendin, een soulmate, een zielsverwant. We hebben vele jaren gebabbeld, gelachen en gehuild. We hebben samen musea bezocht en pannenkoeken en mossels gegeten. We hebben pareltjes van boeken besproken en geestelijke ervaringen gedeeld. En toen kwam de dag dat ze ging verhuizen, niet zomaar een paar dorpen verder, maar naar een verre plaats over de grote plas. Ik herinner me nog de krop in mijn keel bij het afscheid. Hoe meer ik nog wou zeggen, hoe minder geluid er uit mijn mond kwam.
Met de jaren heb ik al veel vrienden uitgezwaaid, naar een andere streek of naar de andere kant van de sluier. Er zijn van die dagen dat de lege plekken in mijn hart rauw en bitter smaken. Maar ik weet dat ik die leegtes dan moet beschilderen met de vrolijke kleuren van dankbaarheid.
Weet je, ik moet koesteren wat er was. Al die mensen en dingen hebben me gevormd tot wie ik ben en ze hebben mijn leven verrijkt. En dàt raak ik nooit meer kwijt!

Afscheid nemen
is met zachte vingers,
wat voorbij is,
dichtdoen en verpakken
in de goede gedachten der herinnering.

Zoals ik al zei, het leven gaat verder. We kunnen echter het volgende hoofdstuk van ons leven niet ten volle starten als we in het vorige hoofdstuk blijven hangen. Meredith Wilson vroeg zich af ‘where is the good in the goodbye’. Op een dag zullen we het goede zien, want elk einde is een nieuw begin.

Toon Hermans zei:

Omdat er liefde is,
bestaat er geen voorbij.
In alle eeuwigheid
ben jij …

Ik verkies een ‘hello’ boven een ‘goodbye’. Maar de pijn van het afscheid van een geliefde zal verdwijnen bij het weerzien.

We only part to meet again.

 

 

 

De macht van woorden.

Ik word soms ontzettend stil van woorden. Er zijn woorden die me blij maken, andere bezorgen me een vervelend gevoel.
Toen ik nog voor de klas stond liet ik de kinderen nadenken bij een van mijn lievelings-kinderboeken: ‘Het land van de grote woordfabriek.’ van Agnès de Lestrade. In dat land moet je de woorden kopen en daar heb je veel geld voor nodig. Het was leuk en leerrijk om met de leerlingen stil te staan bij de gedachte ‘Wàt als woorden alleen te koop zouden zijn?’
Welke woorden zou jij eerst kopen?
Welke woorden vind jij belangrijk?

In ‘De boekenapotheek aan de Seine’ schrijft Nina George ook een stukje over het kopen van woorden:

‘Stel je voor dat je mooie woorden eerst zou moeten kopen voordat je ze zou mogen gebruiken. Dan zouden sommige watervallen snel blut zijn. En de rijken zouden het voor het zeggen hebben, omdat ze alle belangrijke woorden konden opkopen. En ‘ik hou van je’ zou het duurst zijn. Als het voor een leugen wordt gebruikt, dubbele prijs. De armen zouden tot woordroof worden gedwongen. Of ze zouden het houden van met daden moeten laten zien, in plaats van het te zeggen.
Dat zou iedereen moeten doen. Liefhebben is een werkwoord, dus … doe je het. Minder praten, meer doen. Toch?’

Laat uw woorden slechts de voorhof zijn van uw daden.
(Johann Wolfgang von Goethe)

Ik vroeg me af hoeveel woorden een mens wel kent. Het schijnt dat Vlamingen en Nederlanders gemiddeld 14 000 woorden gebruiken. Het kennen van woorden varieert bij de mens van 45 000 tot 250 000 woorden. Niemand kent echt ALLE woorden die er zijn. Als je het laatste woord wil hebben, moet je meer woorden leren. Woorden leer je bij door veel te lezen.
Volgens taalstatistieken is de taal met het kleinste aantal woorden het Takki Takki met 340 woorden. Men spreekt het in Suriname. Ik denk dat men daar zijn woorden wel zal wikken en wegen. Het kan ook zijn dat men ginds maar een half woord nodig heeft om begrepen te worden.

Zeg niet weinig dingen in vele woorden,
maar vele dingen in weinig woorden.
(Pythagoras)

Woorden schieten te kort om te beschrijven welke woorden er allemaal zijn. Harde en bittere woorden verminken veel relaties, terwijl zachte en vergevende woorden boosheid en frustraties kunnen helen. Iedereen heeft al eens nood aan een bemoedigend woord. Er bestaan veel lieve woorden, maar ook schijnheilige. De belachelijkste woorden zijn ‘nooit’ en ‘altijd’. De kortste ‘ja’ en ‘nee’, hoewel als je die woorden wil gebruiken, je toch eerst eens goed moet overleggen. Soms gebruiken we verkeerde woorden en hebben we achteraf spijt dat we ze niet ingeslikt hebben.
Ik hou van gevleugelde woorden, van warme woorden, van woorden die mijn adem doen stokken,van  woorden die mijn ziel raken, van woorden die me laten glimlachen, van woorden die me ‘heppie’ maken.

Ik voel me ozo heppie,
zo heppie deze dag
en als je vraagt: wat heppie
als ik eens vragen mag,
dan zeg ik: hoe wat heppie,
wat heppik aan die vraag,
heppie nooit dat heppieje
dat ik hep vandaag?
(Joke van Leeuwen)

Het evangelie van Johannes begint met:
In den beginne was het Woord’
Dat is een zin die me enorm aanspreekt. Ik hou van het Woord en van woorden in het algemeen. Woorden hebben iets magisch en daarom schrijf ik zo graag. Ik vind het een heerlijke uitdaging om met de woorden die iedereen kent toch iets te schrijven waardoor de zinnen anders klinken, anders voelen, anders raken.
Ik geniet ook van het lezen wat anderen met woorden ‘getoverd’ hebben. Soms raken woordcombinaties een gevoelige snaar of geven me een euforisch gevoel of een ‘ahaa’ beleving. Dan neem ik mijn kleurpotlood (dat een vast onderdeel is bij mijn boekencollectie) en kleur of onderlijn datgene wat me stil liet juichen.
Ik hoop dat jij ook wel eens zo onder de indruk was van iets, dat je zei: ‘Daar heb ik nu geen woorden voor.’ Als je dit ervaart, dan spreekt je ziel. Je verstaat wat men zegt, maar je kan het niet naar buiten brengen.

Even terug naar Johannes in de Bijbel:
‘In het begin was het Woord en het Woord was bij God en het woord was God.
Dit was in het begin bij God.
Alle dingen zijn door het Woord gemaakt, en zonder dit Woord is geen ding gemaakt dat gemaakt is. In het Woord was het leven en het leven was het licht van de mensen.’
Het Woord heeft alle macht, zonder het Woord is er niets. Johannes bedoelde er Jezus Christus mee (zie Johannes 1: 14). Maar ook woorden met een kleine letter hebben veel macht.

Woorden hebben verrassend veel macht,
zowel om op te bouwen
als neer te halen.
(Jean B. Bingham)

Woorden kenmerken onze cultuur en zijn het belangrijkste deel van onze communicatie. In deze media-gekke wereld wordt als nooit tevoren geschermd met woorden, en regelrechte leugens worden meer dan eens zonder verpinken als een feit vermeld. Nog deze morgen had een verre vriendin de volgende zin gepost:

Be very careful of people whose words don’t match their actions.

Als ik mijn eigen leven onder de loep neem, dan hebben woorden me zowel vernederd en afgebroken als opgebouwd en geholpen. Ik wil er hier geen woorden aan vuil maken hoe roddel en vulgariteit me ooit pijn hebben gedaan. Maar ik onthou ook de goede woorden die mensen voor mij gedaan hebben, mensen voor wie een woord een woord is, en wiens vriendelijke woorden als een lieflijke echo op mijn levenspad blijven klinken.

If wisdom’s way you widely seek,
five things observe with care:
of whom you speak,
to whom you speak,
and how,
and when,
and where.
(Anon)

De woorden die we gebruiken kunnen zowel een wapen als een medicijn zijn.
Woorden zeggen meer over onszelf dan we misschien beseffen. Wat we in ons hart voelen, daar denken we over na. Waar we over nadenken, daar praten we over. Onze woorden weerspiegelen de persoon die we zijn. Ze geven onze achtergrond en de manier waarop we leven bloot. We moeten dus opletten met het soort woorden dat we gebruiken.
In vakliteratuur worden mensen soms in voorwerpen veranderd. Men spreekt dan over ‘gevallen’ alsof het niet meer over mensen gaat. Woorden die we lezen, horen, of zelf gebruiken kunnen denkbeelden oproepen van problemen, nummers, gedrag, ziektebeelden … in plaats van gevoelens, ervaringen, wensen, de mens zelf.
De geschiedenis leert ons dat de nazi’s de Joden niet als mensen zagen, maar woorden gebruikten zoals ‘figuren’, ‘ongedierte’, ‘koopwaar’, ‘vodden’, … met het gevolg dat morele wetten gemakkelijk zonder schuldgevoel konden overtreden worden en er zulke vreselijke dingen gebeurd zijn.

De taal dient gestemd te worden, net als een viool;
en net zoals te veel of te weinig vibratie in de stem van de zanger
of het trillen van de snaar
de toon vals maakt,
zo zal ook een teveel  of een te weinig aan woorden
de boodschap bederven.
(Oscar Wilde)

In Enos 1:3 staat: ‘…en de woorden die ik mijn vader dikwijls had horen spreken … drongen tot diep in mijn hart door.’ Woorden die ouders tot hun kinderen spreken kunnen inderdaad diep doordringen. Die woorden kunnen verstrekkende positieve en negatieve gevolgen hebben en voor een groot stuk het zelfbeeld van het kind bepalen. Denk maar aan woorden zoals: ‘Je bent altijd stout’, ‘Jij doet nooit iets goed’, ‘Je bent een nietsnut, een nul’, – of: ‘Dat was goed!’, ‘Niemand is volmaakt’, Iedereen moet leren’, ‘Fantastisch!’ ‘Ik hou van jou.’

How we speak to our children
and the words we use
can encourage and uplift them
and strengthen their faith.
(Rosemary M. Wixom)

De Bijbel wordt het woord van God genoemd en ik geloof dat ook, in zover die juist vertaald is. Ik geloof ook dat er nog andere woorden van God zijn, waaronder het Boek van Mormon.
Net zoals ik stil en ontroerd kan worden van gewone menselijke woorden, zo heeft Gods woord in de Schriften me meer dan een keer verwarmd, geholpen en vreugde gegeven.
Ook al geloof jij niet in Schriftuur, je kan er toch mooie woorden in lezen die je als mens kunnen helpen.
Een paar teksten die ik zo mooi vind:

Nu zullen wij het woord vergelijken met een zaadje. Welnu, indien gij plaats inruimt, zodat er een zaadje in uw hart kan worden gezaaid, … en indien gij het woord wél verzorgt, … zal hij wortel schieten … En wegens uw ijver, en uw geloof en uw geduld bij het verzorgen van het woord, opdat het wortel in u zal schieten, zie, zult gij er weldra de vrucht van plukken. (Alma 32: 28-42)

‘…Vergast u aan de woorden van Christus; want zie, de woorden van Christus zullen u alle dingen zeggen die gij behoort te doen.’ (2 Nephi 32: 3)

‘Uw woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad.’ ‘Psalm 119: 105)

‘Als u in Mijn woord blijft, bent u waarlijk mijn discipelen, en u zult de waarheid kennen, en de waarheid zal u vrijmaken.’ (Johannes 8: 31-32)

‘Daarom, ieder die deze woorden van Mij hoort en ze doet, die zal ik vergelijken met een verstandig man, die zijn huis op de rots gebouwd heeft.’ (Mattheüs 7: 24)

As we ‘lay hold upon the word of God’,
it lays hold upon us,
guiding our thoughts, words and deeds,
drawing us ever closer to
the Great Source of those inspiring words.
(Marvin J. Ashton)

Jay Hess was een piloot die in de jaren zestig werd neergeschoten boven Noord-Vietnam. Zijn familie hoorde twee jaar niets van hem. Uiteindelijk mocht hij een brief naar huis schrijven met maximum 25 woorden! Jay Hess schreef: ‘ Deze dingen zijn belangrijk: tempelhuwelijk, zending, school. Hou vol, stel doelen, schrijf geschiedenis, neem twee maal per jaar een foto.’

Welke woorden zou jij naar je kinderen schrijven als je maar 25 woorden mag gebruiken?

Our words, like our deeds,
should be filled with
faith,
hope,
and charity.

Woorden zijn de max!

 

Luisteren om te groeien.

Zoals sommigen misschien weten is een stukje van wie ik ben natuurgids. Ik hou van de natuur in mijn Vlaamse vlakke land en heb in het verleden een aantal cursussen gevolgd om planten, paddenstoelen en vogels te herkennen. De leukste en leerrijkste ervaringen had ik in de buitenlucht met een ervaren gids aan mijn zij.
Ik vind het fijn om mijn kinderen, kleinkinderen en vrienden te wijzen op bepaalde planten en vogelgeluiden. Een natuurwandeling wordt nog leuker als je het gezang herkent van een tsjif-tsjaf, een merel, een vink, een koolmees enz.
Ik heb er plezier in als iemand mij vraagt welke vogel hij hoort. Meestal weet ik het antwoord, soms ook niet. Dat komt waarschijnlijk omdat ik niet altijd goed geluisterd heb naar wat men mij verteld heeft.

John Burroughs, een natuurkenner, liep eens door een drukbezocht park. Boven de geluiden van de stad hoorde hij het fluiten van een vogel. Hij stopte om ernaar te luisteren. De mensen om hem heen hadden de vogelzang niet gehoord. John keek naar de mensen in het park. Niemand merkte het vogelgeluid op. Onze natuurkenner maakte zich er druk over dat iedereen zo iets moois miste. Hij nam een geldstuk uit zijn zak en wierp het in de lucht. Het kwam met een rinkelend geluid op het plaveisel neer; het klonk niet luider dan het geluid van de vogel. Verschillende mensen keerden zich om. Dàt hadden ze gehoord.
Het is moeilijk om tussen al de geluiden van het stadsverkeer het geluid van een vogel te onderscheiden, maar je kan het horen! Je kan het duidelijk horen als je oefent om ernaar te luisteren.

Als we ècht willen luisteren, dan moeten we ons erin oefenen en dan moeten we ook storende geluiden kunnen negeren. Om een merel te horen fluiten moet je het gebabbel van vrienden even uitsluiten. Om te genieten van een concert moet je je afsluiten van het geroezemoes om je heen. Om inspiratie of een goddelijke stem te horen moet je misschien wel de stilte opzoeken. Om naar een medemens te luisteren zullen we ons volledig moeten concentreren.

Luisteren doen we niet alleen met onze oren,
ook met onze ogen en ons hart.

In ‘De boekenapotheek aan de Seine’ van Nina George, ontdekte ik het woord doorhoorzicht.’ Doorhoorzicht is een talent waar je je oren, ogen en intuïtie gebruikt. Je leest aan de lichaamshouding, beweging en gebaren af welke gevoelens er benadrukt worden. Je ziet en hoort door datgene heen waarachter de meeste mensen zich verschuilen. En daarachter zie je alles waar ze zich zorgen over maken, wat ze dromen en wat ze missen.’
Hebben we niet allemaal het talent van ‘doorhoorzicht’ nodig?

Listening with our ears and our hearts may not be easy,
but it is always essential –
especcially for family members who need a hug.
(Ted Hindmarsh)

Je hebt misschien ook al de ervaring gehad dat je opmerkt dat er niet veel mensen zijn die tijdens een gesprek ècht luisteren naar jou. Over ’t algemeen zijn ze gefocust op wat zij zelf het laatste zeiden of wat ze straks zullen zeggen.
Aandachtig luisteren is een van de mooiste dingen die we aan iemand anders kunnen geven. Luisteren is de basis van een goed gesprek. Echt luisteren is niet zo eenvoudig. Als je goed wil luisteren, moet je jezelf opzij zetten. In feite is luisteren een uiting van liefde. Het kost moeite, want we moeten dikwijls ons ‘zegje’ opofferen om de andere de ruimte te geven zichzelf te uiten.
Als je luistert, dan toon je respect voor de andere persoon zijn ideeën, meningen en ervaringen. Je focust je op zijn noden en interesse en stopt de jouwe in de diepvries. Dat is niet gemakkelijk, maar als jij me iets vertelt dan probeer ik volledig aanwezig te zijn en niet af te dwalen met mijn gedachten. Net zoals je natuurgeluiden kan leren, zo kan je ook aandachtig leren luisteren.
Mitch Albom heeft er een mooi stukje over geschreven:

‘Aandachtig leren luisteren? Hoe belangrijk kon dat zijn? Nu weet ik dat het belangrijker is dan bijna alles wat men ons op de universiteit heeft geleerd.
Talloze mensen, met veel kleine problemen, zijn zo in zichzelf verdiept dat hun ogen glazig worden als je langer dan dertig seconden aan het woord bent. Dan denken ze al aan iets anders, een vriend die ze moeten bellen, een fax die gestuurd moet worden, een geliefde over wie ze aan het dagdromen zijn. Pas als je klaar bent met praten, hebben ze er opeens weer hun aandacht bij en dan zeggen ze: ‘Hm -hmm’, of ‘Ja, inderdaad’, en dan doen ze alsof ze aldoor hebben geluisterd.
Het probleem is gedeeltelijk dat iedereen zo’n haast heeft. De mensen hebben de zin van hun leven nog niet gevonden, dus rennen ze voortdurend rond op zoek ernaar. Ze denken: de volgende auto, het volgende huis, de volgende baan. Maar dan ontdekken ze dat die dingen ook leeg zijn, en zo blijven ze rondrennen.
We zijn echt heel goed in praten over koetjes en kalfjes: Wat doe je voor werk? Waar woon je? Maar ècht naar anderen luisteren – zonder te proberen ze iets te verkopen, ze te versieren, ze ergens voor te werven, of om prestige te winnen – hoe vaak kom je dat nog tegen?’

As we learn the social skill of listening to others
and the spiritual skill of hearing the direction of the Spirit,
we will progress in our earthly labors,
and, more important
we will be happy in our labors.

De mens praat ontzettend veel. Soms wel eens tegen zichzelf, maar meestal toch tegen minstens één persoon. Net zoals jullie heb ik al ontelbare gesprekken gevoerd. Beroepshalve tegen honderden kinderen en tientallen leerkrachten, maar ook tegen gezinsleden, vrienden, dokters en volslagen onbekenden. Waarschijnlijk heb jij je, net als als ik, al ontzettend geïrriteerd aan mensen die niet luisteren, of die de schijn van luisteren ophouden. Voel jij ook geen wrevel als men je onderbreekt, of je zin aanvult nog voor je zelf uitgesproken bent? Mensen die me niet aankijken en wiens blik afdwaalt naar andere dingen geven me algauw het gevoel van niet in mij geïnteresseerd te zijn. Weet je waar ik me ook in kan ergeren? In personen die me het vervelende gevoel geven dat ik hun kostbare tijd verspil; ze gluren naar hun uurwerk of wriemelen met hun smartphone. En wat denk je van degenen die hun eigen verhaal er tussen wringen, dikwijls nog in de overtreffende trap: ‘Moet je horen wat ik …’
Nu, ik bevind me soms ook aan de andere kant, dan ben ik degene van wie verwacht wordt aandachtig te luisteren.
Uit onderzoek is gebleken dat mensen elkaar na gemiddeld 17 seconden (!) al onderbreken. Daar gaat het èchte luisteren dan. Hoewel dat onderbreken niet altijd slecht bedoeld is – we geven zo graag advies of goede raad.

Most people do not listen with the intent to understand,
they listen with the intent to reply.
(Steven R. Covey)

We moeten inderdaad wat meer leren luisteren om te begrijpen, niet alleen om te antwoorden. We moeten leren luisteren zonder in te vullen, zonder te oordelen. Luisteren naar degenen van een andere religie of politieke voorkeur kan tolerantie en begrip vermeerderen. Iets wat we in onze tijd zeker nodig hebben!

Wisdom will come
as we listen to learn.
(Russell M. Nelson)

Wist je dat we ook moeten leren luisteren naar wat niet gezegd wordt? Dat is luisteren met de oren van je hart. Dat is luisteren naar wat je niet hoort, maar wel ziet: een liefdevolle blik, een verdrietige traan, een bezorgde rimpel, een trotse glimlach.
Maar er is wel een maar aan verbonden. We moeten opletten dat we niet te vlug denken te weten wat er zonder woorden gezegd wordt. Zo scheppen we spoken en verkeerde interpretaties.

Bijzondere leraren kunnen horen
wat een kind niet kan vertellen.

Elk mens zou moeten leren luisteren met liefde en zo proberen begrijpen wat de andere voelt in wat hij zegt.
Misschien moeten we wat meer tijd geven om te luisteren, zodat we de tonen en de nuances waarop iets gezegd wordt beter tot ons kunnen laten doordringen.
Niet goed naar de andere luisteren is dikwijls de oorzaak van een sputterende, verstoorde relatie.
Misschien moeten we meer proberen luisteren met ons hele ‘zijn’, met onze oren, met ons hart en met ons verstand.

Marion vertelde zijn dokter dat zijn vrouw Ida hoorproblemen had. De dokter vroeg hoe erg het probleem was, maar dat wist Marion niet echt. De arts vroeg om het uit te zoeken. Marion moest uit een andere kamer tot zijn vrouw spreken en dan dichter komen tot ze hem zou horen. Marion deed wat de dokter hem gevraagd had. Hij riep iets vanuit zijn slaapkamer naar Ida die in de keuken was – geen antwoord. Hij kwam dichter en weer kwam er geen antwoord. Dus ging hij voor de keukendeur staan en vroeg: ‘Ida, kan je me horen?’ Ze antwoordde: ‘Wat is er met jou, Marion? Ik antwoord nu al drie keer op dezelfde vraag!’ (Burton Howard)

Zelfs zonder hoorproblemen lijken sommige koppels niet naar elkaar te luisteren. Wijze partners luisteren om van elkaar te leren.
Met ons hele ‘zijn’ luisteren naar onze partner kan mooie momenten opleveren en crisissen de kop indrukken. Kijk in zijn/haar ogen en zie de schoonheid. Koester de expressie van de ogen, de mond, de handen. Luister met begrip en liefde.
Met ons hele ‘zijn’ luisteren naar onze kinderen kan bewondering, trots en liefdevol begrip geven. Luister naar wat je kind vertelt en moedig het aan met je ogen en je houding. Kinderen stellen veel vragen. Soms stellen ze zoveel vragen dat we het vervelend kunnen vinden. Maar besef dat ze je geen vragen zullen blijven stellen, en op een dag, als ze -veel te vlug- volwassen zijn, dan zal je wensen dat ze je wat meer vragen zouden stellen. Luister en geniet van je kind.

Spend a great deal of time listening,not just telling.This listening should be done with an open mind and heart.
When children feel they can talk freely about their feelings, problems and successes,
wonderful relationships develop between parents and children.
(Ben B. Banks)

Met ons hele ‘zijn’ luisteren naar onze ouders is het grootste geschenk dat we hen kunnen geven. Luister naar hun raad en hun herinneringen. Nu ze er nog zijn, luister naar het wonder van de ouderdom.

Luisteren met ons hele ‘zijn’ naar vrienden is de naam vriendschap waardig. Luister naar de zorgen en bekommernissen, naar de frustraties, de gedachten en de blijdschap. Luister en voel mee. Je kan op de sociale media veel likes en volgers hebben, maar een echte vriend krijg je en behoud je door goed te luisteren.

Onze ziel zal verruimen als we leren luisteren naar onze partner, naar onze kinderen, naar onze ouders en naar anderen. Mijn ziel is daar zeker wijzer door geworden.
Toch is er nog een ander soort luisteren wat ons enorme groei kan brengen. Net wat mensen proberen dat soort luisteren onder de knie te krijgen. Je merkt het aan bepaalde rimpelingen in onze overgeconsumeerde, egoïstische, bodycult-gerichte maatschappij: mensen zoeken de stilte op, camino-tochten zijn hip, meditatiecoaches springen als paddenstoelen tevoorschijn op het internet, filosofen krijgen weer een plaatsje in tijdschriften, enzovoort.

Ik ontdekte dat ik minder en minder te zeggen had,
tot ik uiteindelijk stil werd en begon te luisteren.
En in die stilte hoorde ik de stem van God.
(Sören Kierkegaard)

We moeten misschien eens gaan zoeken in onze eigen culturele roots: in de Bijbel en andere Schriften.
Jezus Christus gebruikt dikwijls de woorden horen en luisteren:

‘Wie oren heeft om te horen, laat hij horen.’ (Matt. 11:15)

‘Luister, o gij volk van mijn kerk, … Luister gij volk van verre; en gij die op de eilanden der zee zijt, luistert allen.’ (L&V 1: 1)

‘…gezegend zijn zij die naar mijn voorschriften luisteren en mijn raad het oor lenen, want zij zullen wijsheid leren…’ (2 Nephi 28:30)

‘Wie wijs is zal horen en inzicht vermeerderen.’ (Spreuken 1: 5)

‘Neig uw oor en kom tot Mij, luister, en uw ziel zal leven.’ (Jesaja 55: 3)

Wijsheid komt als we luisteren om iets te leren. Sommigen noemen het meditatie, een hogere bron, intuïtie. Ik noem het God.
In ons leven komen we allemaal moeilijkheden en uitdagingen tegen. We worstelen allemaal wel eens met vragen, teleurstellingen en ontmoediging. We hebben allemaal een of andere zwakheid en geregeld voelen we onze ‘kleinheid’ in het grote universum. Dan is het goed dat familie en vrienden naar ons luisteren. Maar ook God luistert en biedt kracht en hulp aan:

‘Ik zal u van mijn Geest meedelen, die uw verstand zal verlichten, die uw ziel met vreugde zal vervullen.’ (L&V 11: 13)

De fluisteringen van de Heilige Geest horen en herkennen is een levenslange opdracht. Net zoals goed luisteren naar onze medemens niet eenvoudig is en oefening en opoffering vraagt, is ook God horen een hele uitdaging. Meditatie, camino-tochten en stilte zijn prachtige hulpmiddelen, maar misschien moet je er ook de Schriften eens bijhalen en eens bidden. Sommigen kennen de bijbelverhalen nog van vroeger op school, anderen hebben er nog nooit van gehoord. Ik heb ondervonden dat als ik me in oude en hedendaagse schriftuur verdiep, ik Gods stem kan ‘horen’. Net zoals ik zijn stem ‘hoor’ als ik na mijn gebed ‘luister’.

Our Heavenly Father is only a prayer away,
and the Holy Ghost is within whispering distance.
Elaine S. Dalton

Ik heb misschien teveel geschreven over luisteren, maar ik ben er me van bewust dat elk mens zich daarin zou moeten verdiepen. Ons land heeft niet voor niets de hoogste zelfmoordcijfers, laten we dus leren luisteren met ons hele ‘zijn’.
Misschien ben je stil geworden bij mijn laatste opmerkingen over het spirituele luisteren. Maar stilte is goed, stilte spreekt.

Op mijn levensreis moet ik nog beter leren goed te luisteren. Ik wil dat doen, want luisteren is groeien.

 

 

Vrede, wat is dat?

 

Een Russisch schrijver keek glimlachend naar het spel van zijn kleinkinderen.
‘Wat spelen jullie?’ vroeg hij.
Wij spelen oorlog,’ riepen de kinderen.
Maar,’ zei de schrijver, ‘weten jullie dan niet dat oorlog veel pijn en verdriet met zich meebrengt? Speel liever vrede.’
‘Dat is goed, opa, ‘ zeiden de kinderen. ‘We zullen voortaan vrede spelen.’
Maar even later kwamen ze terug naar hun grootvader met de vraag:
Opa, hoe speel je vrede?”
Opa ging zitten op de bank en schudde zijn hoofd.
Ook hij wist het antwoord niet.
(uit ‘Een parel voor elke dag’)

Vredesweek, dag van de vrede … :
één van de vele projecten die op verschillende scholen georganiseerd worden, mèt of zonder gezucht van degenen die in dat werkteam zitten. Tussen alle te geven lessen en bergen papierwerk is het misschien te begrijpen dat er leerkrachten zijn die het vredesproject liever een jaartje willen overslaan. Maar als ik dan het nieuws hoor, of berichten lees van verre vrienden, dan schreeuwt mijn hart: NEE! Sla deze activiteit niet over!
Volgens mij heeft de wereld vandaag meer dan ooit nood aan een vredesboodschap. We leven in een tijd van oorlogen en geruchten van oorlogen. Aan die verschrikking kunnen we persoonlijk niets doen. Maar we moeten onverschilligheid en afstompen tegengaan.
Ik heb vele jaren met twaalf-jarige kinderen Ieper en de omliggende oorlogskerkhoven bezocht. Te midden van honderden witte kruisjes was deze luidruchtige ADHD-generatie stil en ontroerd.
We kunnen inderdaad zelf geen oorlog stoppen, maar we kunnen onszelf en de jongeren een geweten blijven schoppen!

We leven in een maatschappij waar veel haat, conflicten en ontevredenheid leeft. Onze kinderen groeien op met Facebook, Twitter, Instagram, Snapchat, …   nieuwe media die het leven weergeven, met zijn ups en downs, van gewone mensen zoals jij en ik. Maar teveel om goed te zijn, vergiftigen op die moderne berichtgeving haat- en nijdreacties de meningsuiting van een ander. Klimaatopwarming? Je moet eens een paar reacties lezen van voor- en tegenstanders – soms te lelijk om te herhalen. Hetzelfde bij genderuitingen en geloofsverklaringen. Het lijkt erop dat alleen de eigen mening mag zegevieren. Vrijheid van mening is een mensenrecht, maar o wee als die mening indruist tegen wat hip is of een hype, zelfs het suikergehalte in voeding zorgt voor verhitte gemoederen. In vroegere tijden zouden veel handschoenen toegeworpen zijn, nu snijden woorden diepe wonden.

Als we geen vrede hebben,
dan komt dat
omdat we vergeten zijn
dat we elkaar toebehoren.
(Moeder Teresa)

Dan is er ook nog de innerlijke strijd die in iedereen wel eens woedt. Dat laat me denken aan het verhaal van het schilderij van de vrede, waar een koning een grote beloning uitloofde voor de kunstenaar die het best de vrede kon weergeven op een schilderij. De koning moest uiteindelijk kiezen tussen twee schilderijen. Op het ene schilderij had de schilder een rustig meertje geschilderd, hoge bergen weerspiegelden in het water en in de lucht dreef een klein wolkje. Op het andere schilderij was een storm geschilderd. De regen pletste in een kolkende rivier en bliksemschichten verlichtten de hemel. In een struik, onder een overhangende rots, was een vogel te midden van al dit natuurgeweld aan het broeden. De koning koos dit schilderij, de schilder had uitgebeeld wat hij bedoelde: vrede is een kalm hart, te midden van de storm van het leven.
Dit verhaal leert me dat we in een prachtige, rustige omgeving kunnen wonen, maar toch geen vrede voelen omdat we innerlijk aan het strijden zijn. Aan de andere kant kunnen we ons te midden van verwoesting en vernietiging bevinden en toch een onbegrijpelijke vrede voelen. Vanwaar komt die vrede?

Vrede op aarde begint bij jezelf. Vrede verspreidt zich heel dichtbij: thuis, in je buurt, op je werk.
Of we nu geloven of niet, in onze zoektocht naar een veilige en vredevolle wereld kunnen we moeilijk het evangelie van Jezus Christus negeren. In de Bijbel komt het woord ‘vrede’ veel voor. De blijde boodschap is een evangelie van vrede. God legt veel nadruk op vrede. De engelen zongen bij de geboorte van Jezus: ‘Vrede op aarde aan alle mensen van goede wil.’
Howard W. Hunter zei: ‘De wereld waarin we leven, dicht bij huis of ver weg, heeft het evangelie van Jezus Christus nodig. Het evangelie verschaft de enige manier waarop de wereld ooit vrede zal vinden. We hebben een vreedzamere wereld nodig die ontstaat uit vreedzamere gezinnen, buurten en gemeenschappen. Om een dergelijke vrede te verwerven en te ontwikkelen ‘moeten we anderen liefhebben, zowel onze vijanden als onze vrienden.’ Wij moeten anderen in vriendschap de hand reiken. We moeten vriendelijker, zachtaardiger, vergevingsgezinder en minder snel kwaad worden. Gods handelswijze is voornamelijk gebaseerd op overreding, geduld en lankmoedigheid, niet op dwang of harde confrontatie. Zijn benadering is zachte aandrang en vriendelijke uitnodiging.’

Jezus, die ook Vredevorst genoemd wordt, zei zelf: ‘Vrede laat Ik u, Mijn vrede geef Ik u; niet zoals de wereld die geeft, geef Ik die u.'(Joh. 14: 27)
Zijn boodschap is de grootste levensfilosofie ooit aan de mens gegeven. Je moet niet gelovig zijn om zijn raadgevingen in de praktijk te brengen. In de bergrede, één van de belangrijkste toespraken van Christus, staat: ‘Zalig zijn de vredestichters, want zij zullen Gods kinderen genoemd worden.’ (Matt. 5: 9)
Hebben we vandaag niet meer dan ooit vredestichters nodig?
We kunnen thuis en overal zelf een vredestichter zijn, door twist, afgunst en jaloersheid te vermijden. Probeer eens een maand thuis of op je werk vriendelijk en medelevend te zijn. Creëer een sfeer van liefde en harmonie, biedt spontaan hulp aan. Wanneer je geïrriteerd bent, beheers je, tel tot tien, zwijg. Stop met kritiek te geven of te roddelen. Vergeef en vergeet (anders worden ‘oude koeien’ vlug terug uit de sloot gehaald). Om een vredestichter te zijn (te worden) heb je dus véél geduld nodig, geduld met jezelf en met een ander.

De vrede waar de wereld naar verlangt is een staakt-het-vuren, maar men wil niet beseffen dat een blauwdruk van blijvende vrede in het evangelie van Jezus Christus ligt. Als men de moeite zou nemen om Zijn woorden te lezen, dan zou men versteld staan van de eenvoud van de dingen die Hij voorstelt om vrede te hebben.
Ik maak me ook wel zorgen om de gebeurtenissen in Noord-Korea. Mijn maag krimpt soms samen van de ophitsende taal van wereld- en plaatselijke leiders. Ik ben bezorgd om het verdwijnen van waarden en normen. Ik heb verdriet door zoveel ellende op deze wereldbol. Maar net zoals dat vogeltje op het schilderij vind ik vrede en gemoedsrust in de eenvoudige waarheidsbeginselen die Jezus onderwees. Ik heb zijn vredevolle boodschap bestudeerd. Ik speculeer niet dat God bestaat, maar ik geloof het ècht. Het herstelde evangelie van Jezus Christus heeft op mij een actieve invloed. Ik ben een mens en zeker niet volmaakt, maar mijn dagelijks toepassingen -in woord, gedachte en daad-  van waar ik in geloof geven me vrede en rust.

In het boek ‘Achterland’ van Caroline Brothers zegt Hamid:

Ik denk dat als we meer wisten over het heelal,
als we zouden weten hoe het in de ruimte is,
dat we dan hoog boven de grond zouden zijn,
ver weg van onze moeilijkheden,
en het hele leven hier beneden konden overzien.
Al het vechten zou klein zijn
en onbelangrijk en zinloos,
en misschien zouden mensen daardoor
meer van vrede houden.

De aarde is een stipje in het oneindige universum, de mens een stipje op dat stipje. Zal de mens eens begrijpen dat hij een verbondenheid moet zoeken met die nadere stipjes? Dat hij verbonden is met die stipjes? Zal hij eens echt beseffen dat ‘Wanneer de macht van de liefde, de liefde voor de macht overwint, dan pas de wereld vrede zal kennen (Jimi Hendrix)?

Er is nog nooit een goede oorlog
of een slechte vrede geweest.
(Benjamin Franklin)

Ik ben van nature optimist en ik weiger dus aan te nemen dat de mens verdrinkt in een duistere kolkende zee van racisme, geweld, slechtheid en oorlog. Ik geloof dat naastenliefde, eenheid en broederschap tussen alle volkeren eens een stralende dag zal inluiden. Een stemmetje in mij zegt: ‘Dat is het, maar je moet bij jezelf beginnen.’

September is de oogstmaand. Men oogst wat men gezaaid heeft. Als we vrede willen oogsten moeten we reinheid zaaien, moeten we eerlijk omgaan met elkaar en moeten we onzelfzuchtig helpen.

Ik ga me op het einde van elke dag afvragen:

Did I offer peace today?

Bracht ik vrede vandaag?

Doe je mee?

 

Kunst heeft iets magisch.

Deze zomer, in het pittoreske Venetië, botsten mijn man en ik onverwacht op een internationale tentoonstelling. Artiesten van over de hele wereld stelden in een eeuwenoude, karaktervolle woning hun schilderwerken, beelden en andere kunstwerken ten toon.
Ik las ooit dat de gemiddelde museumbezoeker tien seconden naar een kunstwerk kijkt. Misschien kwam het door het contrast tussen de zenderende hitte buiten en de koele ruimtes binnen, maar we bleven meer dan een uur allerlei kunstwerken, over vier verdiepingen verspreid, bewonderen. En ja, sommige van die creaties kregen van mij zelfs nog geen 10 seconden-look, maar andere ging ik zelfs nog een tweede keer geconcentreerd, langdurig bekijken.

Laten we niets benoemen wanneer het om kunst gaat.
Laat ons observeren,
laat ons stil zijn.
(Dirk De Wachter)

Ik ben geen kunsthistoricus en weet echt niet zoveel van eeuwen kunstgeschiedenis. Het woord ‘kunst’ roept bij mij een veelvoud aan creatieve menselijke uitingen op: schilderen, tekenen, fotografie, grafiek, beeldhouwen, theater, muziek, dans, zang, film, architectuur, literatuur en poëzie. Ik hou vooral van schilderijen en etsen, van beeldhouwwerk en van gedichten en andere schrijfkunsten.
Kunst kan je mooi of lelijk vinden, waardevol of waardeloos. Over smaak kan men niet twisten en ik denk dat men over kunst perfect van mening kan verschillen. Het opent zelfs deuren tot interessante gesprekken en discussies. Waarom vind ik iets mooi en jij niet?

Als jong meisje al voelde ik een aantrekkingskracht van musea en tentoonstellingen. Ik raakte gefascineerd door de werken van Escher, de mollige vrouwen van Rubens, de rariteit van Magritte, de veelzijdigheid van Ensor, enzovoort. Die bezoeken hebben me geleerd om traag te kijken en de kunst te ervaren. Om kunst te proeven en te voelen moet je tijd nemen, veel meer dan tien seconden. Ik leerde kijken en voelen, waarderen en in vraag stellen. Het voelt nog steeds prettig aan om een ontdekking te doen in de details van een kunstwerk.
Onlangs stond ik zo goed als oog in oog met het wereldberoemde schilderij ‘Het Lam Gods’ van de gebroeders Van Eyck. Het was jaren geleden dat ik dit diep religieuze kunstwerk had gezien en ik was opnieuw verbaasd dat het zo groot was. Een audio-toestelletje in de vorm van een mobieltje belichtte details die ik vroeger niet had opgemerkt.
Oefening baart kunst, en dat is ook zo met het ervaren van kunst. De 10-seconden-look is écht te kort.

Art is something that makes you breathe
with a different kind of happiness.

Waarom bestaat kunst al vanaf de mensheid een voet op aarde zette? Misschien zit iets creëren diepgeworteld in de menselijke ziel?
Misschien bewijst de mens er zijn goddelijke afstamming mee?
Want ook ‘in den beginne’ werd er door een Almachtige Schepper een ongeëvenaard kunstwerk gecreëerd (Genesis 1:1).
Misschien wil de mens door het besef van zijn vergankelijkheid iets achterlaten, waardoor hij niet vergeten raakt?
Scheppen zit in ons bloed. Als je door een kleuterklas wandelt merk je al vlug dat er in dat groepje mini-mensjes heuse kunstenaars zitten. Ik krijg af en toe een fantastisch kunstwerk van een van de kleinkinderen en hoop dan dat ze die gave om ongeremd hun fantasie uit te beelden nog lang mogen bezitten. Kleine kinderen zijn grote kunstenaars. Pablo Picasso beaamde dit en voegde er aan toe dat het moeilijk wordt een kunstenaar te blijven als je groot wordt.
Eens volwassen verliezen we veel spontaniteit en brokkelt onze fantasie af. Droge cijfers en feiten redeneren de verbeelding weg. Niettemin blijven ‘grote mensen’ ontvankelijk voor kunst in al zijn verschillende vormen. Sommige zielen openen zich opnieuw tot grote scheppingskracht, anderen zoeken ontroering, zin en schoonheid in het maaksel van de kunstenaar.

Kunst heeft twee kanten en de ene kan niet zonder de andere. Aan de ene kant zit de schepper die zijn gevoelens en verbeelding uitdrukt en aan de andere kant staat de waarnemer, die door de kunst te bekijken gevoelens en verbeelding krijgt.
Het gebeurt dat een kunstwerk voor de bezoeker dingen onthult en gevoelens wakker maakt die de maker niet bewust  heeft voorzien. Daar ligt de magie van de kunst.

Eén van de sterkste motieven die de mens naar kunst en wetenschap leidde,
is de ontsnapping aan het alledaagse.
( Albert Einstein)

Ik hou van dichters en gedichten en waag me soms zelf aan dichten. De soms melancholische dichtertaal kan een mens diep raken. Woorden zullen nooit meer zo maar woorden zijn als een gedicht je hart beroert. Een gedicht kan schilderen, zingen en dansen op een manier waar je zelfs geen woorden voor vindt.
Buiten een zeldzaam gedicht waag ik me ook aan andere schrijfsels. Ik heb een speciale band met de 26 letters van ons alfabet. Soms krijg ik kriebels om die letters te manipuleren en heb ik heden, verleden en toekomst in mijn hand. Ik laat geliefden uit een ander oord weer spreken, goochel met krachten en machten, laat onwerkelijkheid werkelijkheid worden. Natuurlijk klopt niet alles wat ik schrijf – kan er nu een draak uit een computerspel springen (mijn eerste kinderboek), om zo maar iets te zeggen – maar dat is weer de magie van kunst.
Wat we in een roman lezen of in een film zien komt niet steeds overeen met de werkelijkheid, maar laat ons wel stilstaan bij ons eigen leven.

Kunst kan alles, tegelijk en door elkaar. De tegenstellingen van het leven zoals goed en kwaad, lust en liefde, geluk en pijn, worden in kunstobjecten getoverd om ons mee te nemen in de wonderlijke wereld van verbeelding, om ons uit onze cocoon te halen, om iets te vinden en te herkennen.
Kunst kan als een oeverloze rivier gevaarlijk stromen, of breekbaar stil zijn – voor de waterval van begrip ons meesleurt in zijn val.
Kunst kan ons tot tranen toe beroeren, ons uitermate verwonderen, ons boos maken, of ons hart verkillen.

In het werk van de schilder, de muzikant, de architect en de regisseur spiegelen we ons eigen bestaan. Dit is soms heel confronterend en misschien is dat de reden waarom we in een musea vluchtig de ene zaal na de andere zaal afwerken.
Ik heb wel mijn bedenkingen over kunst die platvloers en commercieel wordt, en die louter financieel succes nastreeft. Is het dan nog kunst? Toon Hermans schreef al:

In onze tijd worden veel meer kunstenaars ‘gemaakt’ dan geboren. Er is zoveel bluf en zoveel propaganda die niets meer met de waarheid te maken heeft, en op artistiek gebied worden ons regelmatig knollen voor citroenen verkocht, en schitteren de sterren aan het firmament van de schone kunsten, die wezenlijk geen greintje licht verspreiden, maar een kitscherig soort glans danken aan allerlei vormen van misleidende publiciteit.

Kunst creëren mag niet alleen gericht zijn op presteren, maar moet vooral het hart bevredigen. Natuurlijk is iedereen gevoelig voor een compliment en het winnen van een of andere prijs, maar het scheppen op zich vertrekt uit het hart naar het hart.

In onze gefrustreerde wij-zij-ik- wereld ligt misschien een stukje genezing in het bezoeken van concerten, theaters, tentoonstellingen en musea. We bevinden ons daar tussen mensen die we niet kennen, die innerlijk en uiterlijk heel verschillend zijn, maar die gelijkstemmend kunst komen ervaren. We zien of horen werken van mensen die we niet kennen, die anders denken en redeneren en die ver of dichtbij wonen, maar die ons door hun verbeelding kunnen ontroeren en begeesteren.

Art is our one true global language.
It knows no nation,
it favors no race,
and it acknowledges no class.
It speeks to our need to
reveal, heal and transform.
It transcends our ordinary lives
and let us imagine what is possible.
(Richard Kamler)

De meeste mensen hebben wel al gehoord van Michelangelo, de Italiaanse beeldhouwer. Hij was ook een schilder, dichter en architect. Eén van zijn marmeren kunstwerken bevindt zich in ons land. In de Onze-Lieve-Vrouwekerk in Brugge kan je ‘de Madonna en het Kind’ bewonderen. Het is het eerste beeldhouwwerk van Michelangelo dat Italië verliet. Ik kan me moeilijk voorstellen hoe zulk een kunstwerk met slechts een hamer en een beitel zo gedetailleerd uit een blok marmer tot stand gekomen is.  Daarbij krijg ik dan het beeld van een andere beeldhouwer voor mijn netvlies: mijn Hemelse Vader. Hij gebruikt figuurlijk een hamer en een beitel om mij door mijn dagelijkse ervaringen te vormen tot een meesterlijk kunstwerk.

Michelangelo was 13 jaar toen hij bij een leermeester in de leer ging. Hij volgde zijn instructies en meer dan 70 jaar lang schiep hij kunstwerken die door de hele wereld nog steeds bewonderd worden. Zoals Michelangelo moet ik proberen begrijpen en geloven dat het mogelijk is om dag na dag, beetje bij beetje, te veranderen in een kunstwerk.
Onze keuzes geven vorm aan onze ziel. God zal ons met zijn ‘hamer en beitel’ laten uitstijgen over onze zwakheden en onvolkomenheden. Als we ons eeuwig perspectief begrijpen dan kan ons leven een waarlijk meesterwerk worden.

The best artist is God.

Michelangelo’s bekend gezegde: ‘In elke blok steen zit een beeld verborgen’ , zouden we wat dieper moeten laten zinken in onze uitlatingen en gedachten over onze medemens. We lezen en horen de dag van vandaag teveel scheldwoorden en pesterijen. Haatmails zijn in en hoe grover hoe meer likes. De wereld is ons dorp geworden en we zouden er goed aan doen om allemaal dat ‘beeld’ te zien in de ander. Dirk de Wachter formuleerde het zo:

‘Als de nood hoog is, is de redding nabij. Onze tijd kenmerkt zich door een hoge nood aan betekenis, aan zin, aan zijnsgrond. Kunst is hier van groot belang.’

Als kunst kan meehelpen aan de verzuring van de maatschappij wil ik mijn steentje bijdragen. Ik zal blijven harpen, blijven schilderen, blijven schrijven. Niet voor de prestatie op zich, maar met de bedoeling een mensenhart te raken. Ik zal ook wat meer tijd nemen om naar kunst te kijken of te luisteren. Mijn hart wil ook geraakt worden. Kunst is zo belangrijk, want, weet je:

The earth without art

is just eh

 

Geef toe, een leven met alleen maar ‘eh’ is geen leven. Dus, weg met de 10-seconden-look. We zien wat we willen zien. En neen, het is niet omdat je selfies neemt met een kunstwerk op de achtergrond (en het ‘arties’ noemt) en dus enkele seconden langer in ’the picture’ staat, dat kunst je dan zal verrijken. Eh?

Tip: Hou de ‘nacht van het museum’ in het oog van onze verschillende steden,
en hou ook het programma van de ‘Slow Art Day’ (zaterdag 14 april 2018)  in de gaten, dan kan je onder begeleiding van een kunstkenner heel wat te weten komen.
Bezoek een kunststad, of de kunst in je eigen dorp.
Volg een cursus beeldhouwen, of …
Beluister een CD van Mozart, …
Lees het boek ‘Vlaanderen in de kunst’ (Dimitri De Maesschalck)

 

 

De schoonheid van meditatie.

Ik hou van rustige plaatsen waar ik tot mezelf kan komen: een leeg strand, de eenzame hoogten in de bergen, de weidse polders en vlakten, holle wandelwegen en ellenlange bosdreven. En als ik het verkeersgedruis kan neutraliseren, zijn er in onze tuin ook enkele hoekjes die me rust bieden.
De stad jaagt me meestal op, maar af en toe is er een gebouw dat me tot stilte uitnodigt. Ik heb het niet alleen over een kerk of een kapel, maar ook in bepaalde musea, bibliotheken en verrassende boekenwinkels gaat mijn hart langzamer kloppen en is de tijd even zijn plaats kwijt.
Onlangs genoot ik  van zo’n tot reflectie -uitnodigend plekje in Lingfield, Engeland. Rond een Mormoonse tempel ligt een vrij-toegankelijk park van ongeveer 12ha. De unieke sfeer die dat domein uitstraalt, liet me mijmeren over mijn leven.
‘Een mooie plaats om te mediteren’, knipoogde een vriendin die ‘mijn bankje’ passeerde.

Meditation is a wonderful way
to shut down the outer noise
so that you may pay attention
to the universal inner message.
(Debasish Kridha)

Mediteren … meditatie … mindfulness …zen …
Ik heb het niet zo voor die zweverige rituelen – met of zonder oergeluiden – die promoten je geest leeg te maken. Ik wil mijn geest niet leegmaken, ik wil hem juist ten volle benutten en ontwikkelen. Is mediteren te oosters voor mij, een westerling?
Ik ben er wel van overtuigd dat een mens geregeld tot rust moet komen. We hebben zo’n druk leven en er gebeurt zoveel rondom ons, dat we het best wel moeilijk vinden om even stil te staan, om de wereld te laten draaien met alle satellieten eromheen en om de pauzeknop in te drukken. We moeten af en toe over ons leven nadenken. We moeten af en toe evalueren of we wel op die weg staan die we willen bewandelen. We moeten af en toe reflecteren wat we het belangrijkste vinden in ons leven en ons dan afvragen of we al die poespas rond ons correct gebruiken om dat belangrijkste te bereiken.
Wel, zo stilstaan, nadenken, reflecteren, dat is mediteren, toch?
Meditatie heeft veel gezondheidsvoordelen. Ik ben ervan overtuigd dat mediteren goed is voor je lichaam en je geest, het brengt je tot rust en je kan de stress loslaten. Door te mediteren kom je dichter bij je ware ik. Het kan een spirituele belevenis zijn, waar je geest hogere waarheden onderschept.

In de stilte van het denken
hoor je de antwoorden.
(inspire.nl)

David O. McKay zei: ‘We besteden te weinig aandacht aan de waarde van meditatie. Meditatie is de taal van de ziel. Zij is omschreven als ‘een vorm van innerlijke toewijding, of geestelijke oefening, bestaande uit een diepe, voortdurende overpeinzing van een bepaald godsdienstig thema.’ Meditatie is een vorm van gebed. Meditatie is een van de vertrouwelijkste, heilige deuren waardoor we in de tegenwoordigheid van de Heer komen.’
Ik hou van David O. Mc Kay’s omschrijving van meditatie als ‘diepe overpeinzing’. Dat is wel wat anders dan je ‘geest leegmaken’.
Als christene ben ik gaan nadenken of Jezus Christus ons op het vlak van mediteren ook een voorbeeld heeft gegeven. En ja, voor Hij zijn bediening begon, verbleef Hij 40 dagen op een eenzame plaats om te vasten en te bidden (Mattheus 4). Daar zal Hij gemediteerd hebben over zijn verantwoordelijkheid in die grote zending die voor hem lag. In Lukas 6 las ik dat voor Hij de diepzinnige bergrede hield, Hij zich op een berg had afgezonderd om met God te communiceren. Hij deed hetzelfde na een drukke sabbat, toen Hij bij Petrus logeerde en Hij vroeg in de morgen opstond. Toen ze naar Jezus zochten, bleek Hij zich te hebben afgezonderd (Marcus 1:35-36). Na 5000 mensen te eten hebben gegeven, vroeg Hij de apostelen om de mensen naar huis te sturen. Jezus ging dan de bergen in om alleen te zijn (Mattheus 14: 23).
Ik heb het ook wel eens nodig om alleen te zijn, om na te denken over mijn verantwoordelijkheden en om inspiratie te krijgen.

Als u leert mediteren, kunt u dichter bij de Heer komen dan u zich kunt voorstellen.
Laat uw geest door de Geest onderricht worden.
(Harold B. Lee)

Meditatie kan ons voorbereiden op een diep, persoonlijk gesprek met de Heer. Voor we onze mond opendoen, zouden we de fysische wereld moeten proberen loslaten om ons beter te kunnen concentreren op het innerlijke, op ideeën en op gevoelens.
Ik weet uit ervaring dat dit niet zo gemakkelijk is. Mijn gedachten dwalen nogal vlug af, de deurbel onderbreekt mijn rust, de telefoon rinkelt, onze koekoeksklok roept heel duidelijk het uur, de vuilniskar rammelt voor het huis, kinderen maken lawaai, de wasmand loopt over, mijn maag kondigt aan dat het tijd is om achter de kookpot te staan, kortom, ik ben bezorgd en afgeleid door heel veel dingen.
Het is niet voor niets dat ook Jezus eenzame plaatsen opzocht. Dat kunnen we ook. Het liefst zou ik me met een vingerknip willen verplaatsen naar een zonnige alpenweide om mijn gesprek met God voor te bereiden. Maar ik kan dat trucje nog niet. Ik moet tevreden zijn met de stilteplekjes rondom en in ons huis, -waaronder een badkamer die op slot kan. Ik kan de telefoon van de haak nemen en mijn mobieltje uitzetten en een tijdstip kiezen waarop ik het minst gestoord kan worden.
Ik besef dat ik ervoor moet zorgen om het niet te druk te hebben, zodat meditatie niet onderaan het lijstje komt te staan. Ik wil er tijd voor nemen, want ik weet dat het belangrijkste wat ik ooit zal weten, niet via mijn ogen en oren komt, maar door een innerlijke bevestiging.

If you want to find God,
hang out in the space
between your thoughts.
(Alan Cohen)

Chauncey C. Riddle schreef: ‘Meditation can not be taught, because it is something personal and private; it is the venturing of the soul into the unknown. But it can be learned by anyone who has the courage to think for himself. A likely initiation to meditation is to ponder the Scriptures, the words of the living and the dead prophets of God. Banish all commentaries for a moment, forget hearsay teachings. What does the Lord actually say.’

Mediteren is inderdaad heel persoonlijk. Op het internet zijn er genoeg tips te vinden door allerlei psychologen, therapeuten en goeroe’s, maar het blijft een persoonlijke aanpak. We moeten zelf eerst beseffen dat we een tweeledig wezen zijn: lichaam en geest. We moeten zelf de deur tot onze geest openzetten. We moeten zelf de rust en de stilte opzoeken.
Meditatie vervangt bidden of schriftstudie niet, maar het vermindert wel stress en biedt je een gelegenheid om aan Christus en de zegeningen van het leven te denken.

Meditatie is je verstand tot rust brengen. Zo kan je beter voelen wat de Heer je wil zeggen, zo kan de Heilige Geest beter met jou communiceren.
Mediteren over alles waar je dankbaar voor bent, vernietigt bittere gedachten en ontevredenheid, en geeft liefde in de plaats.
Meditatie opent de deur voor liefde, gebed, God, licht, dankbaarheid, en al het goede om je heen.

Meditatie is de bries die naar binnen waait
als je het raam open laat.
(inspire.nl)

In deze tijd van opkomende rassenhaat en onverdraagzaamheid, van secularisatie en spotten met geloof, van mensonterende toestanden en raketten die stand by staan, worden we overrompeld met kleine en grote zorgen, met gevoelens van onmacht, boosheid en afkeer. We weten niet meer, of zijn vergeten, wie we echt zijn.
Ik wil wat meer ‘mijn stilteplekjes’ opzoeken, de pauzeknop induwen, het raam van mijn ziel openen en luisteren naar het goddelijke in mij.

Be still
and know
that I am God.
(Psalm 46: 10)

 

 

Anderen en jezelf ontmoeten.

Heb je al eens goed naar mieren gekeken? Niet naar zo ééntje, of twee, die in jouw keuken op zoek gaan naar zoete voorraden, maar naar een hele nest tezamen.
Die ene (of enkele) in mijn keuken zijn geen lang leven beschoren (kwestie van de wetten in huis), maar buiten, in de natuur, is het fascinerend om die beestjes heen en weer te zien wriemelen. De mieren in mijn tuin zijn altijd druk bezig. Ik zie ze onder stenen, onder struiken en zelfs zomaar midden in het gras. Sommigen slepen met een dennennaald – vraag me niet waarom, misschien maken ze er wel een mierenbezem van. Met wat geluk zie ik ze een dode vlieg naar hun nest slepen – geen wonder dat ze mijn keuken liever bezoeken. Af en toe merk ik een hele mierenstraat op: ze kruipen allemaal snel achter elkaar – net als auto’s tijdens het spitsuur op onze wegen. Maar heel soms gebeurt het dat twee mieren blijven staan. Ze voelen met hun voelsprietjes aan elkaar en het lijkt alsof ze kennismaken.

Ik moest aan ons, de mensheid, denken. We zijn ook allemaal druk bezig in onze nesten. We slepen voedsel, kleding en allerlei andere nuttige en nutteloze dingen ons huis binnen. We stappen achter elkaar op het voetpad en wachten in een rij aan de kassa. Maar af en toe staan we ook stil, geven een hand of een knuffel, slaan een praatje, of stappen arm in arm verder.
In ons leven kruisen we geregeld het pad van een ander mens.
Soms is het een toevallige ontmoeting.
Zo ontmoette ik onlangs een vroegere klasgenoot die het heel grappig vond dat ik rimpeltjes had (het was meer dan 30 jaar geleden dat we elkaar gezien hadden).
Toevallige ontmoetingen kunnen heel leuk zijn, maar soms ook heel vervelend. Op reis kan je fantastische mensen ontmoeten aan de ontbijttafel, in een museum, aan het zwembad, op een bergtocht, … Ik hou mooie herinneringen aan koppels die op vakantie even mijn pad kruisten: de fijne gesprekken, de grapjes aan tafel, de politieke babbel.
Maar af en toe was zo’n toevallige ontmoeting ook ronduit verschrikkelijk. Je herkent misschien ook wel de situatie dat onbekende mensen naast je komen staan tijdens een receptie en alleen maar zelf aan het woord zijn, of kritiek voeren op van alles en iedereen. Als ik denk dat ik genoeg ‘geleerd’ heb uit die situatie, dan pas ik heel discreet de ‘verdwijntruc’ toe in de hoop dat een andere ontmoeting aan dat tafeltje wat verder véél meer voldoening zal geven.

Als je iemand ontmoet
wiens ziel niet op één lijn zit met de jouwe,
zendt deze dan je liefde en ga verder.
(onbekend)

Naast de toevallige ontmoeting heb je ook de vluchtige, zoals gisteren, toen de Bofrostman aan de deur belde en ik te veel ijsjes voor in de diepvries kocht van hem (misschien zat zijn verkopersglimlach er voor iets tussen, maar ik verdenk eerder de hitte waar de zon al enkele dagen te kwistig ons landje mee bedient).
In elk geval, vluchtige ontmoetingen hebben we heel dikwijls: met de postbode, de bakker, de beenhouwer, de kassierster,… noem maar op. Heel veel mensen kruisen vluchtig ons levenspad, zoals medepassagiers in een trein bijvoorbeeld. Maar kunnen we dat een ‘ontmoeting’ noemen? Ik denk meestal niet, soms wel. Zoals die onbekende dame die, net voor ze van de trein afstapte, naar me toestapte en glimlachend zei: ‘Proficiat mevrouw met uw kinderen, dat zie je niet zo gauw meer op de trein.’
Mijn dag was goed, en niet alleen omdat ze me jonger schatte – het waren mijn kleinkinderen- maar gewoon omdat een onbekend iemand waardering uitsprak.
Een woord van dank, een goedkeurende blik, een glimlach, een blijk van waardering, … dit alles maakt een ‘vluchtige ontmoeting’ de moeite waard.

Het is heerlijk
de blik van een vriendelijk mens te ontmoeten.
(Euripedes)

Er zijn ook ontmoetingen die we plannen, sommige zelfs op heel geregelde basis. Ik denk aan familiefeestjes, vriendenbezoekjes, en zelfs doktersafspraken. Die laatste ontmoeting is misschien wat afstandelijker, maar kan ook boeiend zijn en in veel gevallen levensnoodzakelijk.
Maar zelfs een geplande ontmoeting is dikwijls geen èchte ontmoeting.
Wanneer kan je spreken van een echte ontmoeting? Volgens mij moet die voldoen aan een paar punten:
– de persoon ècht zien,
– ècht luisteren,
– willen ontdekken en de moeite doen om te weten te komen waar die persoon voor staat, waar hij voor gaat, wat hij belangrijk vindt, wat er in hem leeft.

In een echte ontmoeting zit dus een hele opdracht, een spontane ongedwongen opdracht. Het is geen huiswerk, of een lijstje afwerken, maar diepe menselijke interesse. Prinses Diana zei:

Ik wist wat mijn werk was;
het was er op uit te gaan
en de mensen te ontmoeten
en van hen te houden.

Is dat niet het werk van elke mens?
Wat zijn zo een paar van die echte ontmoetingen in mijn leven geweest?
Eerst en vooral springt er de ontmoeting van mijn man omhoog. Ergens in Averbode ontmoette ik een knappe jonge man met donker haar en blauwe vriendelijke ogen. Na een eerste aarzelend gesprek volgden er veel meer. Deze ontmoeting is nog steeds niet afgelopen. Ze is breder, dieper, ruimer en mooier geworden dan die eerste toevallige ontmoeting. Na 40 jaar huwelijk kijk ik nog steeds in de mooie ogen van mijn man. Ik doe mijn best om goed naar hem te luisteren. Mars en Venus zijn in die 40 jaren al veel dichter bij elkaar gekomen. Ik weet zo stilletjesaan wel wat er leeft in mijn beste maatje en ik weet waar hij voor staat. Maar ik wil dingen in zijn ziel blijven ontdekken. Die eerste ontmoeting met mijn man is een samensmelting geworden die zich tot in de eeuwigheid zal uitstrekken.

When men and women are able
to respect and accept their differences,
then love has a chance to blossom.
(John Gray)

Bij echte ontmoetingen denk ik ook aan mijn echte vrienden: die speciale klasgenote, die meelevende collega, geestelijke reuzen in de kerk, … Soms lopen onze wegen nog dicht bij elkaar, soms hebben ze een andere wending genomen, en soms hebben onze paden zich weer gekruist. Er zijn diepe wekelijkse ontmoetingen geweest met veel ‘meidengeklets’, ‘filosofisch gebabbel’, en  zielverheffende gesprekken.
Sommige van die ontmoetingen kregen een vervolg in de nieuwe technologie, anderen zijn verwaterd en opgedroogd. Soms, als onze levenspaden weer kruisen en er een ontmoeting – gepland of verrassend- gebeurt, dan vallen tijd en afstand weg en knuffelen onze lichamen en zielen alsof er nooit een verwijdering was.

Onder echte ontmoetingen vallen natuurlijk ook de interacties met mijn kinderen en kleinkinderen. Toch blijft het opletten dat ook die samenkomsten uit mijn ziel moeten komen.

De ontmoeting met een goed mens
blijft altijd een mooie herinnering in ons leven.
(André Demedts)

Misschien moeten we ook wat meer durven in onze ontmoetingen. Sommige mensen zijn heel sociaal, maar anderen koesteren het eiland-gevoel. Ik zit er zo’n beetje tussen en heb af en toe wel een duwtje nodig. Zo was onlangs een Amerikaans gezin op zoek naar onderdak voor een paar dagen. Het ‘zouden we’ of ‘zouden we niet’ spelletje werd een ‘Ja, we doen het!’
Onbekende mensen gepland ontmoeten is een aftasten en aanvoelen. Het naambordje met een glimlach aan de uitgang van een station opende de deuren van zien, luisteren en ontdekken. Het zorgde voor een verrijkende ontmoeting en  een nieuwe vriendschap. Onze paden hebben even gekruist, de herinneringen zullen nazinderen.

Laten we elkaar altijd ontmoeten met een glimlach,
de glimlach is het begin van de liefde.
(moeder Teresa)

Ik wil het nog over twee andere ontmoetingen hebben die heel belangrijk zijn: die met God en die met onszelf.
Beide ontmoetingen kunnen gepland zijn, maar kunnen evengoed verrassend toevallig gebeuren. Beide zullen nooit vluchtig zijn, maar een onuitwisbare indruk achterlaten.
Er zijn mensen die God ontmoeten in de grootste pijn en hartzeer, in de bitterste omstandigheden; anderen ontmoeten hebben in de grootste schoonheid en vreugde. Weer anderen zoeken hem zelf op. Ik heb God ontmoet in deze drie situaties: in een ziekenhuis, in een rouwproces, in een lieflijke bergvallei, aan zee, in onze tuin, in Gods huis.
Een ontmoeting met God moet aan dezelfde voorwaarden voldoen als met een menselijke ontmoeting. Je moet Hem zien, naar Hem luisteren en Hem ontdekken.
Een ontmoeting met God verandert je leven, compleet. Een ontmoeting met God hoeft niet eenmalig te zijn, maar kan de eeuwigheid omvatten.
Ik denk dat voor we God ooit kunnen ontmoeten we eerst onszelf moeten ontmoeten.
Jezelf ontmoeten is geen gemakkelijke opdracht. Multatuli schreef al:

Ik wou mezelf gaarne eens ontmoeten om te weten hoe ik me beviel. Maar ‘k moet bijzonder goed gehumeurd wezen op die dag, want ik hou niet van onaangenaamheden.

De spiegel toont slechts één aspect van ons zijn, maar wel een waar de media het meest belang aan hecht. Het is goed om eens een gesprek met je spiegelbeeld te voeren (misschien best een tijdstip kiezen dat je alleen bent, of men denkt nog dat je te lang in de zon gezeten hebt). Durf jij jezelf de volgende vragen stellen? En, deze lijst is zeker niet compleet:

Ben ik dat écht? Of verberg ik me onder allerlei crèmes en kleurtjes?
Laat ik Facebook bepalen hoe ik eruit zie?
Wie ben ik eigenlijk?
Waar sta ik voor?
Ben ik gelukkig?
Wat maakt me gelukkig?
Wat maakt me ongelukkig?
Kan ik daar zelf iets aan doen?
Waar leef ik voor?
Wat vind ik belangrijk?
Op wie wil ik echt lijken?
Moet ik iets veranderen?

Jezelf ontmoeten, daar is durf voor nodig. Mensen deinzen nergens zo voor terug als voor een ontmoeting met zichzelf (Fritz Muliar).

Een gesprek met jezelf voeren kan een hele openbaring zijn. Het kan een opluchting zijn. Het kan het begin van een nieuw leven zijn. Het kan bevrijdend zijn. Het kan bevestigend zijn.
Jezelf ontmoeten opent de weg naar echte ontmoetingen.

Alleen wie bij zijn eigen zelf is gekomen,
kan de ander werkelijk ontmoeten.
(Martin Buber)

De zomertijd is een unieke tijd om vluchtige ontmoetingen een kleurtje van begrip en liefde te geven, om toevallige ontmoetingen de kans te geven een gouden randje toe te voegen aan je leven, en om diepe, echte ontmoetingen tijd en zuurstof te geven.
Ik ben dankbaar voor alle ontmoetingen in mijn leven. Voor de bittere, omdat ze me iets leerden over mezelf en de wereld om me heen. Voor de zoete, omdat ze me verfristen, opbouwden en versterkten.

We ontmoeten mensen niet bij toeval.
Zij kruisen ons pad voor een reden.

Ik kijk ook uit naar een ontmoeting die nog in de toekomst ligt: het weerzien met mijn overleden familie en vrienden. Ik weet nu al dat die ontmoeting heel intens zal zijn.

Zullen wij elkaar ontmoeten aan de overzij van ’t meer?
Waar de golven zachtjes kabb’len, want daar zijn geen stormen meer.
Ja, ik zal, ja, ik zal, ja, ik zal u daar ontmoeten
en met blijdschap u begroeten aan de overzij van ’t meer.
(Horace L. Hastings)

Ik wil deze vakantiemaanden mijn vluchtige, toevallige en geplande ontmoetingen kruiden met echtheid. En jij?

Geniet van het leuke filmpje en de prachtige lofzang:

Wat heet ‘gelukkig zijn’?

gelukkig zijn in de Dolomieten

Mensen die me goed kennen weten dat ik me gelukkig voel als ik kan lezen. Voel je even mee?
Ik … onder een blauwe hemel met hier en daar een witte kerosinestreep,
Ik … in de schaduw van een bladerdak met honderden kastanjeblaadjes,
Ik … alleen in een kleine groene oase van rust,
Ik … met klaterend water en een zanglijster op de achtergrond,
Ik … met een leesbril op mijn neus,
boek in een hand,
papier en pen binnen handbereik,
Zalig gewoon!

 

Op een van die gelukkige ontspanningsmomenten las ik ’t volgende:

‘Alles wat ze (school) ons bijbrengen, mon ami, is een afleidingsmanoeuvre. Binomiale formules, citroenzuurcyclus, Franse grammatica, perspectief tekenen, eisprong, driesprong, continentenverschuiving, haplotypering – allemaal bedoeld om te zorgen dat geen van ons op het idee komt om te vragen: ‘En hoe is het als je sterft? Hoe vind je een huis? Hoe vind je de juiste vrouw? Wat is de zin van het leven? … Weet je, mon ami, ze verzwijgen het belangrijkste voor ons.’
‘En dat is?,’ vraag ik.
‘Hoe we gelukkig worden.’
‘Nee, dat is het niet. Ze verzwijgen voor ons hoe we merken dat we gelukkig zijn.’
(Nina George in ‘Duizend kleuren blauw.’)

Merken jullie het wanneer je gelukkig bent?

Er wordt veel over geluk en gelukkig zijn gezongen en geschreven. Kunnen we geluk zoeken, of moeten we het zelf maken? Wat maakt een mens gelukkig? Is plezier geluk? Brengt geld geluk? Kan je gelukkig zijn als je ziek bent? Zijn anderen zoveel gelukkiger als jij? Kunnen we uberhaupt in deze wereld nog wel echt gelukkig zijn?
Geluk laat zich niet zomaar vangen, zelfs niet met de voorzichtige inspanning zoals een kind een vlinder probeert te vangen in een vlindernetje. Ook niet met eindeloos geduldig wachten zoals een visser bij zijn lijn. Geluk vliegt of zwemt niet zomaar rond in ons zelfgemaakt of ingebeeld paradijs. Ons leven zit vol pijn en tegenslag. Geluk vind je niet, geluk moet je zelf maken. Is dat niet een geweldig feit? Geen enkele super rijke, super geleerde, super popster, super sportman, super economist, super politieker, super filosoof, geen enkel mens kan geluk kopen, of afbakenen, of egoïstisch voor zichzelf opeisen. Geen enkel mens, alleen jij, bepaalt of je gelukkig wil zijn.

Happiness and joy come
from what a person is,
not from what he or she possesses
or appears to be.
(Dallin H. Oaks)

Ik heb eens gelezen (ja, wat dacht je) dat wetenschappers ontdekt hebben dat iedereen een zogenaamd vast gelukspunt heeft, een persoonlijk geluksniveau. Bij de ene mens ligt dat wat hoger dan bij de andere. Maar de mens is in staat om zijn vaste gelukspunt te verhogen. Je bent zelf de sleutel tot je geluk. Alles wat je doet, zegt, denkt en voelt heeft een invloed op je gelukkig zijn.
Marci Shimoff (co-auteur van Chicken Soup for the Woman’s Soul) heeft een boek geschreven over geluk: ‘Happy for no reason’. Daarin schrijft ze dat we bepaalde gewoontes in ons leven dienen te ontwikkelen om gelukkig te zijn. Ze gebruikte de metafoor van een huis om die gewoontes in zeven belangrijke aspecten van het leven toe te passen:
De fundering: het nemen van verantwoordelijkheid over je eigen geluk,
vier hoekstenen: je gedachten, hart, lijf en ziel.
Het dak wat voor een geïnspireerd leven staat.
En de tuin met mensen die ons omringen.

Ik moest bij haar indeling denken aan een uitspraak van Joseph Smith:

Happiness is the object and design of our existence,
and will be the end thereof,
if we pursue the path that leads to it;
and that path is virtue,
uprightness, faithfulness, holiness,
and keeping all the commandments of God.

We zullen gelukkig zijn als we de weg volgen die ernaar toe leidt.
In de Schriften staat dat ‘ goddeloosheid nooit geluk bracht (Alma 41: 10). Wat voor moois de reclame ons ook wil laten geloven, er is geen geluk te vinden in alcohol of drugs, alleen verslaving. Er is geen geluk in geweld, alleen pijn en verdriet. Er is geen geluk in seksuele ontrouw, pornografie en andere misbruiken van die goddelijke gave, alleen afstomping en degradatie van de ziel. Wat de glitter van Hollywood ook voorschotelt, je hebt zelf de verantwoordelijkheid voor je eigen leven en hoe je dat ervaart.

Het geheim van geluk is vrijheid
en het geheim van vrijheid is lef.
(Thucydides)

De mens heeft de vrijheid om keuzes te maken, maar je draagt ook de verantwoordelijkheid voor die keuze. Het leven bestaat uit keuzes, je geluk is afhankelijk van de keuzes die je maakt. Heb de moed om goede keuzes te maken. Iedereen heeft al eens spijt van gedane keuzes. Soms moet je het verleden kunnen vergeten, loslaten, om dan opnieuw keuzes te nemen die je gelukkig maken.

Eén van de hoekstenen waarover Marci het had, zijn onze gedachten, onze waardigheid. Op het pad naar geluk zijn we eerlijk met onszelf. ‘Om gelukkig te zijn, moet je een beetje uit de spotlights blijven, anders verbrand je je aan de zon en komen je vleugels los, zoals bij Icarus. En dan val je van hoog. Het is alsof de media ons in een sjabloon willen drukken van succes, en voor sommige mensen is dat oké: die zijn getalenteerd, maar sommigen zijn dat niet en die voelen zich ongelukkig. Wees dankbaar voor wat je hebt’ (Dirk De Wachter)
We zullen gelukkiger zijn als we een eerlijk beeld van onszelf geven en als we naar ons geweten luisteren. Iemand zei eens: ‘Ik ben het gelukkigst als ik geen knagend geweten heb.’

Het gaat niet om de plek, noch de omstandigheden,
alleen de eigen gedachten, de eigen geest,
kan ervoor zorgen dat iemand
gelukkig of ongelukkig is.
(Roger L’Estrange)

Je gedachten kunnen je maken of breken. Geef gedachten die je beperken geen kans om een negatieve invloed uit te oefenen. Zoek iets waar je goed in bent, wat je graag doet. Als je je creatief inzet, dan voel je je gelukkiger. Want dan moet je wel bij je eigenste ik naar binnen gaan en dan vergeet je de wereld om je heen.

Nog hoekstenen waren ons hart en onze ziel, symbolen van onze gevoelens en liefde. We zijn gelukkig als we kunnen liefhebben. Blijvende relaties en vriendschappen maken echt gelukkig.
Als ik aan bepaalde mensen denk, dan verschijnt er bijna automatisch een gelukzalige glimlach rond mijn mond.

Als ik zo eens om me heen kijk en het dichte en verre nieuws volg, dan besef ik dat geluk ook is om zelf goed en slecht te kunnen herkennen. Daardoor zullen er goede keuzes gemaakt worden.
Mensen die een doel en een missie hebben in hun leven en er trouw aan blijven, zijn gelukkige mensen. Observeer maar eens vrijwilligers in rusthuizen, in scholen, in musea enz. Je zal een ander perspectief op geluk krijgen.
Je hebt het misschien al dikwijls gehoord, maar jezelf ontwikkelen is belangrijk om gelukkig te zijn. Je persoonlijkheid, je karakter opbouwen, maakt gelukkig. Je kan alleen gelukkig zijn, wanneer je de persoon wordt die je echt bent. Leef niet het leven van een ander. Je zal gelukkig zijn als je blijft werken aan je persoonlijke groei, op wat voor gebied ook.
Confucius zei:

Er is vaak verandering nodig
om altijd gelukkig of wijs te zijn.

Ik schreef in het begin van dit bericht dat het pad naar geluk ook heiligheid en het onderhouden van Gods geboden is. Voor je nu stopt met verder lezen of je wenkbrauwen optrekt, zal ik het even anders formuleren:

Wanneer je wilt dat anderen gelukkig zijn,
toon dan mededogen.
Wanneer je zelf gelukkig wil zijn,
toon dan mededogen.
(Dalai Lama)

Kijken naar mensen om ons heen en hen trachten te helpen is een geluksbrenger. Geluk vindt zijn wortels niet in een egoïstisch leven, je oogst wat je zaait. Ralph Waldo Emerson zei het op deze manier: ‘Het geluk is een parfum: wij kunnen het niet over een ander uitstorten zonder dat er een paar druppels op onszelf vallen.’Druppels van geluk zijn je zegeningen tellen en dankbaar zijn om wat je hebt. Materiële dingen brengen geen echt geluk. Iemand schreef eens: ‘Waar ambitie eindigt, begint het geluk.’ Ambitieus zijn en streven naar rijkdom is niet slecht, zolang het geen obsessie wordt. Phil Bosmans zei het perfect:

Bij het zoeken naar de diepste reden van menselijk geluk
heb ik nooit geld gevonden,
het bezit, de luxe, het niets doen, het profiteren, het feesten.
Bij gelukkige mensen vond ik aan de basis altijd
een diepe geborgenheid en een spontane vreugde
om kleine dingen
en een grote eenvoud.

Misschien heb ik het gelukkig zijn teveel in hokjes gepropt. Leo Tolstoy zei echter: ‘Gelukkige families zijn allemaal hetzelfde, terwijl iedere ongelukkige familie op haar eigen manier ongelukkig is.’
Misschien kruipt na dit alles te lezen er een gevoel bij jou omhoog van Yes! Ik kan best gelukkig zijn!
Of is het eerder Nee! Dat kan niemand!
Voor deze laatsten nog een stukje uit ‘The King and I’:
De koning van Siam lag op sterven en Anna’s dochter vroeg:

‘Was he as good … as he could have been?’
Anna answered: ‘I don’t think any man has ever been as good … as he could have been – but this one tried.’

Het lijf en de tuin Van Marci blijven nog onbesproken. Wat kan ik zeggen over het lijf? We weten allemaal voor ons lichaam zorgen, gezond eten en voldoende bewegen, ons gelukkig stemt.
En de tuin van Marci: onze tuin, ons huis, zijn dat plaatsen waar we gelukkig zijn? Je huis moet niet in de modeboekjes kunnen staan, maar je een geluksgevoel geven vanaf je de deur opent (ook al wacht er een berg was, of strijk). Versier je huis en je tuin met familie en goede vrienden. Een gelukkig gezin en echte vrienden zijn zijn onmisbaar op ons pad naar geluk.

Een mens beseft pas veel later hoe gelukkig hij wel was, … toen de kinderen klein waren, … toen hij een prachtig lichaam had, … toen hij nog goede ogen en oren had, … toen hij nog kon werken, … toen …
Stel dat gevoel niet uit! Ga naar buiten, geniet van de zon of van de schaduw, lach met je kinderen of je huisdier, laat een boek je leven veranderen, denk na over het pad dat jij mag bewandelen, en toast samen met Toon Hermans op jouw geluk:

De zon schijnt.
Je loopt in een schitterend landschap van mooie bomen,
en vers jong groen gras.
De hemel is blauw.
Je voelt je sterk en gezond
Blijf dan eens staan in dat landschap en geef je
eens rekenschap van dat geluk.
Je hoeft het niet af te kloppen.
Integendeel.
Geluk kan je vieren.

 

Echte vaders, meer dan ooit nodig in onze wereld.

Lead me, help me, walk beside me

Kennen jullie Tim Ballard, de stichter van O.V.R. (Operation Underground Railroad)? Ik las zijn verhaal in het boek ‘Dads who stay and fight’ van Greg Trimble.
Tim Ballard heeft bijna 700 kinderen uit veel verschillende landen kunnen redden uit seksslavernij. Het is een gevaarlijke onderneming en het begon allemaal toen Tim Guesno Mardy ontmoette.
Guesno Mardy’s tweejarig zoontje Gardy was op een zondag ontvoerd. Tim, zelf vader van zeven kinderen, voelde de pijn van Guesno en besloot alles op alles te zetten om de kleine Gardy te vinden. Tim en zijn team reisden naar Haïti (waar Guesno woonde)  en verrichtten undercover heel wat onderzoekingswerk. Ze konden 28 kinderen bevrijden uit het slavencircuit. Het was een bitterzoet moment: 28 kinderen waren ontsnapt aan een meest gruwelijke toekomst, maar Gardy was er niet bij. Met gebogen hoofd aanhoorde Guesno het nieuws, maar toen glimlachte hij en vroeg: “Waar zijn de 28 kinderen?”
“Op een veilige plaats”, antwoordde Tim.
Toen zei Guesno: “Besef je wel, dat als jij nooit naar hier was gekomen om mijn kleine Gardy te zoeken, deze 28 kinderen misschien nooit gered zouden zijn? Als ik mijn zoon moet opgeven om deze 28 kinderen te redden, dan is dat een last die ik gewillig ben te dragen.”
Tim besefte dat Guesno Mardy, ondanks zijn onvoorstelbaar groot verdriet, een goddelijke eigenschap toonde. Tim moest denken aan Jezus Christus, Zijn verzoening en het offer van een liefhebbende Vader.
Guesno houdt momenteel een weeshuis open en werd letterlijk een vader voor de vaderlozen.
Tim Ballard heeft sinds die reddingsoperatie al honderden kinderen gered. Zo’n driehonderd slavenhandelaars en pedofielen zijn door hem achter de tralies beland, zodat honderden kinderen niet meer gered moeten worden uit de handen van deze criminelen.
De wereld heeft vaders nodig als Guesno Mardy en Tim Ballard.

To be a good father
is the most manly
and godly thing
a man can do
in this life.
(Tim Ballard)

Er was nog nooit een tijd in de geschiedenis van deze wereld dat goede vaders meer dan nodig zijn.
En daarom een oproep aan alle vaders: biologische, stief-, plus-, pleeg- en adoptievaders. Ik weet niet of veel mannen mijn blog lezen, maar de vrouwen kunnen deze tekst wel doorgeven 🙂
Ik heb zeker niet alle wijsheid in petto, maar ik draai toch al een paar deccenia observatiejaren mee, dus …
Hier gaan we dan:

Lieve, beste papa’s,

Wisten jullie dat er volgens het US Census bureau in Amerika 24 miljoen kinderen leven in een gezin zonder  biologische vader? (jan. 2017) Dat zal in Europa ook wel hoog scoren. Maar Jeffrey R. Holland zei dat waar we ons nog meer zorgen over moeten maken de spirituele of emotionele afwezige vader is.
Ik weet best dat goede vaders voor de bescherming en het onderhoud van hun gezin werken. Maar papa’s, besef alstublieft dat business relaties komen en gaan, maar dat je gezin blijft bestaan.
Je kinderen maken zich echt geen zorgen over hoeveel geld je verdient. Ze willen alleen dat je om hen geeft.
Maak je minder zorgen over wat de wereld denkt. Misschien streef je ernaar om indruk te maken op mensen waarvan je denkt dat die belangrijk zijn, maar je weet best wel wie het belangrijkst in je leven zijn.

Je kan een leven lang werken,
maar je kinderen zijn maar eens jong.
(Poolse spreuk)

Vaders worden dikwijls zo opgeslorpt in allerlei dingen die ze moeten doen, dat ze vergeten dat het allerbelangrijkste wat ze  ooit kunnen doen, is hun volledige ziel en zijn, hun volledige individuele aandacht aan hun vrouw en kinderen geven. Heel dikwijls mompelen jullie: “Ik heb nu geen tijd, ik moet deze mail nog beantwoorden. Dat is echt belangrijk. Maar ik ben er zo.”
Die ‘zo’ is heel rekbaar in tijd. En er zijn zeker echt wel hoogdringende werkaangelegenheden die het waard zijn om je quality time in je gezin te onderbreken.
Maar snel niet terug naar je werk of je computer na het optreden of de sportwedstrijd van je kind. Geniet na en ga samen een ijsje eten.
Blijf ook niet langer op je werk om iets te doen dat later ook nog kan gedaan worden. Je zal nooit een diepere stempel op de wereld drukken, dan die stempel die je drukt op je gezin. Geniet van elk moment met je kinderen, ze zijn zo vlug groot! En creëer herinneringen!

Enjoy each moment.
Even the toughest ones.
Moments are the stuff
memories are made of.
(John Dye)

Vaders, het is belangrijk om je kinderen al van kleinsaf te onderwijzen gelukkig te zijn met minder. Hebben ze echt alle dingen nodig? Zullen de extra werkuren, die voor een extra auto zorgen en extra kleren en extra gadgets en extra vakanties, zullen die uiteindelijk het offer van de meest belangrijke jaren van je kinderen, hun kindzijn, waard zijn ?
En nogmaals, natuurlijk moet er hard gewerkt worden, maar neem toch het risico niet om die gouden kinderjaren voorbij te laten gaan zonder er een actieve rol in te spelen. Eens komt, vlugger dan we denken, de dag dat we ons allemaal achter de uitspraak van de profeet Jakob uit het Boek van Mormon kunnen schragen: ‘ … de tijd is met ons vervloden en ook is ons leven voorbijgegaan alsof het een droom voor ons was.’ (Jakob 7: 26) 
Onze tijd hier is kort en als we aan het eind van ons aardse pad komen, zullen we boven alles wensen dat we meer tijd in ons gezin hadden doorgebracht.

Goede vaders zijn meesters in het investeren van hun tijd.
Ze spenderen die nooit,
ze investeren altijd.
(Greg Trimble)

Vaders, leer je kinderen discipline. Leer het hen op een manier dat ze van je houden en je respecteren. Duw je kind niet weg en kleineer het niet. Als je je kinderen op de juiste manier discipline bijbrengt, zal je later blij zijn over de mens die ze geworden zijn.
Kinderen worden aangetrokken tot de dingen waar hun vader interesse in heeft. Doe dus creatieve dingen, bouw dingen op, maak vooruitgang in je leven. Je kinderen zullen zeer waarschijnlijk ook dit pad volgen. Kies niet altijd voor de gemakkelijkste weg. Je kind observeert je beter dan je beseft. En een van de belangrijkste dingen die een kind kan zien is hoe zijn vader omgaat met de moeilijke situaties in zijn leven, met de uitdagingen op zijn pad. Deze observaties zal je kind kracht geven wanneer het zijn eigen levensbergen moet beklimmen.

You should view teaching your children work in the same way you view teaching them to bathe and brush their teeth – as a necessary skill for life. An adult who has no clue how to tackle a job and finish it with vigor is as debilitated as an adult with green teeth and body odor. If your child graduates from high school and hus only skill set consists of playing video games, whining, copping an attitude of entitlement, and eating junk food, you have set him up to fail. (Dave Ramsey)

Vaders, nu even over je dochters:

Certain is it that there is no kind of affection so purely angelic as of a father to a daughter. In love to our wives there is desire; to our sons, ambition, but to our daughters there is something which there are no words to express.
(Joseph Addison)

We horen dikwijls over de moeder-dochter relatie en er is geen twijfel mogelijk dat deze relatie iets moois, blijvend en belangrijk is voor de lichamelijke en geestelijke ontwikkeling van een dochter. Maar onderschat de rol niet die een vader in het leven van zijn dochter heeft! Zij heeft de kracht, de moed, de intelligentie, de assertiviteit en het zelfvertrouwen van haar vader nodig. Toon interesse in de dingen die ze graag doet. Praat met haar. Word haar grootste fan en haar grootste verdediger. Toon haar wat het betekent om een echte man te zijn in een wereld waar weinig echte mannen te vinden zijn.

Vaders, wat jullie doen zal een grote impact op je zoons hebben. Geef hen het voorbeeld in alles wat je doet: in je werkethiek, in je dienstbetoon, in je eerlijkheid, in je prioriteiten, in je liefde voor je vrouw. ‘Vaders hebben vele verantwoordelijkheden, maar geen enkele is belangrijker dan het kneden van hun zonen tot echte mannen: mannen Gods, geen mannen van de wereld – moedige, loyale, getrouwe, eerlijke, hardwerkende mannen.’ (Greg Trimble)

Natuurlijk weten jullie, vaders, dat je nooit de volledige controle over je kinderen hebt. Alles wat je kan hopen is dat je hen de juiste beginselen hebt onderwezen èn getoond, zodat ze goede beslissingen in hun leven maken. Creëer een gelukkig, veilig nest, oefen geen dwang uit, maar geef je kinderen het gereedschap en de vleugels om zichzelf te ontdekken. Sta aan hun zijde, ook al stormt het, en sta klaar om raad te geven.

Greg Trimble schreef: We would never just stand by and let someone hurt our family physically, and yet, so many men stand by and watch the spiritual and emotional darts of evil descend upon their family without blinking an eye.’

Bedankt, vaders, voor al het goede dat je voor je kinderen doet. De maatschappij zal er wel mee varen.

Er zijn drie speciale vaders in mijn leven. Ze hebben alle drie een speciale plaats in mijn hart:
Mijn eigen vader die me voor een stuk gemaakt heeft tot wie ik ben.
Mijn man die me nog altijd laat zien wat een fantastische vader kan betekenen voor zijn kinderen.
Mijn Hemelse Vader die me laat weten hoeveel Hij van me houdt.

For all you teach
For all you give
For all you are
I love you
Dad

Tip: Het boek ‘Dads who stay and fight’ van Greg Trimble

 

videofilmpje:

videofilmpje:

Fonteinen en afvoerbuizen.

fonteintje in tuin

In de warmte van de afgelopen dagen heb ik enkele dingen opgemerkt. Als de temperatuur boven een bepaald streepje een feestje bouwt, zoeken mensen water op: de zee, het zwembad, fonteinen, douches,… Levende wezens houden van sprankelend water. Het geeft verkoeling en biedt een zekere rust. Aan een waterpartij zit je zelden alleen, maar meestal is het goed gezelschap.
Volwassenen voelen zich even weer kind als ze met hun voeten in het water staan en het zijn niet alleen kleine kinderen die het leuk vinden over golven te springen of watergevechten uit te lokken.
Fonteinen vinden niet voor niets een plaatsje in vele parken en tuinen. Ze vormen een aantrekkingskracht voor picknick- dekens, zitbanken en heerlijke babbels, meestal vergezeld met frisse hapjes en drankjes.

Als de temperatuur te zwoel wordt, worden sommige lontjes korter. wolken sluieren de zon, onweerswolken pakken samen en bliksemschichten knallen door de lucht. Er zijn mensen die rapper uit hun slof schieten, of die beginnen zagen en klagen tot men hoofdpijn heeft (en die wordt dan op het weer gestoken).

Terwijl ik zit te genieten aan het kleine fonteintje in onze vijver, komt me een beeld voor ogen uit het boek van  Greg Trimble : ‘Dads who stay and fight’. Hij verdeelt de mensen in twee categorieën: er zijn fonteinen en er zijn afvoerbuizen.
Fonteinen sprankelen, ze geven leven, blijdschap en gelach aan ieder die hen omringt.
Afvoerbuizen hangen in donkere hoekjes, uit het zicht, altijd nemend, nooit gevend. Ze braken smerigheid en lelijkheid. Ze worden vuil en mensen struikelen er wel eens over.
Niemand neemt een foto van een afvoerbuis als herinnering voor later. Maar fonteinen, die worden ingekaderd, komen in foto-albums en blijven mooie herinneringen.

Soms zijn we afvoerbuizen en voelen we ons niet goed in ons vel. Maar wanneer we veranderen in een fontein, dan zijn we gelukkig.
De wereld zit vol afvoerbuizen. Een afvoerbuis zijn kost minder moeite dan een fontein zijn. Afvoerbuizen spenderen heel veel tijd om te zoeken waar het puntje op de i ontbreekt en waar de t geen streepje heeft. Bij zichzelf dat puntje of dat streepje zetten, is niet echt belangrijk. Maar ze houden ervan om anderen te wijzen op hun i’s en t’s. Ze zoeken voortdurend fouten bij een ander, geven bakken kritiek en trekken mensen naar beneden. In een moment van woede of met een verkeerde uitspraak vernietigen ze datgene waar jaren aan gebouwd is. Het zijn mensen die op de uitkijk staan om, wanneer er iets misgaat, zich erin vast te bijten. Elke moeilijke situatie in hun leven beschouwen ze als een persoonlijke aanval en ze denken dat iedereen hen wil kwetsen. ‘Ik zal hen terug pakken’ is hun houding en ze trekken een lijn en wachten tot iemand die oversteekt (of bijna) zodat ze kunnen uitvliegen.

Mensen onthouden de dingen die je zegt en vergeten het moeilijk. Wonden aan de ziel kunnen lang etteren.
In de bijbel in Jacobus 3 staat een prachtig stukje geschreven over ‘woorden zeggen’. Jacobus vergelijkt de tong, een heel klein lichaamsdeel, met het roer van een schip en met een klein vuur dat een hele hoop hout kan aansteken.
Het is voor iedereen een opdracht om aan dat kleine lichaamsdeel te werken.

Want wij struikelen allen in veel opzichten.
Als iemand in woorden niet struikelt,
is hij een volmaakt man,
die bij machte is
om ook het hele lichaam in toom te houden.
(Jacobus 3: 2)

We zullen allemaal inspanningen moeten leveren om opbouwende en bemoedigende woorden te spreken, om anderen niet naar beneden te halen, te roddelen, te mopperen of te klagen. Klagen maakt zelden dingen beter, maar bijna altijd maakt het de dingen slechter.

No misfortune is so bad
that whining about it
won’t make it worse.
Jeffrey R. Holland

Afvoerbuizen klagen en zagen. We hebben misschien allemaal wel eens een ‘Calimero’ houding, je weet wel, dat kuikentje dat alles zo oneerlijk vindt. En jazeker, iedereen heeft problemen en we voelen ons allemaal wel eens oneerlijk behandeld. Maar soms zitten we zo verstrengeld in die gedachte van ongelijkheid en oneerlijkheid, dat we meer tijd spenderen aan het klagen er over, dan er iets aan te doen.

Wees niet zo zwaarmoedig.
Ik weet dat je misschien
in de problemen zit.
Maar blaas ze niet op tot
grote, zwarte regenwolken,
die je hele hemel verduisteren.
Je hoeft geen superoptimist te zijn,
maar voor een zwartkijker
gaat de zon ’s morgens onder.
(Phil Bosmans)

Klagen heeft ook wel zijn nut. Het is belangrijk om problemen aan te kaarten en je hart te luchten. Maar als dat klagen een gewoonte en een levenshouding wordt, dan is het mis. Problemen moeten we niet ontkennen, maar we moeten er niet te pas en te onpas over zeuren en ze in elk paar oren dat we tegenkomen luid bazuinend trompetten. Een mens zou er doof van worden, of op de vlucht slaan.
William Shakespeare merkte lang geleden al op:

Klaag niet om wat gij niet verhelpen kunt,
poog te verhelpen wat u klagen doet.

In hedendaagse taal zou hij zeggen: ‘ Als je zelf geen moeite wil doen om iets te veranderen, dan moet je er ook niet over zeuren.’
Isaiah Hankel zei het zo: ‘Get your head on right. If you’re having a bad day, stop whining about it and start taking action. First – adjust your attitude. Decide to be happy, not sad. Decide to be powerful, not weak. Decide to be part of the solution, not part of the problem. The shortest distance between a crap day and a great day is a decision to adjust your attitude. One decision. Works every time.’

O ja, wat betreft de super zomerse temperatuur, we moeten echt niet klagen over het weer: dat het te warm is, of te nat, of te koud. We moeten beseffen dat als het weer niet af en toe omsloeg, er negen op de tien mensen nooit een praatje zouden kunnen beginnen (K.M.).

Alle gekheid op een stokje, klagen kan wel eens, heel af en toe, maar om fonteinen te worden, mogen we geen zeurkous zijn.

Iedereen wil rond een fontein zijn.

Iedereen houdt van fonteinen.

Dus word een fontein!

 

Zomerse tip: boek ‘Dads who stay and fight’  – Greg Trimble

uitstap: de Tuinen van Annevoie: een van de mooiste watertuinen van Europa met tientallen watervallen, fonteinen, bassins en vijvers. (halverwege tussen Namen en Dinant).