Ben jij een volmaakte moeder?

Ik denk dat er een tijd was waarin we allemaal een volmaakt perfecte moeder waren. Ik was dat, en jij ook.
Wanneer was dat dan?
Dat was de periode voor we letterlijk een moeder werden.
Als ik de klok terugdraai, dan hoor ik mezelf als jong meisje vele ‘moederdingen’ veroordelen. Misschien herken jij je ook in mijn toenmalige opmerkingen:
‘Als ik later mama word, dan zal ik nooit …’ (vul maar in).
Of, ‘Als ik mama word, zal ik altijd … ‘ (hier is ook genoeg in te vullen).
Ik stond aan de zijlijn en observeerde mijn moeder, mijn oma, mijn tantes, mijn buurvrouwen, de mama’s van schoolvriendinnen, en zelfs totaal onbekenden die mijn pad kruisten. Het leek zo gemakkelijk, ik had een heel plan over het volmaakte moederschap in mijn brein geweven. Op een dag zou ik het perfect ten uitvoer brengen. Ik schreef een gelukkig sprookje met headlines van dingen die ik nooit zou doen en van dingen die ik altijd zou doen. Tjonge, wat was ik zelfzeker over mijn toekomstig moederschap.
Maar toen kwam de dag dat mijn perfect uitgeschreven scenario in duizend stukken viel. Het was de dag dat mijn vliezen braken. Nog niet goed beseffend wat me overkwam zijn mijn man en ik halsoverkop naar het ‘moederhuis’ gereden. Zo noemden ze vroeger dat gedeelte van het hospitaal, waar je zonder baby binnenkwam en met baby naar buiten ging.
Onze baby liet al direct merken dat hij een eigen willetje had, maar uiteindelijk werd een prachtige kleine jongen in mijn armen gelegd. Ik was doodmoe. Ik was gelukkig, maar was doodmoe. Wist ik dat die moeheid een bijgeschenk van het moederschap is? Ik was dolgelukkig, maar voelde ineens een enorme bezorgdheid – nog zo’n cadeautje voor de rest van je moederleven. Mijn hele lichaam trilde van alle hormonale en emotionele veranderingen die ineens mijn jonge leven kwamen overdonderen.
Toen ik even later alleen in mijn kamer lag en het ‘babybolletje’ zachtjes op en neer ging in zijn bedje, borrelden allerlei gedachten omhoog:
Waar was iedereen nu?
Wat moest ik doen?
Waarom kwam niemand uitleg geven?
Waarom lag er geen handleiding op mijn nachtkastje?
Ik was bang, boos, gelukkig, bezorgd en verdrietig tegelijk. Ik weet nog hoe ik mijn baby in zijn mooie blauwe oogjes keek en hoe de tranen over mijn wangen liepen. Ik voelde me zo onbekwaam en zo onwetend, maar tjonge, wat voelde ik ook een oneindige liefde voor dit kereltje dat negen maanden lang heel dicht bij mij had geleefd.

We have to learn to say good-bye to
what we thought motherhood was,
so we can love
what motherhood is.
(Christie Gardiner)

Ik kreeg nog drie kinderen: een dochter en twee zonen. Ondertussen zijn ze zelf al ouders en ik weet zeker dat zij, net als ik en alle ouders, ook droombeelden over ouderschap hebben moeten laten vallen.
Heel wat jonge, en oudere, ouders voelen zich onbekwaam, ze voelen zich niet goed genoeg. Onze digitale wereld heeft daar zeker aan meegeholpen, want die schildert al te gemakkelijk perfecte gezinsfoto’s, perfecte kinderen, perfecte maaltijden, perfecte woonkamers, perfecte uitstappen, enz. De werkelijkheid is meestal heel wat anders.
Als oma, met veel moederschapservaring, wil ik alle ongeruste, overbezorgde mama’s een geheim of twee vertellen over het mama zijn en worden.

Ten eerste: moeder zijn is moeilijk. Maar als je het voor geen goud ter wereld wil opgeven, dan is dat genoeg. Dan ben jij genoeg.

Ten tweede: je zal je meermaals niet goed genoeg vinden. Onbekwaamheid zal je bezoeken. Onbekwaamheid komt honderd keer op bezoek, en waarschijnlijk nog veel meer keren. Misschien maak je de keuze om met je kind geen dokter te bezoeken, want kleinzerigheid past niet in jouw woordenboek, maar een paar dagen later snel je met datzelfde kind naar de spoeddienst. Of je rijdt als een snelheidsmaniak juist wèl naar de spoeddienst met je krijsende baby, en je wordt direct weer naar huis gestuurd met de mededeling ’tandjes op komst’, terwijl meewarende blikken je naar de uitgang begeleiden. Of de schooldirecteur verwittigt je dat je kind gevallen is en de wonde moet genaaid worden. Bij de verpleegster merk je dan dat je kind al drie dagen dezelfde trui aanheeft en met schaamrode wangen teken je de verzekeringspapieren. Je bent misschien al eens een schoolpapier vergeten in te vullen, of je bent het oudercontact helemaal vergeten. Dochterlief zal je daarvoor enkele dagen geen ‘klank’ geven. Maar soms zal je ook niet beseffen wat je verkeerd gezegd of gedaan hebt, als je tienerzoon zijn kamerdeur keihard dichtknalt – of was zijn lievelingsbroek nog niet gestreken?
Ja, er zijn momenten dat je tegen je kinderen zal roepen, ook al hebben ze dat niet verdient, je zal ze volgens de boekjes te dikwijls pizza, frietjes of snelle hapjes voorschotelen, je zal capituleren en ja zeggen als het eigenlijk een nee moet zijn. Of je zal nee zeggen, terwijl het beter ja was geweest. O ja, je zal dikwijls domme dingen doen en zeggen. Ben je dan onbekwaam? Ben je dan niets waard als moeder? Hemeltje nee,  vergeet je niet alle goede beslissingen, alle gezonde maaltijden? Onthou, niemand is volmaakt, ook moeders niet.

I believe that someday
each of us mothers
will kneel at the feet of our Savior
as we talk to Him about being a mom,
and we are going to lament with broken hearts
all of the things we did wrong,
and He will make them right.
(Christie Gardiner)

Nog een prachtig geheim dat mij zoveel inzicht heeft gegeven is deze Afrikaanse spreuk:

It takes a village to raise a child.

Ik ben wie ik ben door onder meer de vele vrouwen en moeders die mijn pad kruisten. Ik las een mooi idee over ‘stammen’ in het boek ‘You are the mother your children need’ van Christie Gardiner. Eigenlijk zou je kunnen zeggen dat ik als moeder deel uitmaak van een bepaalde vrouwenstam. Een stam die me helpt om moeder te zijn en een stam waarin elke vrouw iedereen liefdevol helpt. We behoren tot vele stammen, zoals de stam van onze naam, de stam van onze school, de stam van ons dorp, de stam van ons geloof enz. De belangrijkste stam is de stam van Hemelse Vader, daar behoren alle mensen bij. Alle vrouwen behoren ook tot de stam van Moeder Eva. Hoeveel krachtige moeders zijn er al niet uit die stam voortgekomen? Vrouwen die de macht hebben om elkaar te helpen en te steunen in een van de meest heilige roepingen: het moederschap.
Misschien denk je dat goede moeders het wel alleen aan kunnen. Nee, hoor! Ik wil een vergelijking maken met de ringen van een boomstam. In het midden staat je kind. De eerste ring is God, de volgende ring is papa en mama. De ring erna is misschien oma en dan volgen de ringen van tantes, nichtjes enz. In een boomstam staan de ringen dichter of verder van het centrum, maar elke ring vormt de sterkte en de groei van de boom. Voor onze kinderen zullen sommige ringen dichter of verder van hen afstaan, maar allemaal hebben ze een invloed op hen en zijn ze een deel van hun groei en vooruitgang.
Het is maar een vergelijking, maar alle vrouwen hebben een invloed. Zo kunnen wij ook een ring toevoegen aan de boom van kinderen die niet de onze zijn.

Twee zijn beter dan één, omdat zij een goede beloning hebben bij hun zwoegen.
Want, indien zij allen vallen,
dan richt de een de ander weer op;
(Prediker 4: 9-10)

We mogen elkaar niet belemmeren om een ring te plaatsen rond een kind. We moeten elkaar niet in de weg staan om ‘het dorp’ te zijn.
Marjorie Hinckley zei het zo mooi:

We are all in this together.
We need each other.
Oh, how we need each other.
Those of us who are old need you who are young,
and hopefully,
you who are young need some of us who are old …
We need deep and satisfying friendship with each other.
These friendships are a necessary source
of sustenance.

In de boomstam van mijn leven zijn al vele ringen gemaakt. Ze zijn gemaakt door mijn ‘stamleden’: twee echte zussen, schoonzussen, buurvrouwen, vriendinnen, leden van mijn kerkwijk en kerkring, boekenliefhebsters, kunstliefhebsters en museabezoeksters wiens naam ik niet eens ken. Sommigen in mijn stam hebben hetzelfde geloof als ik, anderen niet. Sommigen hebben dezelfde politieke ideeën, anderen niet. Sommigen houden van dezelfde schrijvers, anderen niet. Sommigen houden van klassieke muziek, anderen niet. Deze smeltkroes van ideeën en ervaringen maken mijn stam van vrouwen geweldig!
We mogen ook niet vergeten hoeveel mannen een positieve invloed uitoefenen, een kind heeft ook een papa, en vele geweldige mannen kruisen ook hun pad. Maar deze blogtekst is nu vooral aan de vrouwen gericht, de mannen komen een andere keer aan bod.

Ik ben een moeder, en dat is niets iets dat ik zomaar tussendoor doe. Mijn moederzijn neem ik mee in alles wat ik doe. Ik ben moeder als ik een toespraak geef en als ik een blogtekst schrijf. Ik ben moeder in mijn lesgeven en in mijn creatieve uitingen. Het moederschap beïnvloedt mijn politieke voorkeur en ideeën. Het heeft invloed op mijn winkelen, mijn babbelen en nog zo veel meer. Moederschap zit in mij.
Ik begin zo stilaan te beseffen dat ik wel echt de moeder ben die mijn kinderen nodig hebben, ook al doe ik vele dingen niet zoals het zou moeten.
Als ik me afvraag of ik wel bekwaam genoeg ben, dan keer ik me naar mijn Hemelse Vader. Hij en Zijn Zoon zijn het middelpunt van mijn leven. Te midden van de moeilijkheden die het moederschap geregeld meebrengt, voel ik Hun liefde en krijg ik vrede.

MAM
Dat spel je ondersteboven als
WAW

Juist, mama’s zijn wauw! Een hopeloos moment maakt je heus geen hopeloze moeder.
Een beetje humor komt ook wel van pas. Als je kleine kinderen weer eens de zetels als trampoline gebruiken, als je tieners weer eens de ijskast geplunderd hebben, als er weer eens vuile voeten op de vloer staan, of vingerafdrukken op de ramen en kasten, als je weer eens de tablet of spelconsole weggestopt hebt en je kinderen zeuren dat ze zich dood vervelen … spring dan in gedachten naar de toekomst en fantaseer dat je later, als zij groot zijn, bij hen thuis binnenspringt, je voeten niet afveegt en je alles opeet en opdrinkt wat ze in huis hebben. Kortom, je maakt er een boeltje van. Je kijkt op je uurwerk en geeuwt. Je zegt dat je je dood verveelt en je verdwijnt.
Enfin, een moeder mag soms wel eens een kortstondige ‘heksengedachte’ hebben.

Het leven van een mama is onvoorspelbaar, moeilijk, en soms een puinhoop. Het is verre van volmaakt en een moederhart breekt meer dan eens. Maar het leven van een mama is ook leuk, grappig en creatief. Het is inspirerend, verheffend en vreugdevol.

Gelukkige moederdag
aan alle mama’s
en aan alle vrouwen
van de stam die ringen bouwen.

Jullie zijn GEWELDIG!

 

 

Zomeruur, licht en Pasen.

Het is zomeruur. Dat betekent dat we de klok een uur verder gedraaid hebben en dat 10 uur 11 uur geworden is. Dat de overheid zo’n konijn uit de hoed haalt is ongelooflijk, en nog wel voor het hele land en een groot stuk van de wereld. In mijn gewoon dagelijks leven zou ik ook wel eens de klok zomaar een uur willen terugdraaien of ineens verder zetten. Floep! Mooie dingen een uur langer beleven, minder leuke dingen vliegensvlug voorbij draaien.

De tijd is te traag voor wie wacht,
te snel voor wie bedeesd is,
te lang voor wie treurt,
te kort voor wie zich verblijdt,
maar voor wie het heeft
is de tijd eeuwig.
(R. Hoemakers)

Maar alle tijd en konijnen in hoeden ten spijt, hebben jullie last van het zomeruur?
Ik moet er toch altijd een beetje aan wennen. Mijn biologische klok heeft ’s morgens een vast uur. Elke dag word ik op ongeveer hetzelfde tijdstip wakker. Met het zomeruur voelt mijn ‘klok’ zich bedot. Ze wordt geforceerd om me nu een uur vroeger wakker te krijgen en als je mij kent is dat niet zo simpel. Gelukkig protesteert mijn lichaam maar een paar dagen en dan heeft mijn innerlijke klok zich bij het zomeruur neergelegd. Dus last? Niet echt veel.

Ik ben wel blij dat het langer licht is. In de lente lengen de dagen sowieso, maar met dat zomeruur erbij kan ik nog extra van het licht genieten.
Ik ben een ‘lichtmens’. En geef nu ook toe: licht is leven, niet?
Dat brengt me ook bij een belangrijke feestdag: Pasen. Dat christelijk feest geeft me altijd zo’n blij gevoel. Niet alleen om de mooie herinneringen van paasklokken en chocolade eieren die verstopt en gevonden werden, maar ook omdat de Paastijd me als mens enorm aanspreekt en mijn ziel verlicht.

Aan Pasen is een naam gekoppeld die bijna iedereen in de wereld kent, maar waarbij toch heel weinig mensen zijn die deze persoon echt kennen. Die naam is Jezus Christus.
Wie is Jezus? Waarom zou Hij vandaag nog belangrijk zijn?
Om te beginnen is Jezus een voornaam, net zoals Pieter en Seppe. Christus is geen achternaam, maar een titel. Die betekent ‘de Gezalfde’.
Die titel duidt erop dat Jezus geen gewone man was, of zelfs de beste leraar ooit. Hij is de beloofde Messias waarover in het Oude Testament geprofeteerd wordt. Hij zou alle mensen redden van zonde en dood (alle, daar vallen wij dus ook onder). Jezus verklaarde tijdens zijn leven zelf dat Hij de Zoon van God was. Ik geloof dat. Hij deed vele wonderen zoals zieken genezen, blinden laten zien, doven laten horen en Hij wekte zelfs doden weer tot leven. Zijn grootste wonder is dat Hij eeuwig leven en geluk aan alle mensen kan geven, we moeten alleen maar in Hem geloven en ons best doen zijn leringen te volgen. Maar mensen zijn mensen, en we maken allemaal fouten – grote en kleine. Soms falen we compleet en zitten we in zak en as, of in een diepe put. En dat is precies de reden waarom Jezus naar de aarde kwam en waarom Hij vandaag nog zo belangrijk is voor ieder van ons.

En voorts zeg ik u dat
er geen andere naam,
noch enige andere weg of middel,
zal worden gegeven waardoor
redding tot de mensenkinderen kan komen,
dan alleen
in en door de naam van
Jezus Christus,
de almachtige Heer.
(Mosiah 3: 17)

Om te kunnen begrijpen waarom Jezus zo belangrijk is, is een vergelijking misschien wel op zijn plaats:

Er was eens een man die zo graag iets wou hebben. Het was zijn grootste droom en hij had er alles voor over, dus ging hij een grote schuld aan om zijn grote verlangen waar te kunnen maken. Men had hem verwittigd hoe gevaarlijk zulke grote schulden wel zijn en hoe er met de schuldeiser niet te lachen viel. Maar de man tekende het contract. De einddatum lag ver in het verschiet en hij was er gerust in dat hij zijn schuld op tijd zou kunnen aflossen. Hij was blij, want hij had nu wat hij wilde.
Het leven ging verder met zijn ups en downs, met hard werken en met pleziertjes, met voorspoed en met tegenslag. Maar de schuldeiser had een vast plekje in zijn gedachten. Af en toe deed de man een afbetaling en stiekem hoopte hij dat de dag van de ultieme afrekening nooit zou aanbreken.
Maar die dag komt altijd voor iedereen, en dus ook voor die man. Het contract was verlopen en de schuld niet afbetaald. De man besefte dat hij zijn schuld nooit kon aflossen en dat de schuldeiser al zijn bezittingen kon opeisen en hem zelfs in de gevangenis kon steken. Hij vroeg:
Kan ik niet meer tijd krijgen?’
Kan je mijn schuld niet kwijtschelden?”
Kan je me geen genade tonen?’
De schuldeiser vond genade maar eenzijdig, daar had hij niks aan. Hij vroeg:
Geloof jij in recht? Ik wil gerechtigheid! Jij hebt het contract getekend en de wet is dat jij betaalt of gestraft wordt. Het is niet de bedoeling dat genade de gerechtigheid kan beroven.’
Als jij mijn schuld niet kwijtscheldt, dan is er geen genade!’ smeekte de man.
Als ik dat doe dan is er geen gerechtigheid!’antwoordde de schuldeiser.
Het leek erop dat er geen manier was waarop zowel de genade als de gerechtigheid tevreden zou zijn. En toch is die manier er! Maar dan is er nog iemand anders voor nodig.
De schuldenaar had een vriend die hem heel goed kende en die wist hoe kortzichtig en gek hij was geweest. Maar die vriend wilde hem helpen omdat hij van hem hield. Hij werd een middelaar. Hij betaalde de schuld en zo was de gerechtigheid tevreden. De middelaar regelde een afbetaling met zijn vriend en zo kreeg die genade.

Als we dit verhaal projecteren op ons eigen leven, dan hebben we allemaal een zekere ‘geestelijke schuld’, en op een dag zal de afrekening komen.
Dit lijkt misschien voor velen, zo niet voor iedereen, de ver-van-mijn-bed-show. Hoe kan dat nu? We zijn toch baas over ons eigen leven? Is er wel een leven na de dood waarin de afrekening komt? Ik ben toch een goed mens?
Vele mensen die een bijna-doodservaring beleefden, vertellen allemaal hoe belangrijk het is om hier goed te doen voor iedereen. Ze beklemtoonden dat het leven dat we hier leiden, ons leven aan de andere kant bepaalt.
Maar niemand is volmaakt, we kunnen allemaal meer helpen, beter helpen, meer doen, beter doen.
En de wet der gerechtigheid zal de aflossing eisen. Gelukkig is er een Middelaar.

Want er is één God en ook één middelaar tussen God en mensen,
de mens Christus Jezus,
die zich gegeven heeft tot een losprijs voor allen.
(1 Timotheüs 2: 5)

Door de genade van Jezus Christus kunnen wij, na alles wat we zelf konden doen, gered worden.

Pasen is het feest waarop de christelijke wereld de verzoening en de opstanding van Jezus Christus herdenkt. Ik kan zeker niet uitleggen hoe Jezus het lijden, de pijnen, de zonden en alle onvolmaaktheden van heel het mensdom op zich genomen heeft, en hoe Hij daar de schuld voor betaalde. Ik kan ook niet uitleggen hoe het kon dat Hij – die zeker dood was- levend werd en zo de deur van de onsterfelijkheid voor alle mensen opende. Geestelijke dingen kunnen niet uitgelegd worden op een stoffelijke manier.
Ik geloof in God en in Jezus Christus, in de opstanding en in een eeuwig leven, en als jij daar ook in gelooft dan weet je hoe moeilijk het is om anderen te vertellen wat je voelt. Ik probeer op deze blog mijn woorden zorgvuldig uit te zoeken en probeer niemand te kwetsen of de indruk te scheppen dat gelovigen ‘beter af’ zijn. Ik kan je maar een schets bieden van hoe ik God echt zie. Ik geef je een onafgewerkt product van mijn gevoelens over Zijn liefde en mijn plaats daarin, een ruw beitelwerk over hoeveel meer Licht ik daardoor ervaar.

The miracle of
RESURRECTION,
the ultimate cure,
is beyond the power of modern medicine.
But it is not beyond the power of God.
(Paul V. Johnson)

Zomeruur, Licht en Pasen. Voor de ene een geestelijke bezinning, voor de andere een familiefeest met eitjes. Geniet van al het licht.

Laat jij je stem horen?

De winterperiode is een tijd van niezen en hoesten, van vitaminetekorten en grieperige toestanden. De zon is dikwijls ver te zoeken.
Ik ben al meer dan een week mijn stem aan het zoeken. Na wat heesheid, veel gekuch en zware brombeertoestanden was ze ineens FLOEP! zo goed als weg! Een kop of tien warme kruidenthee en een vrij te krijgen hoestsiroop bracht niet veel soelaas. Mijn stem bleef koppig verstoppertje spelen en bracht mijn ademhaling danig in de war. Een herinneringsflits aan ‘de Stemmenrover’ (een Suske en Wiske boek van lang geleden) liet me inzien dat er grover geschut nodig was. Ik moest niet naar Japan, maar een antibioticakuur die ik liever niet had gewild, zette me weer op het goede spoor.

Ik vind de menselijke stem vanzelfsprekend en toch is het een klein wonder. Mijn stem is mijn unieke communicatie-instrument. Ik kan daarom lachen (gemeen en hartelijk, of zoals een kip een ei legt), huilen (hartverscheurend of heel stilletjes), spelen (toneel en andere aanverwanten), zingen (ook vals), praten en zelfs neuriën als ik opgewekt ben. Door middel van mijn stem kan ik plezier, opwinding, passie, woede en enthousiasme overbrengen. Is dat niet geweldig? Ik zal mijn stem nooit meer vanzelfsprekend vinden.

Elke stem is uniek door het verschil in grootte van de stembanden. Daarom zijn er piepstemmen, zware, heldere en schelle stemmen. Ook de grootte en de vorm van het lichaam heeft een invloed op de manier waarop we geluiden tot stand brengen en uitspreken. Een vrouwenstem klinkt meestal hoger omdat de stembanden korter zijn dan die van mannen.

Ik was verbaasd over ’t feit dat men pas in 1854 ontdekt heeft hoe de stem werkt. De Spaanse zanger Manuel Garcia gebruikte een tandspiegel als keelspiegel (misschien was hij ook zijn stem even kwijt) en ontdekte het trillen van de stembanden.

Words mean more
than what is set down on paper.
It takes the human voice
to infuse them with deeper meaning.
(Maya Angelou)

Iedereen weet dat we hees kunnen worden door een simpele verkoudheid, maar ook door onze stem te forceren op een feest, een concert, of een sportwedstrijd. De stem laten rusten is dan belangrijk. Het schijnt zelfs dat de heesheid erger wordt als we fluisteren!
‘Ik ben al een pak beter’, zei ik vandaag tegen mijn man.
‘Jaja, ik hoor het aan je stem’, antwoordde hij sarcastisch.
Het is een feit dat onze stem veel verraadt over wie we zijn: een man, een vrouw, een kind, jong, oud. Ook onze gemoedstoestand geeft een bepaald timbre aan onze stem.
Bij het muziekprogramma ‘The Voice’ zien we hoe deelnemers alleen op hun stem beoordeeld worden in een paar seconden.
Het is waar, soms raakt een stem me, soms ook helemaal niet. Maar ook buiten een zangcarrière wordt een spreekstem binnen enkele seconden beoordeeld op betrouwbaarheid en sympathie. Niet voor niets worden er vandaag de dag ook cursussen ‘spreken’ gegeven om meer commerciële en politieke punten te kunnen scoren.

Er zijn verschillende soorten stemmen die onze aandacht vragen. Zelf gebruiken we ook veel soorten stemmen om iets te verkrijgen.
In de wereld horen we dikwijls pessimistische en negatieve stemmen en nochtans is de stem waar blijdschap in echoot zo hard nodig. We hebben optimisme nodig en stemmen die moed geven. We moeten geen articulatieles gevolgd hebben, of hoogdravende woorden uiten, eenvoudige woorden zoals een dankjewel of sorry, kunnen blijheid in een ziel brengen.

I use my voice
to make people feel
like they belong.
(Gina Rodriguez)

Sommige mensen denken dat de harde roepers het meest gehoord zullen worden. Maar dat is niet helemaal waar. De luidste stem wordt misschien eerst gehoord, maar als we de volumeknop naar beneden draaien, wordt alles rustiger. Dan kunnen we horen wat ook de zachte stemmen te zeggen hebben, en geloof me, dat kan een wereld van verschil maken.

We still need a voice
that thinks
before
it speaks.
(Simon Armitage)

Het leven kan bitter en zoet zijn. Welke stem gebruiken we als reactie?
Soms zijn we teleurgesteld als we geconfronteerd worden met misleidende stemmen, met opdringerige stemmen, met stemmen die de wereld op zijn kop willen zetten, met stemmen die andere stemmen het zwijgen willen opleggen.
Deze stemmen klinken oorverdovend luid en soms zijn we lafaards en zwijgen we. Soms vinden we onze stem niet de moeite waard. Soms hebben we schrik dat we er alleen voor staan en willen we niet voor idioot doorgaan. Margaret Atwood gaf een waarschuwing tegen het zwijgen:

A voice is a human gift;
it should be cherished and used;
to utter fully human
speech as possible.
Powerlessness and silence
go together.

Ik ben echt geen haantje-de-voorste, maar ik besef heel goed hoe belangrijk het is om mijn stem te laten horen. Want wat brengt het op om een stem te hebben en te zwijgen? Als we de gelegenheid krijgen om onze stem te laten horen moeten we dat doen, of het nu gaat om onze stem tijdens verkiezingen, of onze afkeur aan een bepaalde zangstijl, of wat dan ook. Al te veel heeft zwijgen drama’s meegebracht. Pesterijen lopen fallicant verkeerd af, democratieën gaan ten onder, respect, normen en waarden worden afgevoerd, allemaal omdat er gezwegen werd.

Elk mens heeft een – laat ik het uiterlijke stem- noemen. Die kan welbespraakt of woordenschatarm zijn. Ze kan luid of stil, vleiend, liefdevol, haatdragend, dankbaar of onverschillig klinken. Maar de stem die het belangrijkste is, is onze innerlijke stem. Dat is onze echte stem. Ik geloof zelfs dat onze innerlijke stem onze uiterlijke stem enorm kan beïnvloeden.
Douglas Mac Arthur schreef:

The world is in a constant conspiracy
against the brave.
It’s the age-old struggle:
the roar of the crowd on the one side,
and the voice of your conscience on the other.

Een karikaturale voorstelling van de wereldse en innerlijke stem wordt wel eens voorgesteld als een duiveltje op de ene schouder en een engeltje op de andere, die ons allebei voortdurend van alles in het oor fluisteren. Ik geloof niet dat het zo tewerk gaat, maar ik geloof wel dat we een inspanning moeten leveren om de stem van ons geweten te horen. Om onze innerlijke stem, ons geweten, te horen moeten we het in onszelf stil maken. Met al de mediadrukte om ons heen is dit geen gemakkelijke opdracht. Misschien zit er nu in plaats van een duiveltje wel een smartphone op onze schouder?

Don’t let the noise of other opinions
drown out your own inner voice.
(Steve Jobs)

Iemand noemde eens die innerlijke stem een goddelijke stem. Ons geweten, dat ons de juiste weg toont, laat ons misschien wel een goddelijke stem horen. Ik zocht een paar schriftteksten op over de stem van God, hoe zou die klinken?
In het Oude Testament sprak me het verhaal van de profeet Elia wel aan. Hij zocht de stem van de Heer. In 1 Koningen 19 lezen we dat de Heer niet in de wind was, ook niet in de aardbeving en niet in het vuur. Elia vond de Heer in de zachte stilte.
God spreekt meestal met een stille zachte stem en daarom is het zo moeilijk om die te horen. Moeilijk, maar niet onmogelijk. Ik denk dat zijn stem nauwelijks hoorbaar is omdat we niet ‘in tune’ zijn met het oneindige.
In het Boek van Mormon lezen we in Helaman het verhaal over een groep mensen die de stem van God hoorden en het wordt in mijn ogen mooi beschreven:

En het geschiedde, toen zij die stem hoorden, dat zij inzagen dat het geen stem des donders was, en evenmin een stem van daverend rumoer, maar zie, het was een zachte stem van een volmaakte mildheid, als een fluistering, en toch drong zij door tot in het diepste der ziel. (Helaman 5: 29)

Er zijn genoeg verslagen van mensen, vroeger en nu, die letterlijk Gods stem hebben gehoord. Al je mij vraagt of ik Gods stem al heb gehoord dan moet ik zeggen: niet op de letterlijke manier, niet als een ‘echte’ stem. Maar ik heb Gods stem al dikwijls tot mij horen spreken in mijn gedachten. Die indrukken zijn net zo krachtig als moest Hij met een trompet in mijn oren hebben geblazen.

Ja, zie, Ik zal in uw gedachten en uw hart tot u spreken …’ (L&V 8: 2)

Voor sommigen klinkt dit misschien als complete onzin. Maar geestelijke dingen zijn nu eenmaal anders te begrijpen.
Ik wil je even meenemen naar een zaterdagavond bij ons thuis. Ik zit een boek te lezen, de teevee staat aan en voetbalgeluiden vullen de living. Mijn man kijkt gespannen naar de voetbalmatch. Hij is gek op voetbal. Hij speelde jarenlang zelf voetbal en ik kan echt zeggen dat hij zijn hart aan voetbal verloren heeft. Jawel, hij houdt van mij, maar als hij naar een match kijkt word ik toch eventjes buiten zijn zichtveld geplaatst. Niet alleen dat, ook buiten zijn gehoorsveld. want als ik hem tijdens een match iets vraagkrijg ik meestal niet direct een antwoord. Ik moet het soms twee of drie keer herhalen voor hij me aandacht geeft. En dat is gewoon omdat hij me niet hoort, het is immers voetbal!
Ik durf wel eens een blik werpen op het scherm, maar ik ben vlug mijn interesse kwijt.
‘Heb je dat gezien?’ vraagt manlief me soms heel enthousiast.
Ik moet meestal ontkennend antwoorden, ik heb geen voetbalhart.
Ik wil dit graag projecteren naar het horen van de stem van de Heer. Zoals ik al schreef zijn er zoveel stemmen die onze aandacht vragen. Elke stem belooft wel iets: een spannende wedstrijd, kennis, lust,… Het is aan ons om te kiezen op welke stem we willen afstemmen en welke stemmen we willen negeren. Dat is ook zo met Gods stem, willen we die wel horen?

Als we de stem van de Heer willen horen moeten we weten waar we die kunnen vinden. In de Bijbel zegt de profeet Amos:

‘Voorzeker, de Here Here doet geen ding, of Hij openbaart zijn raad aan zijn dienstknechten, de profeten.’ (Amos 3:7)

De Heer heeft zelf ook nog iets toegevoegd aan het ‘horen van zijn stem’: Of mijn eigen stem nu gesproken heeft, of de stem van mijn dienstknechten, dat is hetzelfde (L&V 1:38).

Als we dus de stem van God willen horen, moeten we bereid zijn om naar de stem van zijn profeten te luisteren en andere stemmen te negeren of een andere plaats te geven.

If we listen to the voices of the world,
we will be misled.
But if we listen to the voice of the Lord
through his living prophet
and follow his counsel,
we will never go astray.
(Virginia U. Jensen)

Focussen op een voetbalmatch heeft zeker geen eeuwige gevolgen. De stem van gokken of een andere verslaving volgen, heeft waarschijnlijk wel verstrekkende gevolgen. Stemmen die onze eigenwaarde naar beneden halen, stemmen die ons opblazen, stemmen die ons boos maken, die stemmen kunnen andere, vriendelijke stemmen onhoorbaar maken.
Mijn opa had vroeger zo’n ouderwetse radio die je precies moest afstellen om mooie geluiden te kunnen horen. Ik weet, dat als ik me afstel op de stem van de Heer, dit een heel verschil maakt in mijn leven vandaag en voor de eeuwigheid.

Waarvoor ga jij je stem gebruiken de komende week?

Welke stem ga jij laten horen?

Maak deze week tijd om eens in de natuur te wandelen, de plaats om Gods stem te horen.

A capella muziek is ook mooi om  te genieten van verschillende stemmen.

Benieuwd om de stem van een levende profeet te horen: Russell M. Nelson lds.org

 

 

Honing, bijen en ik.

 

Ik zit hier gezellig aan de ontbijttafel een lekkere boterham met honing op te eten. Ik ben gek op honing en vooral de zachte lentehoning heeft mijn voorkeur. Als ik na een vakantie mijn koffers leegmaak, dan vind ik daar steevast een potje honing in van een plaatselijke imker. De lekkerste honing die ik ooit gegeten heb had ik gekocht in Cyprus. Ik zie de oude imker nog op de vuile grond zitten met enkele potten honing voor zich. De honing was nog witter dan melk en ik vroeg me af of dit wel honing was. Een brede glimlach en veel handgebaren overtuigden me om een pot te kopen. Toen ik later thuis die witte honing proefde, was Cyprus nog nooit zo dichtbij geweest.

Eet honing, mijn zoon, want dat is goed,
honingzeem is zoet voor uw gehemelte;
erken, dat de wijsheid zo is voor uw ziel.
Als gij haar gevonden hebt, dan is er toekomst
en uw verwachting wordt niet afgesneden.
(Spreuken 24: 13-14)

Ik sta versteld van het wonderlijke proces hoe bijen honing maken. Honingbijen verzamelen nectar uit bloemen en die nectar bevat verschillende suikers, mineralen en sporenelementen. De nectar komt in de maag van de bij terecht en vanuit speekselklieren in de kop en het borststuk voegt de bij er de eerste enzymen en goede bacteriën aan toe. Als de bij in de bijenkast toekomt wordt het zoete sapje uit de honingmaag via de monddelen aan andere bijen doorgegeven. Terwijl de druppel van bij naar bij gaat, voegen de bijen steeds opnieuw kleine beetjes speeksel toe waarin verschillende enzymen zitten. Daarna wordt de honing in lege honingraatcellen geduwd en door snel vleugelgeklapper verder ingedikt. Als de honing rijp is verzegelen de bijen de cellen met wasdekseltjes. Dan kan de honing geoogst worden.

Wist je dat voor elke kilo honing vier kilo nectar nodig is? In ons land maakt een bijenvolk zo’n 30 kg honing per jaar. Er is me verteld dat in een bijenkorf tussen de 20 000 en  60 000 bijen leven. Om 1 kg honing te produceren moeten al die bijen miljoenen bloemen bezoeken. Dat is om te duizelen! Ik waardeer mijn lekkere honing nog meer als ik besef dat één bijtje slechts een gemiddelde leeftijd van een paar weken tot vier maanden heeft.

De bijen zoemen rond hun woning
en werken aan een nijver plan,
zij zorgen voor de zoete honing,
wij maken er een potje van.
(Toon Hermans)

Weinig dieren hebben de menselijke verbeelding zo beïnvloed als de bijen. Het was niet alleen de honing en de was die hen een faam bezorgde, maar ook hun samenlevingspatroon was een inspiratie voor filosofen, schrijvers, staatshoofden en politici zoals Aristoteles, Plato, Shakespeare en Tolstoy. Er zijn vele volksverhalen en legendes waarin bijen een rol spelen.

Ik heb een beetje rondgesnuisterd en las interessante, grappige en spirituele weetjes over deze slimme diertjes. Ik ontdekte dat de bij als een heilig insect werd beschouwd en dat het diertje de brug was tussen deze fysische wereld en de onderwereld.
De oude Grieken associeerden lippen met honing gezalfd met welsprekendheid. De bijen waren voor hen het symbool van ijver, welstand en reinheid. Ze waren ‘de Vogels der Muzen’ en werden aanzien als inspiratie voor kunstenaars. Soms zagen ze in de bij ook de bezorger van liefde.
In het Oude Egypte was de bij een teken van koningschap. Bijen waren levensgevers en stonden symbool voor geboorte, dood en wederopstanding. De tranen van de zonnegod die op aarde vielen, veranderden in werkbijen.
De Joodse historicus Josephus vermeldde dat de naam van de dichteres-profetes Deborah ‘bij’ betekent. De wortel ‘dbr’ geeft ‘woord’, wat de missie aangeeft om het Goddelijk Woord, de Waarheid, voort te brengen (Toussaint-Samat). De naam Melissa betekent hetzelfde.
Hindoes, Kelten, Islamieten, Romeinen, Chinezen, … bijna alle volken hielden bijen hoog in aanzien.
In alles wat ik gehoord en gelezen heb, wordt de bij als een symbool beschouwd van onsterfelijkheid, wedergeboorte, vlijt, arbeid, spaarzaamheid, ordening, organisatie, samenwerking, wijsheid, intelligentie, reinheid en zuiverheid. Ze brengt hemelse gaven naar de aarde en fungeert ook als hemelse boodschapper. Amaai, de bij is dus wel een diertje om u tegen te zeggen.

Be like the honey bee:
anything it eats is clean,
anything it drops is sweet,
and the branch it sits upon
does not break.
(Imam Ali)

Ik vind het verontrustend dat wetenschappers aan de alarmbel trekken. Bijen dreigen uit te sterven! Afgelopen winter stierf 14% van de tachtigduizend honingbijenvolken (Naturalis juli 2017). Als de bij zou verdwijnen is het gevolg voor de mensheid immens groot. Meer dan 3/4 van de landbouwproducten is afhankelijk van dit diertje. (Denk aan fruit, groenten, koffie, cacao, noten,…) Het is niet echt duidelijk waarom het slecht gaat met de bijen. Er worden verschillende redenen genoemd: door de intensieve landbouw, waarbij men zich richt op één gewas, vinden bijen te weinig voedsel; ook het toenemend gebruik van pesticiden is een bedreiging, evenals het verdwijnen en de versnippering van natuur en open ruimtes, de Aziatische hoornaar die bijen op zijn menu zet is ook een kleine ramp voor de diertjes, maar het is vooral een parasitaire mijt die voor veel sterfte in de bijenkasten zorgt.

If the bee disappears
from the surface of the earth,
man would have no more
than four years to live.
(Albert Einstein)

Ik vraag me af wat ik persoonlijk kan doen om mee te helpen dit tij te keren. Ik denk dat wat wild bloemenzaad zaaien in de tuin of in een bak alvast wat bijtjes zal lokken. Een bijenhotel voor wilde bijen zie ik ook wel zitten. Dat is een kleine handeling. Misschien te klein?
Ik wil over kleine handelingen en wat dit teweeg kan brengen toch nog iets kwijt.
Eén honingbij produceert niet meer honing dan 1/12 van een koffielepel. Dat lijkt heel weinig in vergelijking met het totaal, maar dit kleine deel is van groot belang voor het leven in de hele korf. Bijen zijn van elkaar afhankelijk.
Er zit een grote symboliek in: grote dingen worden tot stand gebracht en lasten worden lichter omdat vele handen tezamen werken.
Stel je voor wat miljoenen mensen in onze wereld zouden kunnen bereiken als ze doelgericht samen zouden werken zoals bijen in een bijenkorf?

In sommige christelijke bronnen wordt Christus vergeleken met honing. De Heiland zei meer dan 2000 jaar geleden:

‘Gij zult de Here, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand. Dit is het grote en eerste gebod. Het tweede, daaraan gelijk, is: Gij zult uw naasten liefhebben als uzelf. Aan deze twee geboden hangt de ganse wet en de profeten.’
(Mattheüs 22: 37-40)

Dat zijn heel eenvoudige woorden. Iedereen kan ze begrijpen en ze zijn zo belangrijk om na te leven. Wij dienen God lief te hebben en zowel voor onze naasten als onszelf te zorgen. Stel je voor wat er in de wereld zou veranderen moesten de mensen de handen ineenslaan en hulp geven aan eigen familie, aan vrienden, aan buren, aan medeburgers?
Er zijn gelukkig veel hulp- en kerkorganisaties die over heel de wereld humanitaire hulp geven en dat is prachtig! Maar wat kunnen we in ons eigen dagelijkse leven doen? Beeld je eens in wat het effect zou zijn van miljoenen kleine, dagelijkse daden die gebeuren uit liefde voor Christus en voor elkaar? Onze wereld verkeert in moeilijkheden van allerlei slag en ik geloof dat onze maatschappij vandaag de dag meer dan ooit nood heeft aan christelijke liefde.

We ought tot do good to others
as simply as a horse runs,
or a bee makes honey,
so a man when he has done a good act
does not call out for others
to come and see,
but he goes on to another act,
as a vine bears grapes
season after season,
without thinking of the grapes it has borne.
(Marcus Aurelius)

Eenvoudige dagelijks dienstbetoon lijkt op zich niet zo veel te betekenen, maar het is als die 1/12 honing op een koffielepel die zo belangrijk was voor de hele korf.

There is power in our love for God and for his children,
and when that love is tangibly manifest
in millions of acts of Christian kindness,
it will sweeten and nourish the world
with the life-sustaining nectar of
faith, hope and charity.
(M. Russell Ballard)

Misschien vraag je je af hoe jij in je drukke leven iemand kan helpen. Als je gelovig bent, dan kan je misschien elke dag bidden of je opmerkzaam mag zijn voor de noden van een ander. Leef dan je dag, doe gewoon, maar kijk met geloof en liefde uit naar die persoon die je nodig heeft. Gelovig of niet, focus je op de mensen rondom je, net zoals de kleine bij zich focust op de bloemen om nectar te verzamelen. Als je dit doet zal er een spirituele gevoeligheid groeien en zal je gelegenheden ontdekken om hulp, troost of hoop te geven. Denk niet te gauw aan iets groots, zoals een huis helpen verbouwen, de strijk doen, eten brengen (hoewel dit ook kan), maar een simpele glimlach, een mailtje, of een telefoontje kunnen een vermoeid hart opbeuren. Een schouderklopje of een complimentje kan moed geven. Een knuffel of een gesprekje bij een tasje thee en een koekje kan iemands dag goed maken.
Net zoals elk 12de deel van een theelepel van alle bijen samen nodig is om de hele korf in leven te houden, zo zal elk dienstbetoon van honderden mensen, elke uitgestoken hand van duizenden mensen, elk gebed van tienduizenden mensen, elke glimlach van miljoenen mensen, een geweldig effect ten goede uitstralen. In deze steeds donker wordende wereld zal daardoor het Licht van Christus feller beginnen schijnen.
Samen – welke overtuiging of geloof je ook hebt – samen kunnen we liefde en vreugde brengen in onze familie, in het leven van een eenzame, een arme en een wanhopige. Samen kunnen we via kleine daden grootse dingen tot stand brengen.

De meeste mensen kennen het beertje Winnie de Poeh. Hij is net als ik gek op honing (hij wel een beetje meer denk ik). Ik las de volgende dialoog en vond die super:

‘Wat doe je het allerliefst op de hele wereld, Poeh?’
‘Het allerliefste…’ zei Poeh, en toen moest hij eerst even nadenken.
Want al was ‘honing eten’ iets heel prettigs,
er was toch één ogenblikje,
vlak voor je begon te eten,
dat nog veel prettiger was,
maar hij wist niet hoe dat heette.
(A.A.Milne)

Wat is dat ogenblik voor jou?

Nog een tip:

Zaai of plant verschillende bloemen in je tuin of bloembak.

Lees de spannende novel: ‘De geschiedenis van de bijen.’ van Maja Lunde

Bezoek een imker.

Geniet van een boterham met honing.

 

 

Wat is waarheid?

Heb jij ook al eens volgende zin opgevangen: ‘Dit is mijn waarheid’? Meestal is die zin de afsluiter van een verhitte discussie tussen koppigaards die hun eigen mening niet willen bijstellen aan de argumenten van de ander.
Ik vraag me af of ‘mijn’ waarheid wel bestaat? Als ‘mijn’ waarheid bestaat, dan is er ook ‘jouw’ waarheid, ‘zijn’ en haar’ waarheid. Is dat dan wel waarheid? Bestaan er halve waarheden?

Meer dan 2000 jaar geleden werd Jezus van Nazareth voor Pontius Pilatus gebracht om door hem verhoord te worden. We lezen in de Bijbel dat het vroeg in de morgen was en ik denk dat Pilatus een ochtendhumeur had. De Romein vond het heel vervelend dat de Joodse leiders hem lastig vielen met Jezus. Hij vroeg aan Jezus wie Hij eigenlijk was en wat Hij gedaan had. Jezus verklaarde toen dat Hij in de wereld was gekomen om van de waarheid te getuigen, waarop Pilatus een vraag stelde die nog even actueel is:

Wat is waarheid?
(Joh. 18: 38)

Het is een vraag die vele mensen na hem ook gesteld hebben: wat is waarheid?
Bestaat er zo iets als absolute waarheid of is de waarheid een samenraapsels van onze ervaringen en perceptie?
Ook al zijn we het niet allemaal eens over wat waarheid is of waar we ze kunnen vinden, de zoektocht naar waarheid kan ook in onze maatschappij niet vermeden worden.
In het woordenboek staat dat waarheid in overeenstemming is met de werkelijkheid; het is echtheid en juistheid. Als we naar de reclame kijken, naar politieke debatten, naar discussies allerlei, kunnen we ons afvragen of er uberhaupt nog waarheid verkondigd wordt.
We leven in een ‘post truth age’ (door Oxford Dictionaries in 2016 als woord van het jaar verkozen). Het betekent dat objectieve feiten (dus echtheid, waarheid), dat die minder invloed hebben op de publieke opinie dan emoties en eigen meningen.
De enorme hoeveelheid spreuken, quotes en opinies verspreiden via de sociale media in een oogwenk duizelingwekkende onwaarheden en het kost mij en jou heel veel moeite om leugen van waarheid te onderscheiden.
Aristoteles zei: ‘All men desire by nature to know.’
Maar als er geen waarheid is valt er niets te weten.

Alleen de naïevelingen geloven dat
de waarheid in het midden ligt;
in het midden liggen de compromissen,
de gecastreerde waarheden.
(Gie van den Berghe)

Nu er zoveel ‘fake’nieuws de ronde doet, kunnen we ons zorgen maken of waarheid nog iets betekent in onze samenleving. Nu, waarheid is waarheid, en leugen is leugen. Waarheid is van fundamenteel belang voor het goed functioneren van een maatschappij en voor het welzijn van alle burgers. Als er geen waarheid is, is er wetteloosheid en chaos, en is gerechtigheid ver te zoeken.

Wijsheid
kan alleen worden gevonden
in waarheid.
(Johann Wolfgang von Goethe)

Jullie weten al dat ik graag schrijf, dus is het niet te verwonderen dat het een van mijn kinderdromen was om journalist te worden. Ik heb het altijd belangrijk gevonden dat de feiten juist worden weergegeven. Objectiviteit is niet simpel en we hadden vroeger ook wel linkse en rechtse media, maar de betrouwbaarheid van de journalistiek en de media staat nu meer dan ooit ter discussie. Eén twitterberichtje kan miljoenen op het verkeerde been zetten en een golf van tegenstrijdigheden produceren, van de haatberichten nog gezwegen. Het kritisch bestuderen van een opinie vergt meer dan een tweet.
Ik vind het jammer dat meningen een zodanige aandacht krijgen dat ze als ‘waarheden’ gecreëerd worden.

Zelfs al ben je een minderheid van één persoon,
de waarheid is en blijft de waarheid.
(Mahatma Gandhi)

Waarheid omvat veel aspecten van ons leven: spiritueel, fysisch, filosofisch en historisch. Uiteindelijk komt alle waarheid samen in een groot geheel. Elk mens is op zoek naar een of andere waarheid: bestaat God? Hoe kan ik vermageren? Heeft kunst zin? Wie waren de Vikingen?
Wetenschappers hebben ‘waarheden’ ontdekt die dan later ‘halve waarheden’ bleken te zijn, of zelfs helemaal als waarheden geschrapt werden. Wetenschap analyseert nooit de gehele werkelijkheid, ze neemt niet alles op in haar theorieën – kan ook nog niet alles opnemen door gebrek aan absolute kennis. Wetenschap is zeer succesvol, maar moet toch geregeld ‘wetenschappelijke waarheden’ bijstellen of afvoeren bij ontdekking van ‘waarheid’.
Filosofen hebben ook veel nagedacht over het aspect waarheid, maar hebben zij de absolute waarheid gevonden?
De ene mens zoekt waarheid in het abstracte, het mystieke en in religie; de andere wil het concreet, zwart op wit.
Kunnen we door al die verschillen de waarheid vinden?
Willen we de waarheid wel vinden?

Een van mijn lievelingschriftteksten is:

… en waarheid is kennis van dingen,
zoals ze zijn,
en zoals ze waren,
en zoals ze zullen zijn.
(L&V 93: 24)

Wat een eenvoudige en duidelijke definitie van waarheid! Waarheid verandert niet en niets kan de waarheid veranderen.
Laat me een klein voorbeeld geven.
Minder dan honderd jaar geleden namen de meeste astronomen aan dat onze melkweg de enige in het heelal was. Ze veronderstelden (en namen dit voor waarheid aan) dat er buiten ons melkwegstelsel een uitgestrekt niets lag, een oneindige leegte zonder licht of leven. Maar men vond ingenieuze telescopen uit en men zag daardoor dat het heelal spectaculair groter is. We weten nu dat er talloze melkwegstelsels met miljarden sterren bestaan.
God openbaarde in de Schriften dat er ‘ontelbare werelden’ zijn (Mozes 1:33)
Deze waarheid is al duizenden jaren oud, maar voor deze geavanceerde telescopen de mens een ‘verdere ‘blik in de ruimte kon geven, geloofde men deze waarheid niet.
Het lijkt een menselijke eigenschap te zijn om aan te nemen dat we gelijk hebben, zelfs als we het mis hebben.

Ik geloof dat waarheid in alle landen en onder alle volken te vinden is. Hugh B. Brown, een Mormoons kerkleider zei:
‘Even with the Church’s many important and unique truths, there is an incomprehensibly greater part of truth which we must yet discover. Our revealed truth should leave us stricken with the knowledge of how little we really know. It should never lead to an emotional arrogance based upon a false assumption that we somehow have all the answers.’

Mij werd onderwezen dat ik woorden van wijsheid uit de beste boeken moet zoeken, kennis over dingen zowel in de hemel als op de aarde en onder de aarde; dingen die geweest zijn, dingen die nu zijn, dingen die binnenkort moeten geschieden; dingen die binnenslands zijn, dingen die buitenslands zijn, de oorlogen en de verwikkelingen van de natiën, en de oordelen die op het land rusten; en ook kennis van landen en van koninkrijken – (L&V 88: 79). Er is zoveel waarheid te ontdekken! En het is waar, hoe meer men weet, hoe meer men beseft hoe weinig men weet.

Ik geloof ook in de absolute waarheid en daarmee bedoel ik oa. het bestaan van God en goed en kwaad. Dat is niet zo populair in een wereld waar men meer en meer onderwijst dat er geen absoluut juist en verkeerd is. Men stelt dat elke persoon voor zichzelf beslist wat goed en slecht is, dat is pas tolerantie. Personen die niet in God geloven en die ook niet geloven dat er een absolute morele waarheid is, vinden meestal dat zij de meest tolerantste mensen zijn. Voor hen kan bijna alles. ‘Jij doet jouw ding en ik het mijne’ is hun motto. Op het eerste zicht lijkt dit prima, niet? Maar sommigen die in dit moderne relativisme geloven vinden het moeilijk om tolerant te zijn tegen personen die beweren dat er een God is en dat er zekere absolute morele normen zijn.

Never be afraid to raise your voice
for honesty and truth and compassion
against injustice, and lying and greed.
If people all over the world would do this,
it would change the earth.
(William Faulkner)

Nog een absolute waarheid is dat alle mensen broers en zussen zijn van elkaar. Iedereen is een zoon of een dochter van God, ondanks de verschillende interpretaties van Hem. De mensheid is één grote familie en iedereen verdient respect. Respectvol omgaan met elkaars verschillen is de dag van vandaag een hele uitdaging. Maar al onze menselijke omgangen – of ze nu religieus, sociaal, politiek of economisch zijn – zouden een fundament van diep wederkerig respect moeten hebben. Deze absolute waarheid aanvaarden zou een immense stap voorwaarts betekenen in alle menselijke relaties.
Het evangelie van Jezus Christus onderwijst hoe we kunnen leven met zoveel verschillen. Al het goede komt van God, en iedereen zou zijn naaste moeten helpen. Dat is ook een waarheid die ik geloof. We moeten in de wereld zijn, maar niet van de wereld. Nu hoor ik sommigen al denken: ‘ voila, daar gaat de tolerantie en het respect.’ Mijn antwoord op die bedenking is dat tolerantie en respect voor anderen en hun geloof of levensbeschouwing, niet betekent dat ik waarheid en mijn waarden en normen moet achterlaten. Er is nu eenmaal een ‘strijd’ aan de gang tussen waarheid en leugen. Ik geloof dat er daarin geen neutrale grond bestaat. Iets is waar of niet en we moeten opkomen voor de waarheid mèt respect voor ideeën die verschillen van de onze.

Is het mogelijk om de waarheid te vinden? Zeker, als men maar zoekt en studeert en de juiste hulpmiddelen of instrumenten gebruikt. Dit geldt voor alle terreinen van waarheid waar ik het al over gehad heb.
Ik wil het nu over de belangrijkste waarheid ooit hebben, de geestelijke waarheid. Weet je nog hoe de wetenschappers worstelden met hun begrip over de grootte van het heelal? Toen hun telescopen zo ontwikkeld waren dat ze meer licht konden vergaren, konden ze pas een volledigere waarheid van het universum bevatten.
De apostel Paulus schreef:

‘Maar de natuurlijke mens neemt de dingen van de Geest van God niet aan,
want ze zijn dwaasheid voor hem.
Hij kan ze ook niet leren kennen,
omdat ze geestelijk beoordeeld worden.’
(1Korinthe 2: 14)

Dus, als je geestelijke waarheid wil vinden, moet je ook de juiste instrumenten gebruiken. Je kan geestelijke waarheid niet begrijpen met middelen die deze niet kunnen herkennen. De Heiland heeft gezegd:

‘Hetgeen van God is, is licht;
en wie licht ontvangt en in God blijft,
ontvangt meer licht;
en dat licht wordt steeds helderder tot de volle dag toe.
(L&V 50: 24)

Hoe meer we ons hart en ons verstand op God richten, hoe meer hemels licht op onze ziel neerdaalt. Als we bidden en de schriften bestuderen zullen we meer waarheid ontvangen.
We zijn allemaal pelgrims op zoek  naar de zin van ons bestaan, op zoek naar Gods licht. We wandelen allemaal op dit pad van de sterfelijkheid, de ene wat langer dan de andere, en we worden allemaal geconfronteerd met Zijn Licht en uitgenodigd om meer licht te zoeken en te krijgen.

En door de macht van de Heilige Geest
kunt gij de waarheid
van alle dingen kennen.
(Moroni 10: 5)

Wat is waarheid? 

Ze is zeker het zoeken waard!

 

Tip:

 

De macht van woorden.

Ik word soms ontzettend stil van woorden. Er zijn woorden die me blij maken, andere bezorgen me een vervelend gevoel.
Toen ik nog voor de klas stond liet ik de kinderen nadenken bij een van mijn lievelings-kinderboeken: ‘Het land van de grote woordfabriek.’ van Agnès de Lestrade. In dat land moet je de woorden kopen en daar heb je veel geld voor nodig. Het was leuk en leerrijk om met de leerlingen stil te staan bij de gedachte ‘Wàt als woorden alleen te koop zouden zijn?’
Welke woorden zou jij eerst kopen?
Welke woorden vind jij belangrijk?

In ‘De boekenapotheek aan de Seine’ schrijft Nina George ook een stukje over het kopen van woorden:

‘Stel je voor dat je mooie woorden eerst zou moeten kopen voordat je ze zou mogen gebruiken. Dan zouden sommige watervallen snel blut zijn. En de rijken zouden het voor het zeggen hebben, omdat ze alle belangrijke woorden konden opkopen. En ‘ik hou van je’ zou het duurst zijn. Als het voor een leugen wordt gebruikt, dubbele prijs. De armen zouden tot woordroof worden gedwongen. Of ze zouden het houden van met daden moeten laten zien, in plaats van het te zeggen.
Dat zou iedereen moeten doen. Liefhebben is een werkwoord, dus … doe je het. Minder praten, meer doen. Toch?’

Laat uw woorden slechts de voorhof zijn van uw daden.
(Johann Wolfgang von Goethe)

Ik vroeg me af hoeveel woorden een mens wel kent. Het schijnt dat Vlamingen en Nederlanders gemiddeld 14 000 woorden gebruiken. Het kennen van woorden varieert bij de mens van 45 000 tot 250 000 woorden. Niemand kent echt ALLE woorden die er zijn. Als je het laatste woord wil hebben, moet je meer woorden leren. Woorden leer je bij door veel te lezen.
Volgens taalstatistieken is de taal met het kleinste aantal woorden het Takki Takki met 340 woorden. Men spreekt het in Suriname. Ik denk dat men daar zijn woorden wel zal wikken en wegen. Het kan ook zijn dat men ginds maar een half woord nodig heeft om begrepen te worden.

Zeg niet weinig dingen in vele woorden,
maar vele dingen in weinig woorden.
(Pythagoras)

Woorden schieten te kort om te beschrijven welke woorden er allemaal zijn. Harde en bittere woorden verminken veel relaties, terwijl zachte en vergevende woorden boosheid en frustraties kunnen helen. Iedereen heeft al eens nood aan een bemoedigend woord. Er bestaan veel lieve woorden, maar ook schijnheilige. De belachelijkste woorden zijn ‘nooit’ en ‘altijd’. De kortste ‘ja’ en ‘nee’, hoewel als je die woorden wil gebruiken, je toch eerst eens goed moet overleggen. Soms gebruiken we verkeerde woorden en hebben we achteraf spijt dat we ze niet ingeslikt hebben.
Ik hou van gevleugelde woorden, van warme woorden, van woorden die mijn adem doen stokken,van  woorden die mijn ziel raken, van woorden die me laten glimlachen, van woorden die me ‘heppie’ maken.

Ik voel me ozo heppie,
zo heppie deze dag
en als je vraagt: wat heppie
als ik eens vragen mag,
dan zeg ik: hoe wat heppie,
wat heppik aan die vraag,
heppie nooit dat heppieje
dat ik hep vandaag?
(Joke van Leeuwen)

Het evangelie van Johannes begint met:
In den beginne was het Woord’
Dat is een zin die me enorm aanspreekt. Ik hou van het Woord en van woorden in het algemeen. Woorden hebben iets magisch en daarom schrijf ik zo graag. Ik vind het een heerlijke uitdaging om met de woorden die iedereen kent toch iets te schrijven waardoor de zinnen anders klinken, anders voelen, anders raken.
Ik geniet ook van het lezen wat anderen met woorden ‘getoverd’ hebben. Soms raken woordcombinaties een gevoelige snaar of geven me een euforisch gevoel of een ‘ahaa’ beleving. Dan neem ik mijn kleurpotlood (dat een vast onderdeel is bij mijn boekencollectie) en kleur of onderlijn datgene wat me stil liet juichen.
Ik hoop dat jij ook wel eens zo onder de indruk was van iets, dat je zei: ‘Daar heb ik nu geen woorden voor.’ Als je dit ervaart, dan spreekt je ziel. Je verstaat wat men zegt, maar je kan het niet naar buiten brengen.

Even terug naar Johannes in de Bijbel:
‘In het begin was het Woord en het Woord was bij God en het woord was God.
Dit was in het begin bij God.
Alle dingen zijn door het Woord gemaakt, en zonder dit Woord is geen ding gemaakt dat gemaakt is. In het Woord was het leven en het leven was het licht van de mensen.’
Het Woord heeft alle macht, zonder het Woord is er niets. Johannes bedoelde er Jezus Christus mee (zie Johannes 1: 14). Maar ook woorden met een kleine letter hebben veel macht.

Woorden hebben verrassend veel macht,
zowel om op te bouwen
als neer te halen.
(Jean B. Bingham)

Woorden kenmerken onze cultuur en zijn het belangrijkste deel van onze communicatie. In deze media-gekke wereld wordt als nooit tevoren geschermd met woorden, en regelrechte leugens worden meer dan eens zonder verpinken als een feit vermeld. Nog deze morgen had een verre vriendin de volgende zin gepost:

Be very careful of people whose words don’t match their actions.

Als ik mijn eigen leven onder de loep neem, dan hebben woorden me zowel vernederd en afgebroken als opgebouwd en geholpen. Ik wil er hier geen woorden aan vuil maken hoe roddel en vulgariteit me ooit pijn hebben gedaan. Maar ik onthou ook de goede woorden die mensen voor mij gedaan hebben, mensen voor wie een woord een woord is, en wiens vriendelijke woorden als een lieflijke echo op mijn levenspad blijven klinken.

If wisdom’s way you widely seek,
five things observe with care:
of whom you speak,
to whom you speak,
and how,
and when,
and where.
(Anon)

De woorden die we gebruiken kunnen zowel een wapen als een medicijn zijn.
Woorden zeggen meer over onszelf dan we misschien beseffen. Wat we in ons hart voelen, daar denken we over na. Waar we over nadenken, daar praten we over. Onze woorden weerspiegelen de persoon die we zijn. Ze geven onze achtergrond en de manier waarop we leven bloot. We moeten dus opletten met het soort woorden dat we gebruiken.
In vakliteratuur worden mensen soms in voorwerpen veranderd. Men spreekt dan over ‘gevallen’ alsof het niet meer over mensen gaat. Woorden die we lezen, horen, of zelf gebruiken kunnen denkbeelden oproepen van problemen, nummers, gedrag, ziektebeelden … in plaats van gevoelens, ervaringen, wensen, de mens zelf.
De geschiedenis leert ons dat de nazi’s de Joden niet als mensen zagen, maar woorden gebruikten zoals ‘figuren’, ‘ongedierte’, ‘koopwaar’, ‘vodden’, … met het gevolg dat morele wetten gemakkelijk zonder schuldgevoel konden overtreden worden en er zulke vreselijke dingen gebeurd zijn.

De taal dient gestemd te worden, net als een viool;
en net zoals te veel of te weinig vibratie in de stem van de zanger
of het trillen van de snaar
de toon vals maakt,
zo zal ook een teveel  of een te weinig aan woorden
de boodschap bederven.
(Oscar Wilde)

In Enos 1:3 staat: ‘…en de woorden die ik mijn vader dikwijls had horen spreken … drongen tot diep in mijn hart door.’ Woorden die ouders tot hun kinderen spreken kunnen inderdaad diep doordringen. Die woorden kunnen verstrekkende positieve en negatieve gevolgen hebben en voor een groot stuk het zelfbeeld van het kind bepalen. Denk maar aan woorden zoals: ‘Je bent altijd stout’, ‘Jij doet nooit iets goed’, ‘Je bent een nietsnut, een nul’, – of: ‘Dat was goed!’, ‘Niemand is volmaakt’, Iedereen moet leren’, ‘Fantastisch!’ ‘Ik hou van jou.’

How we speak to our children
and the words we use
can encourage and uplift them
and strengthen their faith.
(Rosemary M. Wixom)

De Bijbel wordt het woord van God genoemd en ik geloof dat ook, in zover die juist vertaald is. Ik geloof ook dat er nog andere woorden van God zijn, waaronder het Boek van Mormon.
Net zoals ik stil en ontroerd kan worden van gewone menselijke woorden, zo heeft Gods woord in de Schriften me meer dan een keer verwarmd, geholpen en vreugde gegeven.
Ook al geloof jij niet in Schriftuur, je kan er toch mooie woorden in lezen die je als mens kunnen helpen.
Een paar teksten die ik zo mooi vind:

Nu zullen wij het woord vergelijken met een zaadje. Welnu, indien gij plaats inruimt, zodat er een zaadje in uw hart kan worden gezaaid, … en indien gij het woord wél verzorgt, … zal hij wortel schieten … En wegens uw ijver, en uw geloof en uw geduld bij het verzorgen van het woord, opdat het wortel in u zal schieten, zie, zult gij er weldra de vrucht van plukken. (Alma 32: 28-42)

‘…Vergast u aan de woorden van Christus; want zie, de woorden van Christus zullen u alle dingen zeggen die gij behoort te doen.’ (2 Nephi 32: 3)

‘Uw woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad.’ ‘Psalm 119: 105)

‘Als u in Mijn woord blijft, bent u waarlijk mijn discipelen, en u zult de waarheid kennen, en de waarheid zal u vrijmaken.’ (Johannes 8: 31-32)

‘Daarom, ieder die deze woorden van Mij hoort en ze doet, die zal ik vergelijken met een verstandig man, die zijn huis op de rots gebouwd heeft.’ (Mattheüs 7: 24)

As we ‘lay hold upon the word of God’,
it lays hold upon us,
guiding our thoughts, words and deeds,
drawing us ever closer to
the Great Source of those inspiring words.
(Marvin J. Ashton)

Jay Hess was een piloot die in de jaren zestig werd neergeschoten boven Noord-Vietnam. Zijn familie hoorde twee jaar niets van hem. Uiteindelijk mocht hij een brief naar huis schrijven met maximum 25 woorden! Jay Hess schreef: ‘ Deze dingen zijn belangrijk: tempelhuwelijk, zending, school. Hou vol, stel doelen, schrijf geschiedenis, neem twee maal per jaar een foto.’

Welke woorden zou jij naar je kinderen schrijven als je maar 25 woorden mag gebruiken?

Our words, like our deeds,
should be filled with
faith,
hope,
and charity.

Woorden zijn de max!

 

Luisteren om te groeien.

Zoals sommigen misschien weten is een stukje van wie ik ben natuurgids. Ik hou van de natuur in mijn Vlaamse vlakke land en heb in het verleden een aantal cursussen gevolgd om planten, paddenstoelen en vogels te herkennen. De leukste en leerrijkste ervaringen had ik in de buitenlucht met een ervaren gids aan mijn zij.
Ik vind het fijn om mijn kinderen, kleinkinderen en vrienden te wijzen op bepaalde planten en vogelgeluiden. Een natuurwandeling wordt nog leuker als je het gezang herkent van een tsjif-tsjaf, een merel, een vink, een koolmees enz.
Ik heb er plezier in als iemand mij vraagt welke vogel hij hoort. Meestal weet ik het antwoord, soms ook niet. Dat komt waarschijnlijk omdat ik niet altijd goed geluisterd heb naar wat men mij verteld heeft.

John Burroughs, een natuurkenner, liep eens door een drukbezocht park. Boven de geluiden van de stad hoorde hij het fluiten van een vogel. Hij stopte om ernaar te luisteren. De mensen om hem heen hadden de vogelzang niet gehoord. John keek naar de mensen in het park. Niemand merkte het vogelgeluid op. Onze natuurkenner maakte zich er druk over dat iedereen zo iets moois miste. Hij nam een geldstuk uit zijn zak en wierp het in de lucht. Het kwam met een rinkelend geluid op het plaveisel neer; het klonk niet luider dan het geluid van de vogel. Verschillende mensen keerden zich om. Dàt hadden ze gehoord.
Het is moeilijk om tussen al de geluiden van het stadsverkeer het geluid van een vogel te onderscheiden, maar je kan het horen! Je kan het duidelijk horen als je oefent om ernaar te luisteren.

Als we ècht willen luisteren, dan moeten we ons erin oefenen en dan moeten we ook storende geluiden kunnen negeren. Om een merel te horen fluiten moet je het gebabbel van vrienden even uitsluiten. Om te genieten van een concert moet je je afsluiten van het geroezemoes om je heen. Om inspiratie of een goddelijke stem te horen moet je misschien wel de stilte opzoeken. Om naar een medemens te luisteren zullen we ons volledig moeten concentreren.

Luisteren doen we niet alleen met onze oren,
ook met onze ogen en ons hart.

In ‘De boekenapotheek aan de Seine’ van Nina George, ontdekte ik het woord doorhoorzicht.’ Doorhoorzicht is een talent waar je je oren, ogen en intuïtie gebruikt. Je leest aan de lichaamshouding, beweging en gebaren af welke gevoelens er benadrukt worden. Je ziet en hoort door datgene heen waarachter de meeste mensen zich verschuilen. En daarachter zie je alles waar ze zich zorgen over maken, wat ze dromen en wat ze missen.’
Hebben we niet allemaal het talent van ‘doorhoorzicht’ nodig?

Listening with our ears and our hearts may not be easy,
but it is always essential –
especcially for family members who need a hug.
(Ted Hindmarsh)

Je hebt misschien ook al de ervaring gehad dat je opmerkt dat er niet veel mensen zijn die tijdens een gesprek ècht luisteren naar jou. Over ’t algemeen zijn ze gefocust op wat zij zelf het laatste zeiden of wat ze straks zullen zeggen.
Aandachtig luisteren is een van de mooiste dingen die we aan iemand anders kunnen geven. Luisteren is de basis van een goed gesprek. Echt luisteren is niet zo eenvoudig. Als je goed wil luisteren, moet je jezelf opzij zetten. In feite is luisteren een uiting van liefde. Het kost moeite, want we moeten dikwijls ons ‘zegje’ opofferen om de andere de ruimte te geven zichzelf te uiten.
Als je luistert, dan toon je respect voor de andere persoon zijn ideeën, meningen en ervaringen. Je focust je op zijn noden en interesse en stopt de jouwe in de diepvries. Dat is niet gemakkelijk, maar als jij me iets vertelt dan probeer ik volledig aanwezig te zijn en niet af te dwalen met mijn gedachten. Net zoals je natuurgeluiden kan leren, zo kan je ook aandachtig leren luisteren.
Mitch Albom heeft er een mooi stukje over geschreven:

‘Aandachtig leren luisteren? Hoe belangrijk kon dat zijn? Nu weet ik dat het belangrijker is dan bijna alles wat men ons op de universiteit heeft geleerd.
Talloze mensen, met veel kleine problemen, zijn zo in zichzelf verdiept dat hun ogen glazig worden als je langer dan dertig seconden aan het woord bent. Dan denken ze al aan iets anders, een vriend die ze moeten bellen, een fax die gestuurd moet worden, een geliefde over wie ze aan het dagdromen zijn. Pas als je klaar bent met praten, hebben ze er opeens weer hun aandacht bij en dan zeggen ze: ‘Hm -hmm’, of ‘Ja, inderdaad’, en dan doen ze alsof ze aldoor hebben geluisterd.
Het probleem is gedeeltelijk dat iedereen zo’n haast heeft. De mensen hebben de zin van hun leven nog niet gevonden, dus rennen ze voortdurend rond op zoek ernaar. Ze denken: de volgende auto, het volgende huis, de volgende baan. Maar dan ontdekken ze dat die dingen ook leeg zijn, en zo blijven ze rondrennen.
We zijn echt heel goed in praten over koetjes en kalfjes: Wat doe je voor werk? Waar woon je? Maar ècht naar anderen luisteren – zonder te proberen ze iets te verkopen, ze te versieren, ze ergens voor te werven, of om prestige te winnen – hoe vaak kom je dat nog tegen?’

As we learn the social skill of listening to others
and the spiritual skill of hearing the direction of the Spirit,
we will progress in our earthly labors,
and, more important
we will be happy in our labors.

De mens praat ontzettend veel. Soms wel eens tegen zichzelf, maar meestal toch tegen minstens één persoon. Net zoals jullie heb ik al ontelbare gesprekken gevoerd. Beroepshalve tegen honderden kinderen en tientallen leerkrachten, maar ook tegen gezinsleden, vrienden, dokters en volslagen onbekenden. Waarschijnlijk heb jij je, net als als ik, al ontzettend geïrriteerd aan mensen die niet luisteren, of die de schijn van luisteren ophouden. Voel jij ook geen wrevel als men je onderbreekt, of je zin aanvult nog voor je zelf uitgesproken bent? Mensen die me niet aankijken en wiens blik afdwaalt naar andere dingen geven me algauw het gevoel van niet in mij geïnteresseerd te zijn. Weet je waar ik me ook in kan ergeren? In personen die me het vervelende gevoel geven dat ik hun kostbare tijd verspil; ze gluren naar hun uurwerk of wriemelen met hun smartphone. En wat denk je van degenen die hun eigen verhaal er tussen wringen, dikwijls nog in de overtreffende trap: ‘Moet je horen wat ik …’
Nu, ik bevind me soms ook aan de andere kant, dan ben ik degene van wie verwacht wordt aandachtig te luisteren.
Uit onderzoek is gebleken dat mensen elkaar na gemiddeld 17 seconden (!) al onderbreken. Daar gaat het èchte luisteren dan. Hoewel dat onderbreken niet altijd slecht bedoeld is – we geven zo graag advies of goede raad.

Most people do not listen with the intent to understand,
they listen with the intent to reply.
(Steven R. Covey)

We moeten inderdaad wat meer leren luisteren om te begrijpen, niet alleen om te antwoorden. We moeten leren luisteren zonder in te vullen, zonder te oordelen. Luisteren naar degenen van een andere religie of politieke voorkeur kan tolerantie en begrip vermeerderen. Iets wat we in onze tijd zeker nodig hebben!

Wisdom will come
as we listen to learn.
(Russell M. Nelson)

Wist je dat we ook moeten leren luisteren naar wat niet gezegd wordt? Dat is luisteren met de oren van je hart. Dat is luisteren naar wat je niet hoort, maar wel ziet: een liefdevolle blik, een verdrietige traan, een bezorgde rimpel, een trotse glimlach.
Maar er is wel een maar aan verbonden. We moeten opletten dat we niet te vlug denken te weten wat er zonder woorden gezegd wordt. Zo scheppen we spoken en verkeerde interpretaties.

Bijzondere leraren kunnen horen
wat een kind niet kan vertellen.

Elk mens zou moeten leren luisteren met liefde en zo proberen begrijpen wat de andere voelt in wat hij zegt.
Misschien moeten we wat meer tijd geven om te luisteren, zodat we de tonen en de nuances waarop iets gezegd wordt beter tot ons kunnen laten doordringen.
Niet goed naar de andere luisteren is dikwijls de oorzaak van een sputterende, verstoorde relatie.
Misschien moeten we meer proberen luisteren met ons hele ‘zijn’, met onze oren, met ons hart en met ons verstand.

Marion vertelde zijn dokter dat zijn vrouw Ida hoorproblemen had. De dokter vroeg hoe erg het probleem was, maar dat wist Marion niet echt. De arts vroeg om het uit te zoeken. Marion moest uit een andere kamer tot zijn vrouw spreken en dan dichter komen tot ze hem zou horen. Marion deed wat de dokter hem gevraagd had. Hij riep iets vanuit zijn slaapkamer naar Ida die in de keuken was – geen antwoord. Hij kwam dichter en weer kwam er geen antwoord. Dus ging hij voor de keukendeur staan en vroeg: ‘Ida, kan je me horen?’ Ze antwoordde: ‘Wat is er met jou, Marion? Ik antwoord nu al drie keer op dezelfde vraag!’ (Burton Howard)

Zelfs zonder hoorproblemen lijken sommige koppels niet naar elkaar te luisteren. Wijze partners luisteren om van elkaar te leren.
Met ons hele ‘zijn’ luisteren naar onze partner kan mooie momenten opleveren en crisissen de kop indrukken. Kijk in zijn/haar ogen en zie de schoonheid. Koester de expressie van de ogen, de mond, de handen. Luister met begrip en liefde.
Met ons hele ‘zijn’ luisteren naar onze kinderen kan bewondering, trots en liefdevol begrip geven. Luister naar wat je kind vertelt en moedig het aan met je ogen en je houding. Kinderen stellen veel vragen. Soms stellen ze zoveel vragen dat we het vervelend kunnen vinden. Maar besef dat ze je geen vragen zullen blijven stellen, en op een dag, als ze -veel te vlug- volwassen zijn, dan zal je wensen dat ze je wat meer vragen zouden stellen. Luister en geniet van je kind.

Spend a great deal of time listening,not just telling.This listening should be done with an open mind and heart.
When children feel they can talk freely about their feelings, problems and successes,
wonderful relationships develop between parents and children.
(Ben B. Banks)

Met ons hele ‘zijn’ luisteren naar onze ouders is het grootste geschenk dat we hen kunnen geven. Luister naar hun raad en hun herinneringen. Nu ze er nog zijn, luister naar het wonder van de ouderdom.

Luisteren met ons hele ‘zijn’ naar vrienden is de naam vriendschap waardig. Luister naar de zorgen en bekommernissen, naar de frustraties, de gedachten en de blijdschap. Luister en voel mee. Je kan op de sociale media veel likes en volgers hebben, maar een echte vriend krijg je en behoud je door goed te luisteren.

Onze ziel zal verruimen als we leren luisteren naar onze partner, naar onze kinderen, naar onze ouders en naar anderen. Mijn ziel is daar zeker wijzer door geworden.
Toch is er nog een ander soort luisteren wat ons enorme groei kan brengen. Net wat mensen proberen dat soort luisteren onder de knie te krijgen. Je merkt het aan bepaalde rimpelingen in onze overgeconsumeerde, egoïstische, bodycult-gerichte maatschappij: mensen zoeken de stilte op, camino-tochten zijn hip, meditatiecoaches springen als paddenstoelen tevoorschijn op het internet, filosofen krijgen weer een plaatsje in tijdschriften, enzovoort.

Ik ontdekte dat ik minder en minder te zeggen had,
tot ik uiteindelijk stil werd en begon te luisteren.
En in die stilte hoorde ik de stem van God.
(Sören Kierkegaard)

We moeten misschien eens gaan zoeken in onze eigen culturele roots: in de Bijbel en andere Schriften.
Jezus Christus gebruikt dikwijls de woorden horen en luisteren:

‘Wie oren heeft om te horen, laat hij horen.’ (Matt. 11:15)

‘Luister, o gij volk van mijn kerk, … Luister gij volk van verre; en gij die op de eilanden der zee zijt, luistert allen.’ (L&V 1: 1)

‘…gezegend zijn zij die naar mijn voorschriften luisteren en mijn raad het oor lenen, want zij zullen wijsheid leren…’ (2 Nephi 28:30)

‘Wie wijs is zal horen en inzicht vermeerderen.’ (Spreuken 1: 5)

‘Neig uw oor en kom tot Mij, luister, en uw ziel zal leven.’ (Jesaja 55: 3)

Wijsheid komt als we luisteren om iets te leren. Sommigen noemen het meditatie, een hogere bron, intuïtie. Ik noem het God.
In ons leven komen we allemaal moeilijkheden en uitdagingen tegen. We worstelen allemaal wel eens met vragen, teleurstellingen en ontmoediging. We hebben allemaal een of andere zwakheid en geregeld voelen we onze ‘kleinheid’ in het grote universum. Dan is het goed dat familie en vrienden naar ons luisteren. Maar ook God luistert en biedt kracht en hulp aan:

‘Ik zal u van mijn Geest meedelen, die uw verstand zal verlichten, die uw ziel met vreugde zal vervullen.’ (L&V 11: 13)

De fluisteringen van de Heilige Geest horen en herkennen is een levenslange opdracht. Net zoals goed luisteren naar onze medemens niet eenvoudig is en oefening en opoffering vraagt, is ook God horen een hele uitdaging. Meditatie, camino-tochten en stilte zijn prachtige hulpmiddelen, maar misschien moet je er ook de Schriften eens bijhalen en eens bidden. Sommigen kennen de bijbelverhalen nog van vroeger op school, anderen hebben er nog nooit van gehoord. Ik heb ondervonden dat als ik me in oude en hedendaagse schriftuur verdiep, ik Gods stem kan ‘horen’. Net zoals ik zijn stem ‘hoor’ als ik na mijn gebed ‘luister’.

Our Heavenly Father is only a prayer away,
and the Holy Ghost is within whispering distance.
Elaine S. Dalton

Ik heb misschien teveel geschreven over luisteren, maar ik ben er me van bewust dat elk mens zich daarin zou moeten verdiepen. Ons land heeft niet voor niets de hoogste zelfmoordcijfers, laten we dus leren luisteren met ons hele ‘zijn’.
Misschien ben je stil geworden bij mijn laatste opmerkingen over het spirituele luisteren. Maar stilte is goed, stilte spreekt.

Op mijn levensreis moet ik nog beter leren goed te luisteren. Ik wil dat doen, want luisteren is groeien.

 

 

Vrede, wat is dat?

 

Een Russisch schrijver keek glimlachend naar het spel van zijn kleinkinderen.
‘Wat spelen jullie?’ vroeg hij.
Wij spelen oorlog,’ riepen de kinderen.
Maar,’ zei de schrijver, ‘weten jullie dan niet dat oorlog veel pijn en verdriet met zich meebrengt? Speel liever vrede.’
‘Dat is goed, opa, ‘ zeiden de kinderen. ‘We zullen voortaan vrede spelen.’
Maar even later kwamen ze terug naar hun grootvader met de vraag:
Opa, hoe speel je vrede?”
Opa ging zitten op de bank en schudde zijn hoofd.
Ook hij wist het antwoord niet.
(uit ‘Een parel voor elke dag’)

Vredesweek, dag van de vrede … :
één van de vele projecten die op verschillende scholen georganiseerd worden, mèt of zonder gezucht van degenen die in dat werkteam zitten. Tussen alle te geven lessen en bergen papierwerk is het misschien te begrijpen dat er leerkrachten zijn die het vredesproject liever een jaartje willen overslaan. Maar als ik dan het nieuws hoor, of berichten lees van verre vrienden, dan schreeuwt mijn hart: NEE! Sla deze activiteit niet over!
Volgens mij heeft de wereld vandaag meer dan ooit nood aan een vredesboodschap. We leven in een tijd van oorlogen en geruchten van oorlogen. Aan die verschrikking kunnen we persoonlijk niets doen. Maar we moeten onverschilligheid en afstompen tegengaan.
Ik heb vele jaren met twaalf-jarige kinderen Ieper en de omliggende oorlogskerkhoven bezocht. Te midden van honderden witte kruisjes was deze luidruchtige ADHD-generatie stil en ontroerd.
We kunnen inderdaad zelf geen oorlog stoppen, maar we kunnen onszelf en de jongeren een geweten blijven schoppen!

We leven in een maatschappij waar veel haat, conflicten en ontevredenheid leeft. Onze kinderen groeien op met Facebook, Twitter, Instagram, Snapchat, …   nieuwe media die het leven weergeven, met zijn ups en downs, van gewone mensen zoals jij en ik. Maar teveel om goed te zijn, vergiftigen op die moderne berichtgeving haat- en nijdreacties de meningsuiting van een ander. Klimaatopwarming? Je moet eens een paar reacties lezen van voor- en tegenstanders – soms te lelijk om te herhalen. Hetzelfde bij genderuitingen en geloofsverklaringen. Het lijkt erop dat alleen de eigen mening mag zegevieren. Vrijheid van mening is een mensenrecht, maar o wee als die mening indruist tegen wat hip is of een hype, zelfs het suikergehalte in voeding zorgt voor verhitte gemoederen. In vroegere tijden zouden veel handschoenen toegeworpen zijn, nu snijden woorden diepe wonden.

Als we geen vrede hebben,
dan komt dat
omdat we vergeten zijn
dat we elkaar toebehoren.
(Moeder Teresa)

Dan is er ook nog de innerlijke strijd die in iedereen wel eens woedt. Dat laat me denken aan het verhaal van het schilderij van de vrede, waar een koning een grote beloning uitloofde voor de kunstenaar die het best de vrede kon weergeven op een schilderij. De koning moest uiteindelijk kiezen tussen twee schilderijen. Op het ene schilderij had de schilder een rustig meertje geschilderd, hoge bergen weerspiegelden in het water en in de lucht dreef een klein wolkje. Op het andere schilderij was een storm geschilderd. De regen pletste in een kolkende rivier en bliksemschichten verlichtten de hemel. In een struik, onder een overhangende rots, was een vogel te midden van al dit natuurgeweld aan het broeden. De koning koos dit schilderij, de schilder had uitgebeeld wat hij bedoelde: vrede is een kalm hart, te midden van de storm van het leven.
Dit verhaal leert me dat we in een prachtige, rustige omgeving kunnen wonen, maar toch geen vrede voelen omdat we innerlijk aan het strijden zijn. Aan de andere kant kunnen we ons te midden van verwoesting en vernietiging bevinden en toch een onbegrijpelijke vrede voelen. Vanwaar komt die vrede?

Vrede op aarde begint bij jezelf. Vrede verspreidt zich heel dichtbij: thuis, in je buurt, op je werk.
Of we nu geloven of niet, in onze zoektocht naar een veilige en vredevolle wereld kunnen we moeilijk het evangelie van Jezus Christus negeren. In de Bijbel komt het woord ‘vrede’ veel voor. De blijde boodschap is een evangelie van vrede. God legt veel nadruk op vrede. De engelen zongen bij de geboorte van Jezus: ‘Vrede op aarde aan alle mensen van goede wil.’
Howard W. Hunter zei: ‘De wereld waarin we leven, dicht bij huis of ver weg, heeft het evangelie van Jezus Christus nodig. Het evangelie verschaft de enige manier waarop de wereld ooit vrede zal vinden. We hebben een vreedzamere wereld nodig die ontstaat uit vreedzamere gezinnen, buurten en gemeenschappen. Om een dergelijke vrede te verwerven en te ontwikkelen ‘moeten we anderen liefhebben, zowel onze vijanden als onze vrienden.’ Wij moeten anderen in vriendschap de hand reiken. We moeten vriendelijker, zachtaardiger, vergevingsgezinder en minder snel kwaad worden. Gods handelswijze is voornamelijk gebaseerd op overreding, geduld en lankmoedigheid, niet op dwang of harde confrontatie. Zijn benadering is zachte aandrang en vriendelijke uitnodiging.’

Jezus, die ook Vredevorst genoemd wordt, zei zelf: ‘Vrede laat Ik u, Mijn vrede geef Ik u; niet zoals de wereld die geeft, geef Ik die u.'(Joh. 14: 27)
Zijn boodschap is de grootste levensfilosofie ooit aan de mens gegeven. Je moet niet gelovig zijn om zijn raadgevingen in de praktijk te brengen. In de bergrede, één van de belangrijkste toespraken van Christus, staat: ‘Zalig zijn de vredestichters, want zij zullen Gods kinderen genoemd worden.’ (Matt. 5: 9)
Hebben we vandaag niet meer dan ooit vredestichters nodig?
We kunnen thuis en overal zelf een vredestichter zijn, door twist, afgunst en jaloersheid te vermijden. Probeer eens een maand thuis of op je werk vriendelijk en medelevend te zijn. Creëer een sfeer van liefde en harmonie, biedt spontaan hulp aan. Wanneer je geïrriteerd bent, beheers je, tel tot tien, zwijg. Stop met kritiek te geven of te roddelen. Vergeef en vergeet (anders worden ‘oude koeien’ vlug terug uit de sloot gehaald). Om een vredestichter te zijn (te worden) heb je dus véél geduld nodig, geduld met jezelf en met een ander.

De vrede waar de wereld naar verlangt is een staakt-het-vuren, maar men wil niet beseffen dat een blauwdruk van blijvende vrede in het evangelie van Jezus Christus ligt. Als men de moeite zou nemen om Zijn woorden te lezen, dan zou men versteld staan van de eenvoud van de dingen die Hij voorstelt om vrede te hebben.
Ik maak me ook wel zorgen om de gebeurtenissen in Noord-Korea. Mijn maag krimpt soms samen van de ophitsende taal van wereld- en plaatselijke leiders. Ik ben bezorgd om het verdwijnen van waarden en normen. Ik heb verdriet door zoveel ellende op deze wereldbol. Maar net zoals dat vogeltje op het schilderij vind ik vrede en gemoedsrust in de eenvoudige waarheidsbeginselen die Jezus onderwees. Ik heb zijn vredevolle boodschap bestudeerd. Ik speculeer niet dat God bestaat, maar ik geloof het ècht. Het herstelde evangelie van Jezus Christus heeft op mij een actieve invloed. Ik ben een mens en zeker niet volmaakt, maar mijn dagelijks toepassingen -in woord, gedachte en daad-  van waar ik in geloof geven me vrede en rust.

In het boek ‘Achterland’ van Caroline Brothers zegt Hamid:

Ik denk dat als we meer wisten over het heelal,
als we zouden weten hoe het in de ruimte is,
dat we dan hoog boven de grond zouden zijn,
ver weg van onze moeilijkheden,
en het hele leven hier beneden konden overzien.
Al het vechten zou klein zijn
en onbelangrijk en zinloos,
en misschien zouden mensen daardoor
meer van vrede houden.

De aarde is een stipje in het oneindige universum, de mens een stipje op dat stipje. Zal de mens eens begrijpen dat hij een verbondenheid moet zoeken met die nadere stipjes? Dat hij verbonden is met die stipjes? Zal hij eens echt beseffen dat ‘Wanneer de macht van de liefde, de liefde voor de macht overwint, dan pas de wereld vrede zal kennen (Jimi Hendrix)?

Er is nog nooit een goede oorlog
of een slechte vrede geweest.
(Benjamin Franklin)

Ik ben van nature optimist en ik weiger dus aan te nemen dat de mens verdrinkt in een duistere kolkende zee van racisme, geweld, slechtheid en oorlog. Ik geloof dat naastenliefde, eenheid en broederschap tussen alle volkeren eens een stralende dag zal inluiden. Een stemmetje in mij zegt: ‘Dat is het, maar je moet bij jezelf beginnen.’

September is de oogstmaand. Men oogst wat men gezaaid heeft. Als we vrede willen oogsten moeten we reinheid zaaien, moeten we eerlijk omgaan met elkaar en moeten we onzelfzuchtig helpen.

Ik ga me op het einde van elke dag afvragen:

Did I offer peace today?

Bracht ik vrede vandaag?

Doe je mee?

 

Tijd om te leren.

Je hebt ze waarschijnlijk ook zien fietsen of stappen: kleine en grotere mensjes met een van felgekleurde tot saai-grijze variërende tas op de rug, gezwind of ietsje trager, op weg naar een nieuw schooljaar om te leren. Want daarom gaan ze toch naar school, om te leren, niet?

Hoe leuk is het niet om een mini-mensje na de eerste klaservaring, met fonkelende ogen en een brede glimlach te horen verklaren: ‘Ik kan al lezen!’ Ik denk met vertedering terug aan zulke momenten met mijn eigen kinderen en met sommige van mijn kleinkinderen. Het geluk straalde eraf!
Het is een feit dat het gevoel dat je groeit als mens, bijdraagt aan je levensgeluk. Vitaminen zijn goed voor ons lichaam. Nieuwe dingen leren zijn vitaminen voor je geest.

Develop a passion for learning.
if you do,
you will never cease to grown.
(Anthony J. D’Angelo)

De manier waarop je als jongere en jongvolwassene leert, legt het fundament voor een leven lang leren.
Mogen groot worden in een (t)huis waar een liefde voor leren in de kamers rondzweeft, is een zegen.
Als kind droomde ik ervan om later in mijn eigen huis een kamer in te richten als bibliotheek. Je weet wel, zo’n kamer uit de films, met honderden boeken in rekken tegen de muur – zo hoog dat er ladders voorstaan. Nu, in mijn eigen huis is er geen plaats voor zo’n bibliotheek, maar in bijna elke kamer staat tenminste één boekenrek met allerlei soorten boeken.
De meeste gezinnen wonen niet in een kast van een huis en er is misschien zelfs plaatsgebrek. Maar met een beetje goed wil en wat fantasie, kan je in elk huis een ‘bibliotheekhoekje’ inrichten. Een hoekje waar het stil is – geen teevee, geen Wifi, waar ieder die het wil kan zitten lezen, snuisteren, nadenken en notities maken.
Mijn jarenlange ervaring in het onderwijs heeft me geleerd hoe belangrijk voorlezen, lezen en leren thuis wel is, voor ieder gezinslid.
Vroeger had elk gezin minstens twee gemeenschappelijke maaltijden. Daar werd niet alleen gegeten, maar ook gelachen, gekibbeld en verteld. Ik heb al heel wat bijgeleerd aan de eettafel, van goede manieren tot geduld en empathie. De gezinsmaaltijden waren in mijn ogen meestal een lawaaierige en gezellige boel, maar ik was toch blij dat ik me altijd kon terugtrekken in mijn bureautje.

Learning something new is a fabulous way to be refreshed.
When work can grind you down,
something about learning a new activity
thrills the soul.
It reminds you
that the world is bigger than
your desk and your to-do list.
(John Ortberg)

Er is al veel gezegd en geschreven over de noodzaak om een leven lang te leren. In onze tijd, waar technologie, globalisering en biodiversiteit ons met voortdurende aanpassingen en nieuwigheden overspoelen, is een leven lang leren geen hobby meer, het is een noodzaak. Leren is een proces dat nooit mag stoppen. Het maakt niet uit hoe oud we zijn, of hoe oud we ons voelen, we kunnen steeds nieuwe dingen in ons opnemen en ze toepassen.
Niemand weet genoeg, het leerproces heeft geen einde. Hoewel met ouder worden we zouden kunnen denken dat we alles al ervaren en geleerd hebben, ligt er nog zoveel om te leren te grijpen.
Ik ben van mening dat we moeten blijven lezen, observeren en nadenken over wat we leren. Er is zoveel ‘fake’ nieuws, zoveel valse, misleidende en onvolledige berichten. Onder geleerde namen en termen worden ons allerlei smoesjes voorgeschoteld. We moeten zelfredzaam in ons denken blijven!
Stel je eens voor wat er met jou zou gebeurd zijn als je gestopt was met leren toen de schoolpoort achter je dichtklapte. Zou je kansen gemist hebben? Zou je een andere persoon geworden zijn?
Als ik mezelf onder die loep neem, en deze vraag voor mezelf even laat sudderen, dan keer ik terug naar eind jaren zeventig van vorige eeuw. Ik voel dat sommigen nu gniffelen, maar nee, toen liepen er geen dinosaurussen op aarde. Maar als ik genoegen had genomen met de kennis die ik toen verworven had als afgestudeerde leerkracht,
dan zou ik niet op de computer kunnen werken,
dan zou ik geen berichten met de gsm kunnen versturen,
dan zou ik niet kunnen skypen met verre vrienden,
dan zou ik van de ontwikkelingen op technologisch vlak weinig of niets weten,
dan zou ik van wereldse, godsdienstige en politieke kwesties niet op de hoogte zijn,
dan was mijn visie op onderwijs en educatie in de oude doos blijven steken,
dan was ik geen natuurgids geworden,
dan kon ik geen harp spelen,
dan was ik mijn geloof kwijtgeraakt,
dan had ik weinig of geen persoonlijke en geestelijke groei doorgemaakt.

Aan leren komt geen eind.
Het is niet omdat je een boek of twee gelezen hebt,
of geslaagd bent in je examen,
dat je kan stoppen met leren.
Je hele leven,
van je geboorte tot je dood,
en zelfs nog verder,
is een leerproces.

We leven in een tijd waar eeuwenlange kennis binnen een duimklik in ons bereik komt. We kunnen in een korte periode leren waar anderen jarenlange onderzoeken over gedaan hebben. Er zijn nog nooit zoveel mensen in wereldse kennis onderlegd geweest. Men zou daarom kunnen verwachten dat de wereld bijna volmaakt moet zijn. Maar het tegengestelde is waar: ziektes in de maatschappij – letterlijk en figuurlijk, conflicten en problemen die miljoenen mensen op de vlucht doen slaan en anderen een bang hart geven.
Elke dag word ik me er meer van bewust dat het leven meer is dan wetenschap, wiskunde, geschiedenis en literatuur. Zoals Gordon B. Hinckley zei: ‘Er is een ander soort vorming nodig. Zonder die vorming leidt wereldse kennis alleen tot verwoesting. Ik heb het over de vorming van het hart, van het geweten, van het karakter, van de geest.’

Bij alles wat je verwerft:
verwerf inzicht!
(Spreuken 4:7)

De mens moet buiten kennis ook inzicht verwerven.
Inzicht in zichzelf: wie ben ik?
Inzicht in het doel van het leven: waarom leef ik?
Inzicht in geestelijke materie: bestaat er een God?
Die kennis zal onze seculiere opleiding prachtig aanvullen en ons leven en karakter op een unieke manier verrijken.

Het vormen van uw geest is even belangrijk
of zelfs belangrijker
dan het vormen van uw verstand.
(Gordon B. Hinckley)

Ik hou nog steeds van seculier leren. Mijn dag is niet goed als ik niet iets gelezen heb. Mijn man kijkt soms met opgetrokken wenkbrauwen naar de vier boeken die ik tegelijk aan het lezen ben en naar verschillende opengeslagen tijdschriften en notities die her en der rondzwerven in ons huis. Ik hoor hem dan iets mompelen in de trant van ‘ vrouwen’ en ‘met meer dan een ding bezig zijn’.
Ik vind het geweldig om te leren wat specialisten schrijven over de natuur, de sterfelijkheid, de psyche van de mens, enz. Deze seculiere ideeën bedreigen mijn geloof in een levende God niet, omdat ik door de jaren heen ook spirituele kennis verzameld heb. Door mijn geestelijke kennis kan ik dingen filteren en innerlijke vrede behouden. Mijn school- en werkervaringen hebben me de noodzaak geleerd om steeds meer geestelijke kennis op te nemen. Ik ga helemaal niet akkoord met wat Bertrand Russell zei: ‘ Religion is something left over from the infancy of our intelligence, it will fade away as we adopt reason and science as our guide lines.’
En je hoort ook wel eens zeggen dat onwetende mensen op godsdienst leunen omdat ze bang zijn van de dood. Mijn vader zou zeggen dat zulke uitspraken te flauw zijn om dood te doen. Ik vind me wel in de uitspraak van William Blake:

De adelaar verloor nooit zoveel tijd
als toen hij erin toestemde van de kraai te leren.

Voor vele gelovigen is een leven lang leren een van Gods hoogste prioriteiten voor de mens. Verschillende godsdiensten beklemtonen het belang van toenemende kennis en intelligentie. Een Joodse rabbijn zei: ‘Intelligentie is Gods grootste gave aan de mensheid.’ (Lord Jonathan Sacks). In schriftuur van de heiligen der laatste dagen staat: ‘De heerlijkheid Gods is intelligentie.’ (L&V 93:36)
De Koran leert dat het grote ontzag voor God alleen gerealiseerd wordt door degenen die kennis hebben (Qu’ran, 35: 28, Oxford World’s Classics edition)
Geloof is geen oogklep, geen kruk, geen blindheid!
Geloof moedigt nieuwsgierigheid en vragen aan. De werkwoorden vraag, zoek en klop komen meer dan 500 keer voor in de Bijbel. Christus onderwees zijn volgelingen: Bid, en u zal gegeven worden,zoek en u zult vinden; klop, en er zal voor u opengedaan worden.(Mattheus 7: 7)
Dit is geen passieve of blinde manier om te leren, maar een uitnodiging om door iets te doen, het zelf te weten te komen.

The realness of a personal God; the continued active life of the Christ; the divinity of the restoration, these can be known as surely as that the sun shines, by every responsible person, and to fail to attain this knowledge is to admit that one has not paid the price. Like academic degrees it is obtained by intense strivings.
(Spencer W. Kimball)

Een van de grootse gevaren voor de mensheid is dat de mens denkt alles te weten. De apostel Paulus schreef in 1 Korinthe 8:2 ‘En als iemand denkt iets te weten, dan heeft hij nog niets leren kennen zoals men het behoort te kennen.’
Er moet nog zoveel waarheid ontdekt worden!

Learning happens in the minds and souls,
not in the databases of multiple-choice tests.
(Ken Robinson)

Leren is zowel een praktische als een geestelijke kwestie (Gordon B. Hinckley).
Ik hou van leren en benut vele kansen om kennis op te doen. Ik vind het heel belangrijk om mezelf te blijven ontwikkelen. Soms wil ik direct kunnen vliegen, maar ik moet eerst leren kruipen, rechtstaan, stappen, lopen, klimmen en dansen. Seculier en geestelijk leren gebeurt stap voor stap. Men is nooit te oud om de eerste stappen te zetten, men is nooit te oud om te leren. Als je stopt met leren dan ben je oud, of je nu twintig of tachtig jaar bent. Wie blijft leren, blijft jong. Henry Ford zei het al: ‘The greatest thing in life is to keep your mind young.’

Michelangelo was 87 jaar toen hij zei: ‘I’m still learning.’

Ik leer nog alle dagen bij. Jij ook?

 

 

 

De schoonheid van meditatie.

Ik hou van rustige plaatsen waar ik tot mezelf kan komen: een leeg strand, de eenzame hoogten in de bergen, de weidse polders en vlakten, holle wandelwegen en ellenlange bosdreven. En als ik het verkeersgedruis kan neutraliseren, zijn er in onze tuin ook enkele hoekjes die me rust bieden.
De stad jaagt me meestal op, maar af en toe is er een gebouw dat me tot stilte uitnodigt. Ik heb het niet alleen over een kerk of een kapel, maar ook in bepaalde musea, bibliotheken en verrassende boekenwinkels gaat mijn hart langzamer kloppen en is de tijd even zijn plaats kwijt.
Onlangs genoot ik  van zo’n tot reflectie -uitnodigend plekje in Lingfield, Engeland. Rond een Mormoonse tempel ligt een vrij-toegankelijk park van ongeveer 12ha. De unieke sfeer die dat domein uitstraalt, liet me mijmeren over mijn leven.
‘Een mooie plaats om te mediteren’, knipoogde een vriendin die ‘mijn bankje’ passeerde.

Meditation is a wonderful way
to shut down the outer noise
so that you may pay attention
to the universal inner message.
(Debasish Kridha)

Mediteren … meditatie … mindfulness …zen …
Ik heb het niet zo voor die zweverige rituelen – met of zonder oergeluiden – die promoten je geest leeg te maken. Ik wil mijn geest niet leegmaken, ik wil hem juist ten volle benutten en ontwikkelen. Is mediteren te oosters voor mij, een westerling?
Ik ben er wel van overtuigd dat een mens geregeld tot rust moet komen. We hebben zo’n druk leven en er gebeurt zoveel rondom ons, dat we het best wel moeilijk vinden om even stil te staan, om de wereld te laten draaien met alle satellieten eromheen en om de pauzeknop in te drukken. We moeten af en toe over ons leven nadenken. We moeten af en toe evalueren of we wel op die weg staan die we willen bewandelen. We moeten af en toe reflecteren wat we het belangrijkste vinden in ons leven en ons dan afvragen of we al die poespas rond ons correct gebruiken om dat belangrijkste te bereiken.
Wel, zo stilstaan, nadenken, reflecteren, dat is mediteren, toch?
Meditatie heeft veel gezondheidsvoordelen. Ik ben ervan overtuigd dat mediteren goed is voor je lichaam en je geest, het brengt je tot rust en je kan de stress loslaten. Door te mediteren kom je dichter bij je ware ik. Het kan een spirituele belevenis zijn, waar je geest hogere waarheden onderschept.

In de stilte van het denken
hoor je de antwoorden.
(inspire.nl)

David O. McKay zei: ‘We besteden te weinig aandacht aan de waarde van meditatie. Meditatie is de taal van de ziel. Zij is omschreven als ‘een vorm van innerlijke toewijding, of geestelijke oefening, bestaande uit een diepe, voortdurende overpeinzing van een bepaald godsdienstig thema.’ Meditatie is een vorm van gebed. Meditatie is een van de vertrouwelijkste, heilige deuren waardoor we in de tegenwoordigheid van de Heer komen.’
Ik hou van David O. Mc Kay’s omschrijving van meditatie als ‘diepe overpeinzing’. Dat is wel wat anders dan je ‘geest leegmaken’.
Als christene ben ik gaan nadenken of Jezus Christus ons op het vlak van mediteren ook een voorbeeld heeft gegeven. En ja, voor Hij zijn bediening begon, verbleef Hij 40 dagen op een eenzame plaats om te vasten en te bidden (Mattheus 4). Daar zal Hij gemediteerd hebben over zijn verantwoordelijkheid in die grote zending die voor hem lag. In Lukas 6 las ik dat voor Hij de diepzinnige bergrede hield, Hij zich op een berg had afgezonderd om met God te communiceren. Hij deed hetzelfde na een drukke sabbat, toen Hij bij Petrus logeerde en Hij vroeg in de morgen opstond. Toen ze naar Jezus zochten, bleek Hij zich te hebben afgezonderd (Marcus 1:35-36). Na 5000 mensen te eten hebben gegeven, vroeg Hij de apostelen om de mensen naar huis te sturen. Jezus ging dan de bergen in om alleen te zijn (Mattheus 14: 23).
Ik heb het ook wel eens nodig om alleen te zijn, om na te denken over mijn verantwoordelijkheden en om inspiratie te krijgen.

Als u leert mediteren, kunt u dichter bij de Heer komen dan u zich kunt voorstellen.
Laat uw geest door de Geest onderricht worden.
(Harold B. Lee)

Meditatie kan ons voorbereiden op een diep, persoonlijk gesprek met de Heer. Voor we onze mond opendoen, zouden we de fysische wereld moeten proberen loslaten om ons beter te kunnen concentreren op het innerlijke, op ideeën en op gevoelens.
Ik weet uit ervaring dat dit niet zo gemakkelijk is. Mijn gedachten dwalen nogal vlug af, de deurbel onderbreekt mijn rust, de telefoon rinkelt, onze koekoeksklok roept heel duidelijk het uur, de vuilniskar rammelt voor het huis, kinderen maken lawaai, de wasmand loopt over, mijn maag kondigt aan dat het tijd is om achter de kookpot te staan, kortom, ik ben bezorgd en afgeleid door heel veel dingen.
Het is niet voor niets dat ook Jezus eenzame plaatsen opzocht. Dat kunnen we ook. Het liefst zou ik me met een vingerknip willen verplaatsen naar een zonnige alpenweide om mijn gesprek met God voor te bereiden. Maar ik kan dat trucje nog niet. Ik moet tevreden zijn met de stilteplekjes rondom en in ons huis, -waaronder een badkamer die op slot kan. Ik kan de telefoon van de haak nemen en mijn mobieltje uitzetten en een tijdstip kiezen waarop ik het minst gestoord kan worden.
Ik besef dat ik ervoor moet zorgen om het niet te druk te hebben, zodat meditatie niet onderaan het lijstje komt te staan. Ik wil er tijd voor nemen, want ik weet dat het belangrijkste wat ik ooit zal weten, niet via mijn ogen en oren komt, maar door een innerlijke bevestiging.

If you want to find God,
hang out in the space
between your thoughts.
(Alan Cohen)

Chauncey C. Riddle schreef: ‘Meditation can not be taught, because it is something personal and private; it is the venturing of the soul into the unknown. But it can be learned by anyone who has the courage to think for himself. A likely initiation to meditation is to ponder the Scriptures, the words of the living and the dead prophets of God. Banish all commentaries for a moment, forget hearsay teachings. What does the Lord actually say.’

Mediteren is inderdaad heel persoonlijk. Op het internet zijn er genoeg tips te vinden door allerlei psychologen, therapeuten en goeroe’s, maar het blijft een persoonlijke aanpak. We moeten zelf eerst beseffen dat we een tweeledig wezen zijn: lichaam en geest. We moeten zelf de deur tot onze geest openzetten. We moeten zelf de rust en de stilte opzoeken.
Meditatie vervangt bidden of schriftstudie niet, maar het vermindert wel stress en biedt je een gelegenheid om aan Christus en de zegeningen van het leven te denken.

Meditatie is je verstand tot rust brengen. Zo kan je beter voelen wat de Heer je wil zeggen, zo kan de Heilige Geest beter met jou communiceren.
Mediteren over alles waar je dankbaar voor bent, vernietigt bittere gedachten en ontevredenheid, en geeft liefde in de plaats.
Meditatie opent de deur voor liefde, gebed, God, licht, dankbaarheid, en al het goede om je heen.

Meditatie is de bries die naar binnen waait
als je het raam open laat.
(inspire.nl)

In deze tijd van opkomende rassenhaat en onverdraagzaamheid, van secularisatie en spotten met geloof, van mensonterende toestanden en raketten die stand by staan, worden we overrompeld met kleine en grote zorgen, met gevoelens van onmacht, boosheid en afkeer. We weten niet meer, of zijn vergeten, wie we echt zijn.
Ik wil wat meer ‘mijn stilteplekjes’ opzoeken, de pauzeknop induwen, het raam van mijn ziel openen en luisteren naar het goddelijke in mij.

Be still
and know
that I am God.
(Psalm 46: 10)